Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 november 2012
Tijdens de vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken voor het jaar 2012 zijn de twee moties ingediend (Handelingen II, 2011/2012,
nr. 28, item 2, blz. 2–27). Ten aanzien van Motie Ten Broeke cs (33 000 V, nr. 72) kan ik u het volgende meedelen. Sinds oktober 2011 is Nederland actief in organisatie
en deelname aan overleggen tussen de Benelux-landen en Baltische staten, waarbij ook
Finland, Zweden en de EDEO aansluiten, waarin gesproken wordt over de mogelijkheden
voor EU-brede samenwerking op consulair terrein. Een rol voor EDEO op het gebied van
consulaire zaken en visa is hierbij een kernelement.
Vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken, wordt mogelijk voor eind 2012, een consulaire
expert gedetacheerd bij de EDEO in Brussel, met als doel een grotere rol voor de EDEO
te bewerkstelligen op het terrein van consulair crisismanagement en individuele consulaire
bescherming van EU-burgers in derde landen. Dit is een eerste praktische stap om in
EU-verband samenwerking op consulair gebied gestalte te geven.
Ten aanzien van de Motie Ormel en Ten Broeke (33 000 V, nr. 82) kan ik het volgende meedelen.
In landen waar Nederlandse ambassades zijn gesloten is de visumverlening overgedragen
aan een lokaal aanwezige Schengenpartner. Nederland wordt in Burkina Faso, Ecuador,
Kameroen en Zambia voor visumverlening vertegenwoordigd door respectievelijk België,
Spanje, België en Zweden. Op deze wijze is visumverlening voor Nederland in voornoemde
landen gewaarborgd. Ook in landen waar Nederlandse ambassades gesloten worden, wordt
gezocht naar een andere, lokaal aanwezige, Schengenpartner om Nederland voor visumverlening
te vertegenwoordigen. Zo zal Spanje Nederland bijvoorbeeld vertegenwoordigen in Guatemala,
Bolivia en Uruguay.
Bilaterale vertegenwoordigingsafspraken zijn gebaseerd op de EU-Visumcode, een Europese
Verordening (EG nr. 810/2009), en passen in het streven naar verdergaande Europese
samenwerking.
De minister van Buitenlandse Zaken,
F. C. G. M. Timmermans