33 000 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2012

Nr. 94 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 november 2011

In het wetgevingsoverleg van 14 november 2011 over de begroting Binnenlandse Zaken (Hoofdstuk VII) heb ik toegezegd:

  • nadere informatie te zullen geven over de bedragen in de begroting (artikel 6) voor de online raadpleegbare reisdocumentenadministratie (ORRA);

  • een overzicht te zullen geven van het aantal jeugd-NIK's dat in voorgaande jaren is uitgeven en welk bedragen daarmee waren gemoeid.

Met deze brief geef ik gevolg aan deze toezegging.

Online raadpleegbare reisdocumentenadministratie (ORRA)

De bedragen geven de voorziene kosten weer van de ontwikkeling van de ORRA. Het is nog steeds het voornemen om de reisdocumentenadministratie te vernieuwen en om te zetten in een centrale online bevraagbare administratie. Ik verwijs op dit punt naar mijn brief aan uw Kamer van 26 april 20111.

Zoals bekend wordt uiterst behoedzaam omgegaan met wijzigingen in de reisdocumentenketen. De continuïteit van het aanvragen en uitgeven van de reisdocumenten moet immers gewaarborgd zijn. Het zal daarom nog enige tijd duren voordat duidelijk is hoe de nieuwe reisdocumentenadministratie er uit komt te zien en werkzaam zal zijn. Daarom is in antwoord op vraag 1212 aangegeven dat de realisatie in 2013 niet zeker is.

De genoemde bedragen zijn gedekt door een lening uit het Gemeentefonds3. Deze lening moet worden terugbetaald. Dat gebeurt als de nieuwe reisdocumenten-administratie gerealiseerd is, doordat de kosten van de administratie worden doorberekend in de prijs van de reisdocumenten. Als de nieuwe reisdocumentenadministratie niet zou worden gerealiseerd, dan moet het geleende bedrag dat op de begroting van het ministerie van BZK staat, worden terugbetaald. Daarom kan het ook niet voor iets anders worden aangewend.

Aantal aangevraagde jeugd-NIK’s in 2010 en 2011

Het verlaagde tarief voor de Nederlandse identiteitskaart voor personen jonger dan 14 jaar, de zogenaamde jeugd-NIK, is op 1 januari 2010 ingevoerd. Bij de invoering was de verwachting dat er 300 000 aanvragen voor een jeugd-NIK per jaar zouden zijn. Hiervoor was € 8,3 mln. beschikbaar in de begroting van Binnenlandse Zaken.

In 2010 zijn circa 455 000 jeugd-NIK's aangevraagd. Het subsidiebedrag per jeugd-NIK bedroeg € 34,26. De totale kosten voor het Rijk bedroegen in 2010 € 15,6 mln. Dit leverde een budgettair probleem op van € 7,3 mln.

Ook voor het jaar 2011 werd in de begroting uitgegaan van 300 000 aanvragen. Ten tijde van het opstellen van deze begroting waren de cijfers over 2010 immers nog niet bekend. In de begroting 2011 was € 7,3 mln. beschikbaar voor de jeugd-NIK. In 2011 zijn tot en met de maand oktober circa 420 000 jeugd-NIK's aangevraagd. Het subsidiebedrag per jeugd-NIK bedraagt € 34,67. De totale kosten voor het Rijk bedragen in 2011 tot en met oktober al € 14,6 mln. Verwacht wordt nu dat dit jaar circa 470 000 jeugd-NIK’s worden aangevraagd. De totale kosten worden dan ook geraamd op € 16,7 mln. Voor 2011 betekent dit een tekort van € 9,4 mln. Een deel van dit tekort is bij Voorjaarsnota opgelost. Hoe het resterende tekort gefinancierd zal worden, zal onderdeel uitmaken van de besluitvorming bij Najaarsnota.

Gezien de daadwerkelijk aangevraagde aantallen in 2010 en de stand in 2011 ten tijde van het opstellen van de begroting is voor de begroting van 2012 uitgegaan van een raming van 470 000 aanvragen. In mijn brief van 10 november 20114 en in mijn antwoorden op de Kamervragen van het lid Heijnen5 heb ik uiteengezet dat gezien het bedrag dat op de begroting beschikbaar is voor de subsidie (€ 6,9 mln.), de prijs van € 9,22 niet gehandhaafd kan blijven en verhoogd moet worden naar € 30,00. Hiermee is de jeugd-NIK in 2012 nog steeds € 10,05 goedkoper dan een «normale» NIK.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner


X Noot
1

TK 2010–2011, 25 764, nr. 46.

X Noot
2

TK 2011–2012, 33 000 VII, nr. 6.

X Noot
3

TK 2008–2009, 27 859, nr. 17.

X Noot
4

TK 2011–2012, 25 764, nr. 53.

X Noot
5

TK 2011–2012, Aanhangsel nr. 645.

Naar boven