33 042 Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA)

19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 25 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 juni 2016

De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft mij verzocht om uw Kamer nog voor het zomerreces te informeren over de uitvoering van de maatregelen voor LHBT-asielzoekers en andere kwetsbare asielzoekers. Met deze brief voldoe ik aan dit verzoek.

Allereerst hecht ik eraan uw Kamer erover te informeren dat ik op 25 mei jl. een overleg heb gevoerd met het COC Nederland, LGBT Asylum Support en Secret Garden. De drie organisaties uitten hun zorgen over de veiligheid van LHBT’s die verblijven in COA-locaties. Ook heb ik hierover een gesprek gevoerd met een vertegenwoordiger van het COA bestuur. Tijdens dit gesprek benadrukte het COA het belang van de veiligheid van kwetsbare bewoners en werd (nogmaals) de problematiek erkend die kwetsbare bewoners (kunnen) ervaren in de opvang. Er is dan ook een gezamenlijk streven om deze veiligheid zoveel mogelijk te garanderen met behulp van de maatregelen die zijn genoemd in de brief over de aangescherpte aanpak van overlastgevende asielzoekers1. Onderdeel hiervan is dat praktische oplossingen worden toegepast waarbij de aard van de maatregel per individueel geval kan verschillen. De belangrijkste mogelijkheden zijn overplaatsing binnen de locatie, overplaatsing naar een andere locatie of een crisisplaatsing.

Het COA heeft voldoende mogelijkheden en capaciteit om per individueel geval te beoordelen of overplaatsing naar een andere locatie noodzakelijk en passend is om veiligheid te bieden. Hiertoe zijn er in de praktijk reeds locaties waar kwetsbare asielzoekers (al dan niet tijdelijk) kunnen worden geplaatst en waar bijvoorbeeld meerdere LHBT’s en andere kwetsbare asielzoekers verblijven. Zo’n netwerk kan bijdragen aan het vergroten van de veiligheid.

Voor situaties waarin overplaatsing aan de orde is bestaat uiteraard geen simpele checklist en zal er altijd sprake zijn van individueel gemotiveerde oplossingen. Ook de veiligheidsbeleving kan aanleiding zijn tot het nemen van een maatregel.

Naast overplaatsing binnen de locatie of naar een andere COA-locatie bestaat de mogelijkheid van een crisisplaatsing buiten COA-locaties. COA heeft begin juli overleg met de Federatie Opvang over onder andere de mogelijkheden en eventuele knelpunten om een dergelijke plaatsing zo nodig in het hele land snel te kunnen regelen.

COA zal altijd in het belang van en in overleg met de bewoner een keus voor de meest geschikte oplossing maken. Ook de overplaatsing van overlastgevers naar een locatie voor overlastgevende bewoners zal helpen om de veiligheid op de locaties te vergroten, zoals ook aangekondigd in mijn brief van 31 maart jl. (Kamerstukken 19 637 en 33 042, nr. 2179). Alvorens een mogelijk geschikte locatie ook daadwerkelijk ingezet kan worden is uiteraard eerst de instemming van het betreffende lokale bestuur een vereiste. Als deze locatie beschikbaar is kunnen bewoners die overlast veroorzaken overgeplaatst worden naar een aparte en soberder opvang.

Naar aanleiding van de aangekondigde maatregelen in de maart-brief, die onder andere zien op het steviger aanpakken van overlastgevers, het adequaat reageren op en registreren van incidenten en het belang van het doen van aangifte is het COA vanaf 1 mei gestart met een verplichte training voor alle medewerkers in de uitvoering. Daarnaast hebben er op het terrein van het borgen van de veiligheid specifieke bijeenkomsten plaatsgevonden voor de contactpersonen veiligheid, die op elke locatie aanwezig zijn.

Wat betreft het proces van aangiftes zijn de betrokken organisaties van de vreemdelingenketen in gesprek met de politie en het OM om verdere verbeteringen door te voeren, bijvoorbeeld op het terrein van informatieuitwisseling.

Zoals ook in het gesprek met LHBT-organisaties en het gesprek met het COA aan de orde kwam, is het voorts van belang om structureel met bewoners in gesprek te zijn over de normen en waarden en Nederlandse regelgeving. Het bespreken van normen en waarden met bewoners is bij het COA volop in ontwikkeling. De pilot van het programma Wonen en Leven op een COA-locatie zal deze zomer verder uitgerold worden. Dit betekent dat er op verschillende momenten met bewoners gesproken wordt over normen en waarden, grondrechten, non-discriminatie. Zo is er in het rechten en plichten gesprek meer aandacht voor artikel 1 van de Grondwet en zijn er diverse voorlichtingsproducten in ontwikkeling, zoals een voorlichtingsfilmpje en een presentatie over grondrechten en veiligheid.

Over de inhoud van de diverse producten en de aard van de voorlichting is overleg met diverse maatschappelijke organisaties. Begin juli wordt door het COA een bijeenkomst georganiseerd waar ook de drie LHBT-organisaties voor uitgenodigd zijn. Dit overleg zal tevens onderdeel zijn van de invulling van de adviesstructuur zoals benoemd in de maartbrief.

Uiterlijk 1 augustus zal op iedere locatie een medewerker zijn die de rol van coördinerend vertrouwenspersoon zal vervullen. Daarna zal er snel een training plaatsvinden voor deze functionarissen, alsmede de contactpersonen veiligheid, met als doel om de reeds bestaande kennis over het borgen van veiligheid te vergroten en zo het bewustzijn op dit terrein op alle locaties verder te bevorderen.

COA is bekend met de kritiek dat het COA niet altijd snel genoeg actie zou ondernemen als de veiligheid van een kwetsbare bewoner in het geding is. Op korte termijn zal het COA overleggen met de drie LHBT-belangenorganisaties over de stappen die het COA neemt in geval van een onveilige situatie alsmede over de verschillende maatregelen die het COA toepast om de veiligheid van kwetsbare personen zoveel mogelijk te garanderen.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff


X Noot
1

Kamerstukken 19 637 en 33 042, nr. 2179

Naar boven