33 174 (R 1974) Goedkeuring van het op 27 mei 2010 te Parijs tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken (Trb. 2010, 221 en 314)

Nr. 8 VERSLAG

Vastgesteld 25 juni 2012

De vaste commissie voor Financiën belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

blz.

   

• Inleiding

1

• Algemeen

1

• Artikelsgewijze toelichting

2

 

– Artikel III

2

 

– Artikel IV

2

 

– Artikel VI

3

 

– Artikel VIII

3

Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben met meer dan gemiddelde belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel tot goedkeuring van het Protocol tot wijziging.

De leden van de SP-fractie verwelkomen het Protocol tot wijziging van het Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken. Deze leden hebben hierover enkele vragen.

Algemeen

Bijna alle leden van de OESO en de Raad van Europa zien zich geconfronteerd met een forse economische opgave. De tekorten en schulden van de staten zijn zodanig hoog opgelopen dat zij alle zeilen moeten bijzetten. Een strenge aanpak van belastingontduiking hoort hier zeker bij. Een effectieve manier van gegevensuitwisseling hoort hierbij. Daarom vernemen de leden van de CDA-fractie graag welke landen het protocol getekend hebben en welke het op korte termijn zullen tekenen.

De uitwisseling moet natuurlijk wel effectief zijn. De leden van de CDA-fractie vragen of de regering kan aangeven voor elk van de landen van de Raad van Europa en de OESO hoeveel uitgaande verzoeken tot uitwisseling van belastinggegevens gedaan zijn sinds 1 januari 2010. Hoeveel van deze verzoeken gehonoreerd zijn en hoeveel van deze zoeken geweigerd zijn en op welke gronden? Hoeveel inkomende verzoeken tot uitwisseling van belastinggegevens zijn binnengekomen sinds 1 januari 2010? Tot slot de vraag van de leden van de CDA-fractie hoeveel van deze verzoeken gehonoreerd zijn en op welk gronden.

De leden van de CDA-fractie waren verbaasd in de Spaanse kranten te lezen dat Spanje zich beklaagt over de medewerking in een belangrijke zaak aldaar. (Ruz busca «el botín» holandés de Gürtel ante la inminente libertad de Correa, El Pais, 5 juni 2012). Kan de regering enig licht werpen op de vraag waarom gerenomeerde belastingparadijzen wel meewerken in deze zaak maar Nederland niet?

De leden van de SP-fractie vragen of de Nederlandse regering heeft getracht afspraken te maken over automatische uitwisseling van informatie. Op welke wijze heeft de regering dat gedaan? Zijn er meer landen die automatische gegevensuitwisseling hebben bepleit? Welke landen zijn dat?

Een verzoek om informatie mag niet meer worden geweigerd enkel omdat de aangezochte staat zelf geen belang heeft bij de gevraagde inlichtingen of vanwege het bestaan van een bankgeheim. Om welke redenen mag een verzoek voortaan nog wel worden geweigerd? Welke waarborgen om de vertrouwelijkheid te beschermen zijn opgenomen in deze standaard?

De leden van de SP-fractie lezen dat er een aantal beperkingen met betrekking tot het gebruik van de verkregen informatie is opgeheven. Welke beperkingen zijn dat? Welke beperkingen blijven intact? Wat verwacht de regering dat de gevolgen voor de overheidsfinanciën zijn van deze verdragswijziging? Wat zijn de verschillen tussen de afspraken over uitwisseling van informatie in de TIEA’s die Nederland heeft afgesloten en de afspraken over uitwisseling van informatie in het WABB-Verdrag?

Artikelsgewijze toelichting

Artikel III

De leden van de SP-fractie vragen op welke identificerende kenmerken een verzoek om informatie kan worden gedaan.

Artikel IV

Artikel 19, dat ervoor zorgt dat een verzoek om administratieve bijstand kan worden afgewezen indien niet aan het uitputtingsbeginsel is voldaan, wordt geschrapt. De leden van de SP-fractie vragen de regering toe te lichten waarom dit geen inhoudelijke wijziging betreft. Is in het verleden een verzoek om bijstand afgewezen omdat niet aan het uitputtingsbeginsel werd voldaan? Hoe vaak is dat gebeurd?

Artikel VI

De leden van de SP-fractie vragen of er beperkingen worden gesteld aan de aanvullende eisen die kunnen worden gesteld door de aangezochte staat. Zo ja, in hoeverre?

Artikel VIII

Hoe wordt beoordeeld of landen een hoger dan wel lager beschermingsniveau van privacygevoelige gegevens hanteren, zo vragen de leden van de SP-fractie. Wie beoordeelt dit en aan welke criteria wordt dit getoetst?

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, Aptroot

De adjunct-griffier van de commissie, Giezen

Naar boven