Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 juli 2017
Hierbij bied ik u de eenentwintigste voortgangsrapportage aan van de Voortgangscommissie
Curaçao en de vierentwintigste tot en met zesentwintigste voortgangsrapportage van
de Voortgangscommissie Sint Maarten1.
Zoals in mijn brief aan uw Kamer van 2 november 2016 (Kamerstuk 34 550 IV, nr. 17) reeds is aangekondigd, is de eenentwintigste rapportage van de voortgangscommissie
Curaçao tevens de laatste. Sedert mei 2011 heeft de voortgangscommissie Curaçao periodiek
gerapporteerd aan het Ministerieel Overleg over de voortgang van de uitvoering van
de plannen van aanpak voor de gevangenis SDKK en het Korps Politie Curaçao, KPC. In
de laatste rapportage adviseert de commissie aan het Ministerieel Overleg om te besluiten
tot beëindiging van de plannen van aanpak, omdat beide organisaties nagenoeg hun plannen
hebben uitgevoerd. Ook meent de commissie dat de huidige leiding in staat moet worden
geacht hun organisaties verder te ontwikkelen. De conclusie van de commissie is dat
zowel het KPC als de SDKK aan hun verplichtingen tot opbouw van hun organisaties hebben
voldaan. Ook wordt in de laatste rapportage ingegaan op de effectiviteit van het instrument
van een voortgangscommissie die toeziet op plannen van aanpak.
Bij Ministerieel Overleg van 29 juni 2017 hebben de Minister-President van Curaçao
en ik het besluit genomen dat de taken van de voortgangscommissie Curaçao per 1 juni
2017 zijn voltooid en de commissie derhalve geen werkzaamheden meer verricht. Desondanks
blijft de Algemene Maatregel van Rijksbestuur (AMvRB) van kracht aangezien deze eveneens
ziet op de plannen van aanpak voor Sint Maarten, die nog niet zijn afgerond.
Zoals eerder met uw Kamer is gedeeld, wordt de Samenwerkingsregeling inzake de twee
resterende plannen van aanpak op Sint Maarten voortgezet. Het gaat om het politiekorps
(KPSM) en de gevangenis Pointe Blanche. Hierover treft u drie rapportages aan.
Op 30 juni 2017 heeft de Rijksministerraad, op voordracht van de Minister-President
van Sint Maarten, ingestemd met het ter tekening voorleggen van het koninklijk besluit
inzake de benoeming van de heer Jason Rogers als Sint Maartens lid van de Voortgangscommissie.
Deze positie was sinds 1 december 2014 vacant.
Over de voortgang houd ik uw Kamer zoals afgesproken periodiek op de hoogte.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk