33 104 Studentenhuisvesting

Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 maart 2014

Hierbij ontvangt u de rapportage van een onderzoek naar de effecten op studentenhuisvesting van mogelijke maatregelen in het Hoger Onderwijs1. Ik stuur u deze brief mede toe naar aanleiding van uw vraag uit de Regelingen van 27 maart 2014 met het verzoek om een brief van de minister van OCW en mij (Handelingen II 2013/14, nr. 68, Regeling van Werkzaamheden).

Het onderzoek heb ik in samenwerking met het ministerie van OCW, de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) en het Kenniscentrum Studentenhuisvesting (Kences) laten uitvoeren. In mijn brief van 5 juni 2013 heb ik Uw Kamer aangekondigd dat ik dit onderzoek zou gaan doen (Kamerstuk 33 104, nr. 5). Het betreft een verdiepend onderzoek als vervolg op de laatste editie van de monitor Studentenhuisvesting van 2013.

Kences is initiator en opdrachtgever van de monitor Studentenhuisvesting. Mijn ministerie financiert en ondersteunt de ontwikkeling van deze monitor conform de afspraken in het Actieplan Studentenhuisvesting 2011–2016. Het ministerie van OCW verleent haar medewerking door jaarlijks gegevens over studenten en de Referentieraming beschikbaar te stellen.

Doel van dit specifieke onderzoek is de validiteit en betrouwbaarheid van de monitor Studentenhuisvesting te verbeteren. Kences en BZK zullen de uitkomsten van dit onderzoek met het oog op dit doel nader bestuderen. Over onze progressie op dat punt zal ik uw Kamer in de jaarlijkse voortgangsbrief Studentenhuisvesting op de hoogte stellen. Zoals afgesproken in het plenaire debat met uw Kamer over het wetsvoorstel invoering leenstelsel in de masterfase (11 december 2013, Handelingen II 2013/14, nr. 35, item 8) zal de minister van OCW uw Kamer voor de zomer een brief doen toekomen over het leenstelsel.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven