33 400 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2013

Nr. 83 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 december 2012

Hierbij informeren wij u over de wijze waarop wij voornemens zijn gevolg te geven aan de moties die uw Kamer heeft aangenomen tijdens de behandeling van de begroting Veiligheid en Justitie 2013.

1) de gewijzigde motie-Schouw/Segers over het in kaart brengen van de effecten van de bezuinigingen (33 400-VI, nr. 46)

Dictum (motie):

verzoekt de regering, bij de uitwerking van de aangekondigde bezuinigingen op het gevangeniswezen expliciet in kaart te brengen wat dit betekent voor de werkgelegenheid in de betreffende regio’s, voor recidivereductie en voor eventuele bijzondere omstandigheden van de gemeenten die worden getroffen door deze bezuinigingsmaatregelen.

Reactie:

Bij brief van 27 november jl. (Kamerstuk 24 587, nr. 479) is aan uw Kamer gemeld dat de totale taakstelling voor DJI zeer omvangrijk is. Toegezegd is dat er een Masterplan detentiecapaciteit DJI wordt opgesteld waarin de effecten van de noodzakelijke ombuigingen op de detentiecapaciteit zijn uitgewerkt. Het Masterplan bevat een aparte paragraaf waarin ingegaan wordt op de consequenties voor het personeel. Het is onvermijdelijk dat er vestigingen moeten worden gesloten. De effecten hiervan op de werkgelegenheid in de betreffende regio’s worden in kaart gebracht. Bij de keuze voor ombuigingsvoorstellen wordt rekening gehouden met de effecten op de recidive. Naast de reeds genoemde elementen spelen ook bedrijfseconomische factoren en de spreiding van inrichtingen over Nederland een rol in de besluitvorming. Het Masterplan detentiecapaciteit DJI zal in het voorjaar van 2013 naar uw Kamer worden verzonden.

2) de gewijzigde motie-Schouw c.s. over de bezuinigingen op het College bescherming persoonsgegevens (33 400-VI, nr. 48)

Dictum (motie):

verzoekt de regering, de bezuinigingen op het College bescherming persoonsgegevens te heroverwegen en een extra inspanning te plegen om de taken van het college te bekostigen en de Kamer hierover voor 1 maart 2013 te informeren.

Reactie:

Uw Kamer zal voor 1 maart 2013 worden geïnformeerd hoe aan deze motie invulling wordt gegeven. In het reguliere overleg met het Cbp was en is de financiering van het Cbp (waaronder de wijze waarop invulling wordt gegeven aan deze motie) onderwerp van gesprek.

3) de gewijzigde motie-Schouw c.s. over Ugandese LHBT-asielzoekers (33 400-VI, nr. 49)

Dictum (motie):

roept de regering op, indien de wet wordt aangenomen, direct de Kamer te informeren over een mogelijk besluit- en vertrekmoratorium voor alle Ugandese LHBT-asielzoekers totdat duidelijkheid is verkregen over de veiligheidssituatie van deze groep in het land van herkomst,

Reactie:

Indien de situatie voor homoseksuelen in Oeganda wijzigt, bijvoorbeeld doordat de in de motie bedoelde wet wordt aangenomen, zal de regering aan de motie uitvoering geven door uw Kamer te informeren over een mogelijke beleidswijziging.

4) de motie-Van der Burg/Ypma over aangiftebereidheid in verband met loverboys (33 400-XVI, 33 400-VI, nr. 28)

Dictum (motie):

verzoekt de regering, met de gespecialiseerde jeugdzorginstellingen, vrouwenopvang en categorale opvang in gesprek te gaan en te stimuleren dat naast hulpverlening aan slachtoffers ook aandacht wordt besteed aan verhoging van de aangiftebereidheid van slachtoffers van loverboys en hun hulpverleners bij het hebben van kennis over strafbare feiten.

Reactie:

In 2013 wordt de Richtlijn gezondheidsprofessionals signalering mensenhandel ontwikkeld in nauwe samenwerking met SoaAids Nederland en de betrokken professionals. Het project plan Ontwikkeling Richtlijn biedt gezondheidswerkers die in contact komen met slachtoffers van mensenhandel enerzijds ondersteuning bij het herkennen van signalen van mensenhandel, en anderzijds ondersteuning bij de noodzakelijke en zorgvuldig te zetten stappen die er toe leiden dat hulp wordt geboden aan het (vermoedelijke) slachtoffer, dat de mensenhandelsituatie wordt gestopt en waar mogelijk de daders vervolgd.

De minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

Naar boven