Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 mei 2019
Vanochtend heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (in de rest
van de brief aangeduid als «Afdeling») uitspraak gedaan over het Programma Aanpak
Stikstof (PAS). Twee natuurorganisaties, Mobilisation for the Environment (MOB) en
werkgroep Behoud de Peel, hebben tegen zes vergunningen beroep ingesteld. Het betreft
vergunningen op grond van de Wet natuurbescherming voor veehouderijen die een beroep
doen op de ontwikkelingsruimte van het PAS. Volgens deze organisaties wijkt het PAS
op een aantal punten af van de Europese Habitatrichtlijn. Ook is beroep ingesteld
tegen beweiden en bemesten zonder vergunning door een aantal landbouwers, op grond
van de daarvoor geldende provinciale vrijstelling. In beide zaken heeft de Afdeling
nu een uitspraak gedaan.
Uitspraak
De Afdeling stelde in mei 2017 prejudiciële vragen over het PAS aan het Europese Hof
van Justitie in Luxemburg. Het Hof deed uitspraak op 7 november 2018. Ik heb uw Kamer
hier op 20 november 2018 over geïnformeerd (Kamerstuk 32 670, nr. 141). Het Hof accepteert een systeem als dat van de PAS bij het toestaan van projecten,
maar gaf aan dat er zware eisen blijven gelden voor de onderbouwing van het PAS. Het
Hof oordeelde daarnaast dat de vrijstelling voor beweiden en bemesten alleen mogelijk
is als significante gevolgen voor de natuur op voorhand zijn uit te sluiten.
De Afdeling heeft nu geoordeeld dat het PAS niet aan deze eisen voldoet. Op basis
van het PAS wordt vooruitlopend op toekomstige positieve gevolgen van maatregelen
voor beschermde natuurgebieden, alvast toestemming gegeven voor activiteiten die mogelijk
schadelijk zijn voor die gebieden. De Afdeling stelt dat de huidige motivering niet
de wetenschappelijke zekerheid biedt dat er geen schadelijke gevolgen zijn voor de
natuur, en dat een dergelijke toestemming vooraf niet meer gegeven mag worden.
Daarnaast oordeelt de Afdeling dat de vrijstelling van de vergunningplicht voor beweiden
en bemesten niet in overeenstemming is met de Habitatrichtlijn, omdat niet vooraf
is uitgesloten dat de betrokken depositie niet leidt tot aantasting van de natuur.
Om die reden is een vergunning nodig voor het beweiden en bemesten.
Gevolgen PAS
De bevoegde gezagen voor toestemmingsverlening op grond van het PAS hadden voorafgaand
aan de uitspraak van de Afdeling besloten om de toestemmingsverlening op basis van
het PAS vanaf 23 mei 2019 12.00 uur tijdelijk op te schorten, tot de gevolgen van
de uitspraak zorgvuldig in beeld zijn gebracht. Deze opschorting blijft van kracht.
Het is ook niet meer mogelijk om meldingen in te dienen.
Bij de Afdeling zelf en bij de rechtbanken liggen nog meer toestemmingsbesluiten die
gebaseerd zijn op het PAS in beroep voor. De behandeling van deze zaken was aangehouden
in afwachting van de uitspraak in de pilotzaken. De Afdeling is voornemens om in juni
duidelijkheid te bieden over de natuurvergunningen voor veehouderijen. De afhandeling
van zaken over bestemmingsplannen zal wat langer duren.
Tot slot
Het PAS beoogt doelen voor natuur en economische ontwikkeling in balans te realiseren:
de natuur robuuster maken, stikstof verminderen en nieuwe activiteiten mogelijk maken.
De Afdeling heeft een duidelijke uitspraak gedaan. Deze uitspraak raakt iedereen die
vergunningsaanvragen heeft lopen. Ik vind het van belang om te benadrukken dat mijn
ambitie om de hoeveelheid stikstof terug te dringen een prioriteit blijft. Ik ga de
uitdaging aan om de balans tussen natuur en economische ontwikkeling te herstellen.
Ik hecht eraan om uw Kamer snel te informeren bij belangrijke ontwikkelingen zoals
deze. Vandaar dat ik u nu mijn eerste reactie op hoofdlijnen stuur. Volgende week
vindt een bestuurlijk overleg plaats met de PAS-partners. Met hen zal ik bespreken
hoe we gevolg kunnen geven aan de uitspraak. Na dit overleg zal ik u nader informeren
over de uitkomsten en de consequenties voor het PAS en de vrijstelling voor beweiden
en bemesten. Ook zal ik dan een nadere juridische analyse van de uitspraak met u delen.
Hiermee kom ik ook tegemoet aan uw verzoek uit de regeling van werkzaamheden van vandaag
om een brief te ontvangen over de uitspraak van de Raad van State over het PAS.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten