33 400 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2013

I BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 augustus 2013

Bij brief van 9 augustus 2012 bood de Minister van Veiligheid en Justitie de Eerste Kamer, mede namens zijn ambtgenoten van Buitenlandse Zaken, van Defensie, en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het rapport aan van het Europees Comité inzake de voorkoming van folteringen en onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen (hierna: het «CPT») naar aanleiding van het vijfde reguliere bezoek aan Nederland.

In deze brief werd toegezegd dat de Kamer zou worden geïnformeerd over de regeringsreactie op dit rapport. Graag bied ik u hierbij de toegezegde reactie aan op het desbetreffende rapport1, zoals ik deze ook heb toegezonden aan de President van het CPT.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffie nr. 153446.

Naar boven