33 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2012

Nr. 9 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 oktober 2011

In het Wetgevingsoverleg over het Jaarverslag 2010 (kamerstuk 32 710 XVI, nr. 11) heb ik met uw Kamer onder meer gesproken over de toegankelijkheid van de informatie over de zorguitgaven in het Jaarverslag van VWS. Daarbij heeft de heer Van der Veen een motie (kamerstuk 32 710 XVI, nr. 7) ingediend met als strekking een verbetering van het Jaarverslag waardoor de Kamer meer inzicht krijgt in:

  • 1) koppeling van ramingen, vraag, aanbod en beleid;

  • 2) analyse van kosten , baten, overschrijdingen, meevallers, tegenvallers, besparingsverliezen, volume- en prijsontwikkeling.

In de motie roept u mij op de Kamer voor 1 december 2011 te laten weten op welke wijze het Jaarverslag 2011 zal worden verbeterd. Onlangs heeft u mij gevraagd om een tussenstand (brief van 16 september 2011).

Allereerst wil ik aangeven dat ik de behoefte aan meer transparantie en een grotere toegankelijkheid van het Financieel Beeld Zorg (FBZ) met u deel. Het huidige FBZ is erg technisch van aard en bevat te weinig beleidsinhoudelijke informatie over de ontwikkeling van de zorguitgaven. Ik heb helaas moeten constateren dat in de afgelopen jaren, waarin is getracht de begrotingsstukken dunner te maken, waardevolle informatie verloren is gegaan. Ik heb daarom besloten de uitvoering van de motie Van der Veen voortvarend op te pakken. Hoewel de motie gaat over het Jaarverslag, ligt het voor de hand ook de begroting aan te passen, zodanig dat het Jaarverslag hierop kan aansluiten. Vooruitlopend op de aanpassingen in het Jaarverslag 2011 is daarom al een eerste verbeterslag gemaakt in de Begroting 2012 en het Financieel Beeld Zorg. Hieronder zal ik kort ingaan op de reeds gemaakte aanpassingen.

In de leeswijzer van de begroting 2012 is van bladzijde 7 tot en met 11 een nieuw deel toegevoegd over het Budgettair Kader Zorg. In dit deel van de leeswijzer wordt het verschil tussen begrotingsgefinancierde en premiegefinancierde uitgaven toegelicht. De relatie tussen het Budgettair Kader Zorg en de begroting wordt beschreven, evenals de financiering van het bruto Budgettair Kader Zorg. Er is aandacht voor de samenstelling van de Budgettair Kader Zorguitgaven en voor de twee fondsen, het AWBZ-fonds en het Zvw-fonds. Ten slotte worden verschuivingen tussen budgetdisciplinesectoren en tussen premiemiddelen en begrotingsmiddelen beschreven. De paragraaf bevat onder andere vier toelichtende overzichten en twee tabellen. De tabellen bevatten de verdeling van de bruto Budgettair Kader Zorguitgaven per artikel en de samenstelling van het bruto Budgettair Kader Zorg. Op deze manier is getracht de uitgavenbegrippen en hun samenhang helderder en inzichtelijker te presenteren dan voorheen.

In het Financieel Beeld Zorg is een meerjarige kadertoets toegevoegd (Tabel 1 Ontwikkeling van het Budgettair Kader Zorg en de netto Budgettair Kader Zorguitgaven blz. 177). Deze laat zien hoe het Budgettair Kader Zorg is aangepast aan de prijsontwikkeling en hoe het is gewijzigd in verband met overhevelingen naar andere kaders (sociale zekerheid of rijksbegroting eng). Ook het nieuwe uitgavenniveau staat vermeld, zodat de over-/onderschrijding is te zien zowel ten opzichte van het oude als het aangepaste Budgettair Kader Zorg. Zodoende worden ramingen (het Kader) en gerealiseerde zorg gekoppeld.

Op blz. 180 is tabel 2A opgenomen, waarin de actualisering, dus de over- en onderschrijdingen per sector, meerjarig zijn opgenomen. In deze subparagraaf is daardoor niet alleen een analyse te zien van de veertig belangrijkste inhoudelijke oorzaken van over- en onderschrijdingen zoals de mee- en tegenvallers, de beleidsintensiveringen en maatregelen. Ook is nu te zien in welke sectoren deze zijn ontstaan. Door deze naast de tabellen op blz. 187 en 188 te leggen, kan een indruk worden verkregen van de «beheersbaarheid» van de sectoren. Daartoe kan de omvang van de over- of onderschrijding worden vergeleken met de totale omvang van de sector.

Tabel 2B op blz. 184 is ook nieuw en bevat de meest omvangrijke ijklijnmutaties tussen het Budgettair Kader Zorg en de andere uitgavenkaders. Deze wijzigingen in het uitgavenniveau zijn dus geen mee- en tegenvallers.

Tabel 3 is uitgebreid ten opzichte van tabel 4 in 2011 en bevat nu de horizontale ontwikkeling van alle hoofdstukken en daarmee het hele Budgettair Kader Zorg. Deze bevat dus ook de delen van de VWS-begroting die onder het Budgettair Kader Zorg vallen. Per artikel is de toename tussen 2010 en 2011 en 2012 te zien. Deze is uitgesplitst in een nominale en een volumeontwikkeling.

Nieuw in het Financieel Beeld Zorg, maar voorheen al decentraal zichtbaar op de artikelen, zijn de uitgaven per sector opgenomen op bladzijde 187–188. (Deze bevat ook de informatie uit de tabel 3 uit de begroting 2011.) Door deze informatie samen te brengen in het Financieel Beeld Zorg kan de omvang en ontwikkeling van de verschillende sectoren beter worden vergeleken. Op artikelniveau is de procentuele mutatie van jaar op jaar opgenomen.

De paragraaf 6 Nieuwe sectoren binnen de cure en care, vanaf blz. 188, is toegevoegd en beoogt bijzondere ontwikkelingen in de omvangrijkste sectoren te beschrijven. In dit geval worden de nieuwe sectorindelingen van de cure en de care beschreven en de inhoudelijke ontwikkelingen die daaraan ten grondslag liggen. Belangrijke ontwikkelingen op het gebied van vraag, aanbod en beleid, horen thuis in deze paragraaf.

De paragraaf 7 Financiering van de zorguitgaven is in grote lijnen niet nieuw maar wel is getracht de materie inzichtelijker te maken. Nieuw is de subparagraaf 7.3 «Wat betaalt een gemiddelde burger aan zorg» met figuur 1, «lasten per volwassene aan zorg in 2012».

Ten slotte is de verdiepingsbijlage uitgebreid. Deze is niet meer opgenomen in de papieren begroting maar gepubliceerd op het internet www.rijksbegroting.nl. De verdiepingsbijlage bevat nu een uitgebreide toelichting op de belangrijkste nieuwe mutaties per artikel over het gehele Budgettair Kader Zorg. De overschrijdingen na de 1e suppletore wet zijn daarbij meer toegelicht dan voorheen. In deze toelichting is aandacht voor vraag, aanbod, mee- en tegenvallers, beleid, besparingsverliezen en de nominale en volumeontwikkelingen.

De hierboven beschreven aanpassingen zijn bedoeld als een eerste stap in de richting van een meer transparant Financieel Beeld Zorg. Het uiteindelijke doel is een zo helder mogelijk beeld te geven van de ontwikkeling van de zorguitgaven, zowel horizontaal als verticaal, voorzien van een begrijpelijke toelichting op de achterliggende oorzaken. Hiermee wordt getracht tegemoet te komen aan de in de motie verwoorde wensen van de Kamer en wordt de informatiepositie van de Kamer versterkt. Deze lijn zou ik in het Jaarverslag 2011 willen voortzetten.

Zoals afgesproken in het Wetgevingsoverleg van afgelopen juni wil ik graag op korte termijn een technisch overleg met uw Kamer beleggen. Daarin zullen mijn ambtenaren een nadere toelichting geven op de hierboven beschreven aanpassingen en de voorgenomen aanpassingen voor het jaarverslag 2011 en de begroting 2013. Daarbij verneem ik graag van u in hoeverre hiermee aan uw verwachtingen wordt voldaan en welke aanvullende informatiebehoefte uw Kamer nog heeft.

Tot slot verwijs ik u naar de brief over de verbetering van de informatievoorziening die ik nog voorafgaand aan de begrotingbehandeling van VWS aan de TK zal sturen. In deze brief zal ik een toelichting geven op de voorstellen die de Taskforce Beheersing Zorguitgaven deze zomer heeft gedaan ter verbetering van de informatievoorziening over de zorguitgaven. Deze voorstellen hebben betrekking op het versnellen van de informatievoorziening, het ontwikkelen van een early-warning systeem en het verbeteren van de beleidsinformatie. Deze voorstellen worden momenteel nader uitgewerkt.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. I. Schippers

Naar boven