33 576 Natuurbeleid

Nr. 369 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 maart 2024

Met deze brief ontvangt u, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur & Waterstaat, de Minister voor Natuur & Stikstof en de Staatssecretaris Koninkrijksrelaties & Digitalisering, de antwoorden op door de vaste Commissie voor Koninkrijksrelaties gestelde vragen van 28 februari jl.1 over een olielek en aanlanding op Bonaire.

Aanleiding

Op 7 februari is dichtbij het eiland Trinidad & Tobago een gesleept schip (Gulfstream, gesleept door sleepboot «Solo Creed») met een lading bunkerolie omgeslagen waarbij een olieverontreiniging is ontstaan. Het is onbekend hoeveel olie er is weggelekt. Het oliespoor heeft zich door stroom en wind in Westelijke richting verspreid richting Bonaire. Afgelopen week zijn er olieresten aangespoeld op Bonaire. Ik betreur de gevolgen voor alle getroffenen en heb begrip voor de zorgen die leven op Bonaire. Het Kabinet ondersteunt het Openbaar Lichaam Bonaire (OLB) waar mogelijk bij de bestrijding van de verontreiniging, zowel gedurende als na de crisisfase.

Chronologische tijdlijn en genomen acties

Vanaf de eerste melding van het incident is er meteen gereageerd en gehandeld door de crisisorganisatie onder verantwoordelijkheid van het OLB. Om onnodige paniek te vermijden heeft het OLB bewust gewacht met het verstrekken van premature informatie aan inwoners en ondernemers. De contacten en samenwerking op Bonaire en tussen de ondersteunende diensten en (beleids)organisaties in Den Haag zijn goed. Actieplannen lagen klaar en zijn stap voor stap gevolgd. Dat heeft bijgedragen aan de vlotte bestrijding en goede samenwerking.

Preventief

Op vrijdag 16 februari is er satellietmonitoring opgestart in samenwerking met de European Maritime Safety Agency (EMSA) om de mogelijke effecten voor Bonaire doorlopend in kaart te brengen. Gedurende twee weken zijn grote olievlekken vanuit Trinidad & Tobago met satellieten gemonitord. Sinds 16 februari is ook het Bestrijdingsteam Caribisch Nederland van Rijkswaterstaat (RWS) actief, dat het OLB ondersteunt met advies, capaciteit en materiaal.

Op 22 februari zijn er drijvende olieschermen geplaatst om kwetsbare natuurgebieden zoals mangroves aan de oostkust te beschermen, mede omdat olieopruiming op zee vrijwel onmogelijk is gebleken door de heersende zeecondities. De olievlekken die gemonitord werden via de satelliet zijn 24 februari ten noorden van Bonaire gepasseerd richting het noordwesten. Oostelijk van Bonaire is er geen olie waargenomen door luchtpatrouilles van de Kustwacht Caribisch gebied en is er geen olie waargenomen op de kust.

Correctief

Op 26 februari zijn in de ochtend bij Sorobon (Lac Baai), Lagun en Washikemba (oostkant van Bonaire) de eerste olie en teer aangespoeld. Direct na de aanspoeling is er door het Openbaar Lichaam Bonaire gestart met het opruimen van de olie van de kust en stranden. Rijkswaterstaat heeft ondersteuning ter plaatse geboden, waaronder bestrijdingsmiddelen en een expert op het gebied van olieopruimingen van de kust en mangroves. Er zijn monsters van de olie genomen welke in een lab in Nederland zullen worden geanalyseerd op oorsprong van de olie. Voor de gezondheidsrisico’s voor de mens is advies gevraagd bij het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC). De verwachting van gezondheid risico’s is volgens het NVIC gezien de aard van de olie en de eventuele blootstelling, klein. Het advies van het NVIC wat aan de BES landen is verstuurd vindt u als bijlage.

De gezaghebber van Bonaire heeft een bijstandsverzoek gedaan aan Defensie om ondersteuning te leveren bij het opruimen van de aangespoelde olie. Deze ondersteuning is 28 februari geleverd in de vorm van circa 20 militairen.

Sinds de aanspoelingen op Bonaire is door het OLB en de parkbeheerorganisatie Stichting NatuurParken (STINAPA) met ondersteuning van RWS en Defensie nagenoeg alle olie opgeruimd. De hoeveelheid aangespoelde olie wordt op dit moment geschat op 2 tot 5 kubieke meter. Er is vanuit zee een significante hoeveelheid additionele vervuiling bij de olie terechtgekomen, zoals sargassum (zeegras), waardoor het werkelijke afvalvolume meer zal zijn (momenteel ongeveer 60 m3). Op vrijdag 1 maart konden de stranden weer worden vrijgegeven. Wel werd nog afgeraden te zwemmen en te vissen aan de oostkust.

Impact op natuur en biodiversiteit

Op 28 februari is er door de Landelijke Coördinatiecommissie Milieuverontreiniging Water (LCM2) aan de crisisorganisatie een rapport opgeleverd over de (mogelijke) ecologische effecten van de olie op Bonaire. Dit rapport gaat als bijlage bij deze brief. Omdat de gelekte bunkerolie 20 dagen onderweg geweest is voordat deze de kust van Bonaire bereikte, was het merendeel van de vluchtige en in wateroplosbare componenten al uit de olie verdwenen. Het overblijfsel is een dikkere, plakkerige, verweerde substantie waarvan de effecten met name van fysieke aard zijn en minder van toxische aard. De verwachting is dat de effecten op de waterkwaliteit en ecologie minimaal zullen zijn en dat ze vooral in het oostelijk deel van Bonaire kunnen optreden waar de olie aan land gekomen is. De verwachting is dat het milieu weer volledig herstelt van de schade door de aanlanding en het opruimen van de olie op de kust. De exacte en lange termijn schade aan de natuur is nog niet bekend. Er is door het OLB aan de lokale natuurorganisaties gevraagd naar de verwachtingen van de lange-termijn gevolgen op de natuur in relatie tot de olievervuiling.

Lopende acties

Er vindt monitoring plaats over de (te verwachten) andere aanspoelingen van olie op Bonaire door luchtpatrouilles van de Kustwacht boven de zee bij Bonaire, Curaçao en Aruba. De satellietmonitoring is verlengd. Het is mogelijk dat de komende dagen teerballetjes of olievlekjes aanspoelen op de kust van Bonaire, mogelijk ook Curaçao en Aruba.

Er wordt bezien of er mogelijkheden zijn om de schade te kunnen verhalen. Momenteel ontbreekt het daarvoor nog aan voldoende informatie. Zo is de eigenaar van het schip nog niet achterhaald, mede omdat de sleepboot «Solo Creed» direct na het ontstaan van de lekkage is verdwenen.

Mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, de Minister voor Natuur & Stikstof en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers


X Noot
1

Kenmerk 2024Z03044/2024D07156.

X Noot
2

De LCM komt in actie bij een melding van een chemische, biologische of nucleaire waterverontreiniging en valt onder het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN). Het WMCN is een samenwerkingsverband van o.a. alle waterbeheerders.

Naar boven