Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 november 2014
Bijgaand brief treft u het rapport «Mogelijkheden voor private en maatschappelijke
financiering voor natuur» aan, met de resultaten van onderzoek dat het Nationaal Groenfonds
op mijn verzoek heeft uitgevoerd1. Met dit onderzoek heb ik invulling gegeven aan de motie van de leden Jacobi en Litjens
(Kamerstuk 33 400 XIII, nr. 130) waarin het kabinet wordt verzocht om te verkennen of particulieren en verzekeraars
aanleg van nieuwe natuur kunnen voorfinancieren via pps constructies.
In mijn brief van 21 juni 2013 over de onderzoeksopdracht (Kamerstuk 33 576, nr. 4) heb ik aangegeven dat ik de motie breed opvat. Ik heb het Groenfonds daarom ook
gevraagd welke mogelijkheden zij ziet om meer privaat en maatschappelijk kapitaal
voor natuur aan te boren, om welke economische potentie het gaat en welke overheidsrol
hierbij hoort. In mijn natuurvisie (Kamerstuk 33 576, nr. 14) heb ik eerder aangegeven dat ik meer ruimte wil maken voor private investeringen
in natuur.
Het Groenfonds heeft stakeholders geïnterviewd, praktijkervaringen verzameld en daadwerkelijk
nieuwe investeringen in gang gezet en begeleid. Op basis van deze werkwijze geeft
het Groenfonds aan dat het lastig is om eenduidig de geaggregeerde macro-economische
potentie van natuurcombinaties te bepalen. Het Groenfonds constateert dat er natuurcombinaties
bestaan en nieuwe natuurcombinaties van de grond komen, maar stelt dat een degelijke
economische onderbouwing en een gestructureerde aanpak met ondersteuning vanuit overheden
nog ontbreken. Het extrapoleren van bestaande natuurcombinaties naar andere regio’s
zou niet leiden tot betrouwbare uitkomsten.
De conclusies en aanbevelingen van het Groenfonds zijn daarom vooral gericht op de
vraag welke voorwaarden nodig zijn om kapitaal te mobiliseren voor natuur en welke
bijdrage overheden en andere partijen daaraan kunnen leveren.
(Voor)financiering door verzekeraars en pensioenfondsen
Het Groenfonds concludeert dat het (voor)financieren van investeringen in natuur door
verzekeraars en andere institutionele beleggers zoals pensioenfondsen momenteel nog
niet opportuun is. Nog weinig initiatiefnemers van projecten zouden gebruik willen
maken van een eventuele mogelijkheid tot voorfinanciering. Dat heeft niet alleen te
maken met de economische en financiële crisis, maar ook met de uitvoering van het
natuurbeleid. Partijen hebben de uitwerking van de decentralisatie van het natuurbeleid
en de wijzigende (subsidie)regelingen afgewacht. Met de afspraken in het Natuurpact
is helderheid geschapen. Provincies kunnen verder met de uitvoering van hun plannen.
Pensioenfondsen en verzekeraars geven aan dat ze bereid zouden zijn te investeren
in natuur wanneer er een solide rendement gemaakt kan worden. Dat houdt in: investeringsprojecten
van voldoende financiële omvang (proposities van minimaal € 100 miljoen), met sluitende
business case, een lange tijdshorizon en voldoende zekerheden in de vorm van grondposities
en/of overheidsgaranties. Natuurprojecten van deze omvang komen in ons land niet spontaan
tot stand.
Op 1 oktober jongstleden is de Nederlandse Investeringsinstelling (NII) van start
gegaan. De NII is een privaat platform, mede opgericht met ondersteuning van het Ministerie
van Economische Zaken, dat lange termijn vermogensverschaffing door institutionele
beleggers gaat koppelen aan partijen met een financiële behoefte, zoals overheden.
De NII gaat zelf op zoek naar kansrijke proposities van voldoende omvang die interessant
zijn voor institutionele beleggers. Ook provincies kunnen als vragende partij met
een natuuropgave in gesprek gaan met de NII over de mogelijkheden om tot proposities
met natuurwinst te komen.
Privaat kapitaal en Natuurcombinaties
Groenfonds ziet potentie om meer kapitaal van particulieren voor natuur te benutten
door middel van geef- en spaargeld, «natuurmecenaat» en natuurcombinaties.
Ik wil op korte termijn een Groene Tafel organiseren met medeoverheden, ondernemers,
filantropen en natuurorganisaties om de aanbevelingen uit dit rapport te bespreken
en om te zetten in een implementatieagenda met acties die het «investeringsklimaat»
voor private en maatschappelijke investeringen in Nederlandse natuur zullen versterken.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma