Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 september 2013
In het wetgevingsoverleg over de jaarverslagen Infrastructuur en Milieu op 3 juli
2013 (Kamerstuk 33 605 XII, nr. 8) heb ik, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, toegezegd
uw Kamer te informeren, over de juridische haalbaarheid en de zin van een toezichthoudende
rol van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) op de door Kiwa Register B.V. (Kiwa)
gehanteerde tarieven voor vergunningen en certificaten.
In het overleg met uw Kamer op 3 juli 2013 heb ik aangegeven dat ik samen met de Staatssecretaris
verantwoordelijk blijf voor de vaststelling van de tarieven van Kiwa. Inschakeling
van de ACM in het toezicht op de tariefvaststelling betekent de facto dat de ACM toezicht
gaat houden op ons handelen bij de tariefvaststelling. Dat is evenwel primair een
rol van uw Kamer.
Over de juridische haalbaarheid merk ik op dat de ACM is belast met taken die bij
of krachtens de wet zijn opgedragen. Het houden van toezicht op mijn tariefvaststelling
en die van de Staatssecretaris valt daar niet onder. Dus uit juridisch oogpunt kan
de ACM op dit moment alleen als adviseur optreden. De ACM houdt toezicht op markten
ter voorkoming van misbruik van een economische machtspositie door ondernemingen.
Er is in dit geval geen markt waar de tarieven in concurrentie tussen verschillende
aanbieders tot stand komen, maar sprake van uitoefening van een wettelijke taak door
Kiwa.
Kiwa moet de brancheorganisaties consulteren voordat zij tariefvoorstellen bij ons
indient. De resultaten van de marktconsultatie laat ik zwaar wegen in de beoordeling
van de tariefvoorstellen. Tijdens de consultatie 2012 heeft Kiwa de brancheorganisaties
uitgebreid geïnformeerd over de kostprijzen van de vergunningen en certificaten en
de dekkingsgraad per perceel (land, water, lucht).
Gelet op de vragen van de brancheorganisaties aan Kiwa verwacht ik dat dit inzicht
in de tariefopbouw ieder jaar door Kiwa in de bespreking van de tariefvoorstellen
met de brancheorganisaties zal worden verstrekt. In de bespreking met Kiwa over de
uitvoering van de overeenkomst zal ik hier steeds op aandringen. Ik acht de transparantie
in de opbouw en ontwikkeling van de tarieven en de zorgvuldigheid in de besluitvorming
daarmee voldoende gewaarborgd.
Op grond van bovenstaande overwegingen zie ik geen meerwaarde van de inschakeling
van de ACM bij de vaststelling van de tarieven van Kiwa.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus