32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Nr. 192 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2018

Naar aanleiding van het verzoek van het lid Beckerman tijdens het ordedebat van 16 mei jl. (Handelingen II 2017/18, nr. 81, Regeling van Werkzaamheden) reageer ik hierbij op de cijfers van het CBS over de hogere CO2-uitstoot in het eerste kwartaal van 2018.

Zoals het CBS aangeeft, was door het relatief koude winterweer het gasverbruik van zowel de huishoudens als de dienstverlening in het eerste kwartaal van 2018 ongeveer 5% hoger dan een jaar eerder. Daarnaast stegen de CO2-emissies van de transportsector, waarbij met name de uitstoot van de luchtvaartsector als gevolg van meer vliegbewegingen toenam. Ook lag de CO2-uitstoot vanuit de landbouw, de industrie en de bouwnijverheid hoger dan een jaar eerder. In de elektriciteitssector was daarentegen sprake van een lagere uitstoot, met name doordat minder gebruik werd gemaakt van steenkool.

Reactie

Het kabinet heeft in het regeerakkoord een Klimaatakkoord aangekondigd om de uitstoot van broeikasgassen met 49% te beperken in 2030. Het Klimaatakkoord kan alleen slagen als iedereen zich de komende tijd blijft inzetten om ook de doelen voor 2020 en 2023 te halen, in het bijzonder die uit het Energieakkoord. Op deze manier zal de CO2-uitstoot de komende jaren substantieel dalen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven