33 106 Wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de ondersteuning van leerlingen in het basisonderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs

Nr. 13 AMENDEMENT VAN HET LID KLAVER

Ontvangen 21 februari 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel U, worden aan artikel 40a vier leden toegevoegd, luidende:

• 6. Indien de ouders zich niet kunnen verenigingen met het vastgestelde onderscheidenlijk het bijgestelde ontwikkelingsperspectief, bedoeld in het eerste onderscheidenlijk het vierde lid, kunnen zij tegen dat perspectief, binnen vier weken na vaststelling ervan, bij een deskundige hun bedenkingen schriftelijk kenbaar maken.

• 7. De deskundige hoort binnen vier weken na ontvangst van de bedenkingen, bedoeld in het zesde lid, de ouders en het bevoegd gezag over de ingebrachte bedenkingen

• 8. De deskundige beslist binnen vier weken na het horen, bedoeld in het tweede lid, over de bedenkingen en doet, waar nodig, aanbevelingen voor het vaststellen of bijstellen van het ontwikkelingsperspectief.

• 9. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de deskundige.

II

In artikel II, onderdeel V, worden aan artikel 41a vier leden toegevoegd, luidende:

• 6. Indien de ouders, dan wel de leerling, indien deze meerderjarig en handelingsbekwaam is, zich niet kunnen verenigingen met het vastgestelde onderscheidenlijk het bijgestelde ontwikkelingsperspectief, bedoeld in het eerste onderscheidenlijk het vierde lid, kunnen zij tegen dat perspectief, binnen vier weken na vaststelling ervan, bij een deskundige hun bedenkingen schriftelijk kenbaar maken.

• 7. De deskundige hoort binnen vier weken na ontvangst van de bedenkingen, bedoeld in het zesde lid, de ouders dan wel de leerling, indien deze meerderjarig en handelingsbekwaam is.

• 8. De deskundige beslist binnen vier weken na het horen, bedoeld in het tweede lid, over de bedenkingen en doet, waar nodig, aanbevelingen voor het vaststellen of bijstellen van het ontwikkelingsperspectief.

• 9. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de deskundige.

III

In artikel III, onderdeel K, worden aan artikel 26 vier leden toegevoegd, luidende:

• 6. Indien de ouders zich niet kunnen verenigingen met het vastgestelde onderscheidenlijk het bijgestelde ontwikkelingsperspectief, bedoeld in het eerste onderscheidenlijk het vierde lid, kunnen zij tegen dat perspectief, binnen vier weken na vaststelling ervan, bij een deskundige hun bedenkingen schriftelijk kenbaar maken.

• 7. De deskundige hoort binnen vier weken na ontvangst van de bedenkingen, bedoeld in het zesde lid, de ouders en het bevoegd gezag over de ingebrachte bedenkingen

• 8. De deskundige beslist binnen vier weken na het horen, bedoeld in het tweede lid, over de bedenkingen en doet, waar nodig, aanbevelingen voor het vaststellen of bijstellen van het ontwikkelingsperspectief.

• 9. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de deskundige.

Toelichting

Met dit amendement regelt de indiener dat ouders, als zij het oneens zijn met het ontwikkelingsperspectief, naar een onderwijsconsulent kunnen gaan. Deze onderwijsconsulent hoort de ouders over hun bezwaren en hoort ook het bevoegd gezag over deze bezwaren. Indien de onderwijsconsulent het nodig acht, kan hij aanbevelingen doen om het ontwikkelingsperspectief aanpassen.

Met deze bemiddeling kan worden voorkomen dat geschillen gelijk in de juridische sfeer terecht komen. Een second opinion van buitenaf kan zo nodig onzorgvuldigheden in een ontwikkelingsperspectief rechtzetten en zo nodig het vertrouwen in het deskundig handelen van de school herstellen.

Klaver