Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2020
Tijdens het Kamerdebat op 30 mei 2017 (Handelingen II 2016/17, nr. 80, item 15) over het onderzoek naar de organisatie- en managementcultuur bij het NFI is door
de leden Van Dam (CDA) en Kuiken (PvdA) de suggestie gedaan om een visitatiecommissie
in te stellen die meekijkt met de beoogde cultuurverandering bij het NFI. Met mijn
brief van 23 november 2017 (Kamerstukken 29 628 en 29 279, nr. 746) heb ik bevestigd dat de bedoelde visitatiecommissie er komt. De onafhankelijke commissie,
onder leiding van mr. Sorgdrager, heeft tot taak om driemaal op onafhankelijke wijze
de voortgang van het meerjarig verbetertraject van het NFI te toetsen door middel
van visitaties. Daarbij wordt door de commissie beoordeeld of het beoogde verandertraject,
waaronder strategie, organisatie en cultuur, doelmatig en doeltreffend wordt uitgevoerd
door het NFI. In juli 2019 heb ik u het eerste visitatierapport van de commissie aangeboden
(Kamerstuk 33 628, nr. 63).
Hierbij bied ik uw Kamer het tweede visitatierapport «De tweede visitatieronde» aan1.
Op basis van de resultaten van de uitgevoerde toets op de voortgang, komt de commissie
tot de conclusie dat de er een redelijke voortgang is op de verbeteracties. De commissie
heeft een aantal aanbevelingen gedaan aan het NFI gericht op het doorpakken op de
resterende ongezonde arbeidsverhoudingen en op het beter structureel borgen van de
veranderingen. Daarnaast heeft de commissie een aantal aanbevelingen gedaan die betrekking
hebben op het departement in relatie tot de forensische onderzoeksketen. De commissie
stelt dat het NFI alleen optimaal kan presteren in de keten als de strafrechtketen
als geheel samen integraal en ketenbreed stuurt op de gewenste veranderingen.
De directie van het NFI heeft in haar reactie aangegeven dat zij de bevindingen die
de commissie heeft opgesteld herkent, onderschrijft de conclusies en zal de aan het
NFI gerichte aanbevelingen overnemen. De aanbevelingen die betrekking hebben op het
departement in relatie tot de forensische onderzoeksketen zullen onder regie van het
departement opgepakt worden.
Enkele conclusies en aanbevelingen van de commissie hebben betrekking op de informatievoorziening
in de forensische keten. Tijdens de begrotingsbehandeling (Handelingen II 2020/21,
nr. 30, debat over de begroting Justitie en Veiligheid 2021) is over datzelfde onderwerp
een motie ingediend door de leden Van Toorenburg en Van Dam (Kamerstuk 35 570 VI, nr. 42). Die motie is aangehouden in afwachting van besluitvorming door de strafrechtketen
over het portfolio voor digitalisering. Deze heeft begin december plaatsgevonden en
geleid tot het beschikbaar stellen van 1,2 miljoen euro voor 2021 en 1,7 miljoen euro
voor 2022.
De commissie zal in 2021 haar derde, tevens laatste, visitatie uitvoeren. Ook dit
rapport zal ik met uw Kamer delen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus