34 550 III Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2017

Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER-PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juli 2017

Hierbij bied ik u het antwoord aan op de mondelinge vraag van het lid Ellemeet (GroenLinks) of de rijksoverheid gebruik maakt van een ethische code bij het plaatsen van advertenties (Handelingen II 2016/17, nr. 72, item 2).

Zoals de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Vice-Minister-President, bij afwezigheid van de Minister van Defensie, in het mondelinge vragenuur van 9 mei 2017 heeft gezegd kan de overheid in haar rol als adverteerder permanent afwegen óf en waar ze gebruik wil maken van advertentieruimtes.

De rijksoverheid kent géén algemene lijn – of ethische code – die voorschrijft op welke websites wel of niet mag worden geadverteerd.

Kortom, het staat departementen te allen tijde vrij om – behoudens lopende contractuele verplichtingen – de afweging te maken wel of niet op een bepaalde website te adverteren. Alle departementen hebben begin mei – afzonderlijk en om voor hen moverende redenen – het besluit genomen om al dan niet tijdelijk niet meer op GeenStijl/Dumpert te adverteren.

DPC – het agentschap dat namens de rijksoverheid de media-inkoop verzorgt – sluit op voorhand websites uit die bijvoorbeeld kunnen worden gecategoriseerd als goksite, pornosite of website die zich schuldig maakt aan racisme.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte

Naar boven