32 625 Vaststelling van overgangsrecht en wijziging van diverse wetten ten behoeve van de invoering van de wet van … tot wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de invoering van de geluidproductieplafonds en de overheveling van hoofdstuk IX van de Wet geluidhinder naar de Wet milieubeheer (modernisering instrumentarium geluidbeleid, geluidproductieplafonds) (Invoeringswet geluidproductieplafonds)

Nr. 15 AMENDEMENT VAN HET LID WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK

Ontvangen 7 juni 2011

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel II wordt na onderdeel R een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ra

Artikel 11.33, zesde lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden:

• 6. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld omtrent:.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de periodieke toetsing en actualisatie van de meet- en rekenvoorschriften

II

In artikel III wordt na onderdeel F een onderdeel ingevoegd, luidende:

G

In artikel 21.6, vierde lid, wordt na «10.61, eerste lid,» ingevoegd: 11.33, zesde lid,.

Toelichting

Artikel 11.33 bevat algemene regels voor het akoestisch onderzoek. Dit onderzoek wordt gebaseerd op gestandaardiseerde meet- en rekenvoorschriften welke worden uitgewerkt in een ministeriële regeling.

Het is wenselijk dat deze voorschriften periodiek worden getoetst en geactualiseerd. In de nota naar aanleiding van het verslag bij de invoeringswet staat dat de wijze waarop vorm zal worden gegeven aan de periodieke actualisatie zal worden vastgelegd in een ministeriele regeling. Het vaststellen en wijzigen van meet- en rekenvoorschriften dient zorgvuldig te gebeuren. Voor voldoende draagvlak bij burgers dient de betrouwbaarheid hiervan te worden geborgd. Dit kan bijvoorbeeld door een onafhankelijke toetsing en controle metingen om de rekenmethode te valideren en actueel te houden.

Voor het zorgvuldig doorlopen van planprocessen is het wenselijk dat de voorschriften niet te vaak wijzigen en dat keuzes worden verantwoord. Een voorbeeld van een keuze in het meet- en rekenvoorschrift is het voornemen om voortaan de totale geluidbelasting te berekenen op basis van alle geluidbronnen van een beheerder in plaats van afzonderlijk per bron. Dit soort keuzes kunnen ook grote impact hebben voor burgers en voor de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden voor gemeenten. Hierover leven nog grote zorgen bij gemeenten, zeker nu het wettelijke stelsel voor lokale geluidsbronnen (swung-2) nog niet is uitgewerkt.

Dergelijke hoofdlijnen van het reken- en meetvoorschrift lenen zich minder voor een ministeriele regeling. Daarom regelt dit amendement dat deze hoofdlijnen op het niveau van een algemene maatregel van bestuur worden geregeld met een voorhangprocedure zodat de Kamer hier desgewenst over kan spreken. De feitelijke meet- en rekenvoorschriften die daarvan zijn afgeleid kunnen wel op het niveau van een ministeriele regeling worden vastgelegd.

Wiegman-Van Meppelen Scheppink