Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 april 2015
In de bijlage bij deze brief wordt hierbij aan de Kamer aangeboden, het rapport inzake
het Onderzoek Omgevingswet, getiteld «Het wetsvoorstel Omgevingswet; Een onderzoek naar de reactie van de regering naar
aanleiding van het advies van de Raad van State»1.
Het onderzoek is uitgevoerd door en onder verantwoordelijkheid van de Rijksuniversiteit
Groningen, Faculteit Rechtsgeleerdheid, conform de door vaste commissie voor Infrastructuur
en Milieu, het presidium en de Kamer vastgestelde onderzoeksopdracht (Kamerstuk 33 962, nr. 8).
Dit onderzoek is gedaan in het kader van de behandeling van het wetsvoorstel inzake
de Regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet)
(Kamerstuk 33 962). De begeleiding van het onderzoek was in handen van een door de commissie ingestelde
werkgroep bestaande uit de leden Veldman, Albert de Vries en Van Veldhoven.
Het onderzoek spitste zich kortweg toe op de vraag welke wijzigingen de regering heeft
voorgesteld naar aanleiding van de opmerkingen van de Afdeling Advisering van de Raad
van State (de Raad) ten aanzien van het wetsvoorstel (Kamerstuk 33 962, nr. 4), met welk effect en welke alternatieven daar voor te schetsen zijn, met welk effect.
Voor de volledige beschrijving van de onderzoeksopzet wordt kortheidshalve verwezen
naar paragraaf 1.2 van het onderzoeksrapport.
Het onderzoek richtte zich op de volgende (geparafraseerde) opmerkingen:
-
A. Regels waaraan burgers en bedrijven zich moeten houden zijn niet in het wetsvoorstel
opgenomen.
-
B. Er blijkt onvoldoende hoe wettelijke taken en bevoegdheden over Rijk, gemeenten, provincies
en waterschappen zullen worden verdeeld.
-
C. Betwijfeld wordt of daadwerkelijk tegelijkertijd in één besluit alle betrokken belangen
kunnen worden afgewogen.
-
D. De veelheid aan instrumenten waarmee overheid of burgers van voorschriften kunnen
afwijken, kan ten koste gaan van eenvoud, voorspelbaarheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid
van het omgevingsrecht.
-
E. Belangrijke voorschriften over rechtsbescherming en handhaving zijn niet opgenomen.
De bevindingen van de onderzoekers zijn verkort weergegeven in Hoofdstuk 7 Samenvatting
(pagina 105) en in Hoofdstuk 8, houdende een tabel waarin de bevindingen overzichtelijk
zijn gepresenteerd (pagina 111). De samenvatting bevat ook een slotbeschouwing, waarin
de onderzoekers weergeven wat – vanuit hun perspectief – de meest opvallende elementen
zijn.
De fracties dienen de in het onderzoeksrapport weergegeven bevindingen zelf om te
zetten in standpunten en/of vragen aan de regering. Het onderzoek is ook met dat oogmerk uitgevoerd.
De voorzitter van de commissie, Van Dekken
De griffier van de commissie, Sneep