Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 juni 2015
Hierbij doe ik u en de voorzitter van de Eerste Kamer een afschrift toekomen van mijn
brief aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) inzake het voorlopige budgettaire kader
Wlz 20161. Deze brief bevat ook mijn reactie op het advies van de NZa over de toereikendheid
van de contracteerruimte in de Wet langdurige zorg voor 2015. De brief aan de NZa
is verzonden onder voorbehoud van de politieke besluitvorming, die op Prinsjesdag
aan u gepresenteerd wordt. Later dit jaar zal ik de aanwijzing aan de NZa uit doen
gaan. Daarbij hanteer ik uiteraard de voorhangprocedure bij het geven van een aanwijzing
aan de NZa.
Met dit voorlopige budgettaire kader kunnen zorgkantoren en zorgaanbieders het proces
voor de zorginkoop 2016 starten. Een belangrijk doel van de Wlz is dat zorgkantoren
op kwaliteit en inhoud van zorg gaan inkopen. Dit heeft zich onder andere vertaald
in het plan van aanpak kwaliteit verpleeghuizen «Waardigheid en trots» (bijlage bij
Kamerstuk 31 765, nr. 124). Hierin is de doelstelling opgenomen dat zorgkantoren een omslag maken bij hun inkoopbeleid.
Zij krijgen een actieve rol in het ondersteunen van de cliënt en bij het inkopen op
kwaliteit, de controle daarop gedurende de «levertijd» en het op peil houden van die
kwaliteit.
De zorgkantoren hebben samen met ZN een eerste stap in deze omslag gemaakt bij het
opstellen van het zorginkoopkader 2016. Het inkoopbeleid is gebaseerd op het versterken
van de basiszorg, ruimte voor kwaliteit van leven en samenhang in de zorg. Zorgkantoren
zullen in hun inkoopbeleid differentiëren tussen de sectoren, om zo aan te sluiten
bij de eigenheid van iedere sector. ZN en zorgkantoren hebben bij het opstellen van
het inkoopkader de branche-organisaties van cliënten en aanbieders als ook de NZa
en de IGZ meermalen geconsulteerd. Alle Wlz-uitvoerders hebben zich geconformeerd
aan het inkoopkader 2016.
Centraal in het inkoopkader 2016 staan: de beweging van «spreadsheetinkoop» naar een
continue dialoog met zorgaanbieders, het sturen op en belonen van kwaliteit en het
centraal stellen van de keuze van de cliënt. Ik steun de beweging die de zorgkantoren
hiermee hebben ingezet. Door de wens van de cliënt centraal te stellen en daadwerkelijk
met aanbieders in dialoog te gaan over de te leveren zorg en verbetering van kwaliteit
kan meer maatwerk worden geleverd. Aanbieders zullen daarbij meer dan voorheen zelf
aan zet zijn: zij moeten zelf aangeven waar ze naartoe willen als organisatie en op
welke wijze zij willen werken aan het verbeteren van de kwaliteit van zorg. De inbreng
van cliëntenraden is hierbij een vereiste. Deze dialoog, evenals de mogelijkheid tot
het maken van een meerjarenafspraak zal bijdragen aan een vermindering van de administratieve
lasten.
Tegelijkertijd erken ik dat deze beweging richting meer cliëntvolgende bekostiging
en dialoog voor zorgaanbieders enige mate van onzekerheid met zich meebrengt. Ten
eerste omdat zorgkantoren, anders dan vorig jaar, hun budget niet al voorafgaand aan
het jaar volledig zullen uitzetten. Zo houden zij immers de ruimte om gedurende het
jaar tegemoet te blijven komen aan de voorkeuren van nieuwe cliënten. De zorgkantoren
hebben mij wel verzekerd dat voor cliënten die reeds in zorg zijn continuïteit gewaarborgd
blijft. Ten tweede omdat de hoogte van het tarief dat zorgkantoren afspreken met aanbieders
afhankelijk zal zijn van de plannen die zorgaanbieders indienen en de behaalde resultaten.
Uiteraard kunnen zorgaanbieders een gedeelte van de onzekerheid inperken door goede
(en realistische) verbeterplannen in te dienen en hier uitvoering aan te geven.
De zorginkoop is met de publicatie van het zorginkoopkader 2016 van start gegaan.
Tot november zal er intensief contact zijn tussen zorgaanbieders en zorgkantoren,
om uiteindelijk in november tot afspraken te komen. Daarnaast zal ZN de gesprekken
met branche-organisaties en organisaties van cliënten voortzetten, waarbij onder meer
gesproken wordt over de ervaring met de dialoog en het meer centraal stellen van de
cliëntkeuze. Ook ik zal in de reguliere overleggen die ik heb met de zorgkantoren
de vinger aan de pols houden.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M.J. van Rijn