Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 mei 2021
In onze brief van 14 december 2020 hebben wij uw Kamer geïnformeerd over een datalek
binnen het Justitieel Documentatie Systeem (JDS).1 Tevens hebben wij toen een evaluatie naar dit datalek aangekondigd. In deze brief
informeren wij u over de uitkomst van deze evaluatie.
Terugblik
Het datalek heeft kunnen ontstaan doordat sinds 1 januari 2020 het OM-advies is toegevoegd
aan JDS. Naar later bleek is dit uitgevoerd zonder aanpassing van de autorisatiesystematiek.
Dit houdt in dat door geautoriseerde toegang tot het OM-advies men automatisch ook
toegang had tot de Persoonsdossiers.
Direct na constatering op 28 oktober 2020 is het datalek gedicht. Justid heeft door
goede logging exact na kunnen gaan wie wanneer toegang had tot welke gegevens. Dit
heeft het mogelijk gemaakt om precies te bepalen waar het lek zich gemanifesteerd
heeft.
Door het datalek zouden 24 medewerkers toegang tot bepaalde informatie kunnen hebben
gehad. 10 daarvan hebben ook daadwerkelijk toegang verkregen. Deze 10 personen zouden
deze informatie ook via een andere weg tot zich kunnen nemen en waren op dat moment
bevoegd om de informatie in te zien voor de uitoefening van de functie.
Het datalek heeft er dus niet toe geleid dat personen toegang hebben verkregen tot
informatie waartoe men niet bevoegd was.
Evaluatie
Uit de evaluatie blijkt dat dit datalek is ontstaan door samenloop van een drietal
factoren.
Allereerst is vóór de inproductiename van het OM-advies op 1 januari 2020 door het
implementatieprogramma voor de wet Uitvoering Strafrechtelijke Beslissingen (USB)
een risico erkend met betrekking tot toegang tot het Persoonsdossier. Dit risico werd
aanvaardbaar geacht mits maatregelen getroffen zouden worden om het risico te mitigeren.
Tijdens en na de implementatie van het OM-advies in JDS is er echter onvoldoende aandacht
geweest voor het treffen van deze maatregelen.
Ten tweede heeft het te lang geduurd voordat actie is ondernomen nadat op operationeel
niveau bekend was geworden dat de autorisatie-systematiek van het OM-advies mogelijk
onjuist was geïmplementeerd. De verklaring hiervoor is een onderschatting van de impact
van deze mogelijk onjuiste implementatie in combinatie met de complexiteit om hiervoor
een oplossing te vinden.
Ten derde is in het gehele traject de verwerkingsverantwoordelijke van de Persoonsdossiers
tot aan de constatering van het datalek op 28 oktober 2020 ten onrechte niet betrokken
geweest. De verwerkingsverantwoordelijke is daardoor niet in de gelegenheid gesteld
om zijn verantwoordelijkheid te nemen bij deze aanpassing van JDS.
Aanbevelingen
Vanuit de evaluatie is de aanbeveling gedaan om bij de overdracht van een project
aan de lijn alert te zijn en blijven op het specifiek en expliciet vastleggen hoe
met restpunten en risico’s omgegaan dient te worden. Hiernaast zal op ieder niveau
continu aandacht moeten worden gegeven aan het herkennen, erkennen en handelen bij
situaties zoals in deze brief beschreven. Ook zal binnen een project en tijdens de
implementatie regelmatig stilgestaan moeten worden bij ieders rol en verantwoordelijkheid
en regelmatig beoordeeld moeten worden of een rol wordt gemist.
Binnen de Strafrechtketen worden de bevindingen en aanbevelingen uit de evaluatie
van dit datalek breed verspreid. Deze zullen als basis dienen om processen en procedures
aan te passen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker