35 420 Noodpakket banen en economie

Nr. 20 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 20 april 2020.

De wens om over de voorgenomen voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig leden van de Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 20 mei 2020.

De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden gedaan dan op 21 mei 2020 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 april 2020

In artikel 4.10, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016 is bepaald dat subsidieregelingen een vervaltermijn van maximaal vijf jaren bevatten. De subsidiemodules Garantie ondernemingsfinanciering en Garantstelling gericht op bankgaranties (hierna samen aangeduid als de GO) van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies hebben een vervaldatum van 1 juli 2020.

Vaststelling verlenging GO-regeling

In overeenstemming met artikel 4.10, zevende lid, van de Comptabiliteitswet 2016 leg ik de regeling1 die strekt tot wijziging van het tijdstip waarop voormelde subsidiemodules vervallen aan u voor. De regeling dient dan niet eerder vastgesteld te worden dan 30 dagen na verzending van deze brief. Op grond van de memorie van toelichting bij artikel 4.10 van de Comptabiliteitswet 2016 kan een Minister of Staatssecretaris echter de Tweede Kamer der Staten-Generaal laten weten dat uitstel van het vaststellen van de regeling niet in het belang van de Staat is en de Tweede Kamer verzoeken binnen 30 dagen, inclusief de recesdagen, uitsluitsel te geven over haar standpunten. Graag doe ik een beroep op deze mogelijkheid om de recesdagen te doen gelden binnen de 30 dagen van de voorhangprocedure; daarnaast stel ik zeer op prijs als uw Kamer zo spoedig mogelijk uitsluitsel geeft over haar standpunten omtrent de verlenging van de subsidiemodule.

De verlenging houdt mede verband met de maatregelen die het kabinet in de brieven van 17 maart2 en 7 april jl.3 heeft aangekondigd, om ondernemingen te ondersteunen gedurende de coronacrisis. Gegeven de grote gevolgen waarvoor de ondernemingen zich op dit moment gesteld zien, is een discontinuering van de GO ongewenst. Om hieronder vermelde redenen ben ik van mening dat de verlenging van de GO een breder landsbelang dient. Mocht uw Kamer de regeling ter kennisgeving aannemen, dan beschouw ik dit als toestemming om tot publicatie van de regeling over te gaan, mede in verband met het voormelde landsbelang. De beoogde verlenging zal lopen tot 1 april 2021.

De GO-regeling

De GO beoogt de toegang tot bankkrediet voor het Nederlandse bedrijfsleven te verbeteren. Op grond van de GO kunnen banken een garantstelling van de Nederlandse staat verkrijgen voor kredieten die zij verstrekken aan ondernemers. De GO geldt zowel voor mkb-bedrijven als grote bedrijven. Ook bevat de GO een faciliteit ter zake van bankgaranties die ervoor zorgt dat de Nederlandse staat garant kan staan voor door banken af te geven garanties voor de nakoming van contractuele verplichtingen van de desbetreffende onderneming. Voor de garantstelling wordt een kostendekkende premie geheven.

Eind 2019 is gestart met de GO-evaluatie. De definitieve afronding van de evaluatie, inclusief inhoudelijke beleidsreactie aan de Tweede Kamer, was voorzien in mei 2020. Vanwege de coronacrisis zal de aanbieding van deze evaluatie en de beleidsreactie op een later moment dit jaar plaatsvinden. Omdat het onwenselijk is dat de GO in afwachting van de afronding van het evaluatieproces niet opengesteld zou kunnen worden, wordt de horizonbepaling van de GO verlengd. Indien later dit jaar uit de evaluatie blijkt dat aanpassing van de GO noodzakelijk is, zullen deze aanpassingen worden doorgevoerd. Tot dusverre zijn er vanuit de doelgroep en de uitvoering geen signalen gekomen waaruit zou volgen dat het doel van de GO bij (ongewijzigde) voortzetting niet zou worden bereikt. Daarbij is het van groot belang de horizonbepaling van de GO te verlengen om ondernemingen tijdens de coronacrisis te ondersteunen, niet uitsluitend vanwege de aangekondigde aanvullende maatregelen die gerelateerd zijn aan de GO.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
2

Kamerstuk 35 420, nr. 2.

X Noot
3

Kamerstuk 35 420, nr. 16.

Naar boven