De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
Gelet op artikel IV, eerste lid, van het Besluit van 16 oktober 2009 houdende wijziging
van het Besluit personenvervoer 2000, het Arbeidstijdenbesluit vervoer en het Reglement
rijbewijzen in verband met de invoering van de boordcomputer taxi, de afschaffing
van de vergunning voor collectief personenvervoer en een technische wijziging in verband
met het elektronisch vervoerbewijs, artikel 22, eerste en derde lid, van de Wegenverkeerswet
1994 en artikel 83, achtste lid, van het Besluit personenvervoer 2000;
Besluit:
Artikel 1
De periode, bedoeld in artikel IV, eerste lid, van het Besluit van 16 oktober 2009
houdende wijziging van het Besluit personenvervoer 2000, het Arbeidstijdenbesluit
vervoer en het Reglement rijbewijzen in verband met de invoering van de boordcomputer
taxi, de afschaffing van de vergunning voor collectief personenvervoer en een technische
wijziging in verband met het elektronisch vervoerbewijs, eindigt met ingang van 1 juli
2014.
Artikel 2
Aan artikel 33 van de Regeling specificaties en typegoedkeuring boordcomputer taxi
wordt een lid toegevoegd, luidende:
-
5. Na verlening van typegoedkeuring door de Dienst Wegverkeer, verstrekt de minister
op aanvraag en na betaling van het daarvoor verschuldigde tarief, aan de betreffende
fabrikant systeemkaarten die alleen ten behoeve van inbouw in de te produceren typegoedgekeurde
boordcomputers mogen worden aangewend.
Artikel 3
Aan artikel 8, tweede lid, van de Regeling gebruik boordcomputer en boordcomputerkaarten
wordt, onder vervanging van de punt na onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel
toegevoegd, luidende:
-
d. zich verlies of diefstal van de chauffeurskaart heeft voorgedaan, als bedoeld in artikel
83, vijfde lid, van het Besluit.
Artikel 4
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
TOELICHTING
Algemeen
Deze regeling strekt in de eerste plaats tot vaststelling van de datum, met ingang
waarvan het gebruik van de boordcomputer in de straattaxi verplicht wordt.
Voorts bevat deze regeling een toevoeging aan de Regeling specificaties en typegoedkeuring
boordcomputer van bepalingen met betrekking tot systeemkaarten. Ten tijde van de inwerkingtreding
van genoemde regeling waren deze systeemkaarten nog niet beschikbaar.
Ten slotte bevat deze regeling een technische correctie van de Regeling gebruik boordcomputer
en boordcomputerkaarten.
De administratieve lasten zijn beperkt. De aanvraag van systeemkaarten bij de Inspectie
Leefomgeving en Transport (ILT) geschiedt naar verwachting hooguit enkele malen per
jaar in tranches en heeft betrekking op slechts enkele (naar verwachting vier) fabrikanten.
De belanghebbende partijen in de sector, fabrikanten en taxiondernemers, zijn regelmatig
geraadpleegd over onder meer de in deze regeling bedoelde datum van verplichting in
het brancheoverleg voor de boordcomputer.
Artikelsgewijs
Artikel 1
Bij besluit van 14 juni 2013 (Stb. 234) werd een overgangsbepaling gewijzigd van het Besluit van 16 oktober 2009 houdende
wijziging van het Besluit personenvervoer 2000, het Arbeidstijdenbesluit vervoer en
het Reglement rijbewijzen in verband met de invoering van de boordcomputer taxi, de
afschaffing van de vergunning voor collectief personenvervoer en een technische wijziging
in verband met het elektronisch vervoerbewijs. De wijziging hield in dat de datum,
met ingang waarvan de boordcomputer taxi verplicht wordt, bij ministeriële regeling
wordt vastgesteld. Reden was dat de datum, die aanvankelijk in genoemd besluit zelf
was opgenomen, niet haalbaar bleek.
Bij de vaststelling van de datum van inwerkingtreding op 1 juli 2014 is het volgende
overwogen.
Brancheorganisatie Koninklijk Nederlands Vervoer Taxi en Connexxion hebben aangegeven
dat zij voor wat betreft het mechanisme van vraag en aanbod van boordcomputers hechten
aan marktwerking. Om een goede keuze te kunnen maken achten zij de beschikbaarheid
van tenminste twee typen boordcomputers op de markt noodzakelijk. Vanaf dat moment
achten zij een periode van ruim één jaar nodig voor het proces van oriëntatie op de
markt, bestellen, inbouw en activering van de boordcomputer. Dit houdt mede verband
met de financiële positie van veel taxibedrijven, die een gespreide investering in
boordcomputers wenselijk maakt. Daarnaast willen taxivervoerders de relatief stille
zomerperiode benutten voor de inbouw van de boordcomputers. Daarom heeft de branche
als datum van verplichting 1 september 2014 bepleit.
Fabrikanten hebben aangegeven dat zij voor de bestelling van onderdelen, de assemblage
en de inbouw een periode van ongeveer één jaar nodig achten. Langer uitstel zou volgens
fabrikanten tot een financieel probleem kunnen leiden. De fabrikanten pleitten daarom
voor vaststelling van de verplichting op of enkele maanden na 1 mei 2014.
Het belang van de Rijksoverheid is dat de taxibranche ten behoeve van een meer effectieve
en meer efficiënte handhaving op de registratie van ritten en rij- en rusttijden zo
spoedig mogelijk is uitgerust met werkende boordcomputers. Digitale registratie moet
leiden tot minder fraude en hogere kwaliteit van het taxivervoer.
De overheid heeft er ook belang bij dat de aanschaf en inbouw van boordcomputers ordelijk
verloopt, bij voorkeur op basis van marktwerking. Dit is van belang gelet op het draagvlak
in de taxibranche voor de boordcomputer. De opstelling van de taxibranche moet daarom
zwaar meewegen in het besluit over de nieuwe datum.
Alles afwegend doet 1 juli 2014 als nieuwe datum van verplicht gebruik voor de straattaxi
het meest recht aan de belangen van betrokken partijen en aan de praktische uitvoerbaarheid
van de regelgeving.
Artikel 2
Artikel 33, vijfde lid, van de Regeling specificaties en typegoedkeuring boordcomputer
taxi regelt de aanvraag van een systeemkaart die moet worden ingebouwd in alle typegoedgekeurde
boordcomputers om de boordcomputer te laten communiceren met de boordcomputerkaarten.
Nadat een fabrikant een typegoedkeuring heeft verkregen voor één of meer typen boordcomputers,
kan hij systeemkaarten aanvragen bij de minister om deze in de te produceren boordcomputers
van het goedgekeurde type te kunnen inbouwen.
Met de systeemkaart wordt een boordcomputer in staat gesteld om de geregistreerde
gegevens te voorzien van een digitale handtekening waarmee bijvoorbeeld bij het wegschrijven
van gegevens van een boordcomputer naar een chauffeurs-, ondernemers- of inspectiekaart
zeker wordt gesteld dat deze gegevens afkomstig zijn van de desbetreffende boordcomputer.
Artikel 3
In artikel 83, vijfde lid, van het Besluit personenvervoer 2000 ontbreekt de termijn
waarbinnen verlies of diefstal van de chauffeurskaart moet worden gemeld. Door toevoeging
hiervan in artikel 8 van de Regeling gebruik boordcomputer en boordcomputerkaarten
is dit artikel in lijn gebracht met dienovereenkomstige bepalingen met betrekking
tot de ondernemerskaart in artikel 12 van die regeling.
Artikel 4
Van het systeem van vaste verandermomenten wordt afgeweken in verband met toezegging
aan de Tweede Kamer dat de datum, met ingang waarvan de boordcomputer verplicht is,
zo spoedig mogelijk bekend wordt gemaakt en met het oog op het zo snel mogelijk verplicht
stellen van de boordcomputer (Kamerstukken II, 2012–2013, 31 521, nrs. 69 en 70). Bovendien betreft het hier regelgeving waarover uitgebreid is overlegd met doelgroepen
(taxiondernemers en fabrikanten). Vertraging van een besluit over de datum van het
verplicht zijn van een boordcomputer zou zich hiermee niet verdragen.
De afwijking van de vaste verandermomenten betreft hier ‘spoed- en noodregelgeving’
die noodzakelijk is in verband met de effectieve rechtshandhaving (Kamerstukken II,
2009–2010, 29 515, nr. 309, paragraaf 2.4).
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
W.J. Mansveld.