33 106 Wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de ondersteuning van leerlingen in het basisonderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs

Nr. 25 AMENDEMENT VAN HET LID DIJKGRAAF

Ontvangen 5 maart 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel G, onder 1, komt te luiden:

1. Aan het tweede lid wordt een derde volzin toegevoegd, luidende: Bij de benoeming van leden van de raad van toezicht draagt het bestuur er zorg voor dat de geledingen van de medezeggenschapsraad, bedoeld in artikel 3, derde lid, onder a, onderscheidenlijk onder b, van de Wet medezeggenschap op scholen, overwegende invloed hebben op de benoeming van ten minste de helft van het aantal leden van de raad van toezicht.

II

Artikel III, onderdeel H, onder 1, komt te luiden:

1. Aan het tweede lid wordt een derde volzin toegevoegd, luidend: Bij de benoeming van leden van de raad van toezicht draagt het bestuur er zorg voor dat de geledingen van de medezeggenschapsraad, bedoeld in artikel 3, derde lid, onder a, onderscheidenlijk onder b, van de Wet medezeggenschap op scholen, overwegende invloed hebben op de benoeming van ten minste de helft van het aantal leden van de raad van toezicht.

III

In artikel V vervalt onderdeel D.

IV

In artikel V vervalt onderdeel E.

V

In artikel V vervalt onderdeel I.

VI

In artikel V vervalt onderdeel J.

VII

In artikel V vervalt onderdeel L

VIII

Artikel IXA vervalt.

Toelichting

Gelet op het aantal bevoegde gezagsorganen en het schaalniveau van de voorgestelde samenwerkingsverbanden dreigt de ondersteuningsplanraad op het niveau van het samenwerkingsverband een bureaucratisch orgaan te worden. Het is bovendien de vraag of bij deze raad voldoende kennis en capaciteit aanwezig zijn. Omdat de ondersteuningsplanraad vooral rond de vaststelling van het ondersteuningsplan een belangrijke rol heeft, komt eveneens de legitimatie van deze raad gedurende de looptijd van het ondersteuningsplan onder druk te staan. Indiener kiest er daarom voor om, conform de huidige situatie, geen medezeggenschapsraad in te richten op het niveau van het samenwerkingsverband. Het is effectiever de belangen van ouders en leraren te borgen op het niveau van het toezicht van het samenwerkingsverband. Hun positie wordt daarom door dit amendement versterkt. De betreffende geledingen van de medezeggenschapsraad krijgen overwegende invloed op ten minste de helft van het aantal leden van de raad van toezicht.

Dijkgraaf