32 600 Regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector)

Nr. 45 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 mei 2012

Op 6 december 2011 zijn bij de stemmingen voor het voorstel van Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) de moties – Heijnen aangenomen, waarin de regering wordt verzocht ook de bezoldiging van topfunctionarissen van koepels van instellingen die worden betaald uit publieke middelen aan regels te onderwerpen1, respectievelijk waarin de regering wordt verzocht te onderzoeken op welke wijze de topinkomens in de sector kinderopvang zoveel mogelijk kunnen worden genormeerd in overeenstemming met de WNT2. Naar aanleiding hiervan bericht ik u mede namens de ministers van VWS, Financiën, OCW en SZW het volgende.

De zes koepels van onderwijsinstellingen zijn om een specifieke reden onder de WNT gebracht. Vanuit de wenselijkheid een efficiëntiekorting voor de onderwijsinstellingen te realiseren, waarbij hun bijdrage aan adviesraden en instituten – waaronder de onderwijskoepels – wordt verminderd, heeft het kabinet besloten de onderwijskoepels onder de WNT te brengen. Voor de betreffende instellingen is dan ook een aparte grondslag gecreëerd.

Bij de drie koepels van de decentrale overheden, de vijf koepels bij de algemeen nut beogende instellingen en de elf koepels in de zorgsector komen, volgens een globale inventarisatie, geen functionarissen voor met een bezoldiging die boven de WNT-norm uit komt. Bij één van de twee koepels van de woningbouwcorporaties, Aedes, komt één functionaris voor met een bezoldiging boven de WNT-norm. Over deze bezoldiging bij Aedes bent u 9 juni 2009 in antwoord op schriftelijke vragen geïnformeerd3. Daarbij is ook aangegeven dat bij een eventuele herbenoeming na vier jaar de arbeidsovereenkomst zal worden aangepast aan de dan geldende wettelijke normen voor directeur-bestuurders van corporaties.

Gezien de uitkomsten van bovengenoemde inventarisatie zie ik ook geen materiële reden om de koepelorganisaties aan nadere regels te onderwerpen. De inhoudelijke reden daarvoor heeft mijn ambtsvoorganger bij de behandeling in de Tweede Kamer uitgebreid toegelicht.

De sector kinderopvang is geen onderwerp van de WNT, omdat de kinderopvang grotendeels niet voldoet aan de criteria van de commissie-Dijkstal, die aan de basis liggen van onderhavig wetsvoorstel. Voor de kinderopvangsector heeft de Beroepsvereniging Directeuren Kinderopvang (bdKO) in 2007 een Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden voor het salaris van de directie in de kinderopvang opgesteld. Deze adviesregeling kent nu enkele klassen die boven de WNT-norm komen. Nu wordt deze adviesregeling niet volledig onderschreven door de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Kinderopvang (NVTK). Thans bereidt de NVTK een eigen adviesregeling salarissen bestuur voor, waarbij ook aandacht wordt geschonken aan de WNT-norm. De adviesregeling zal naar verwachting na de zomer in concept gereed zijn. Hoewel de sector kinderopvang geen onderwerp van de WNT is, kan op deze wijze toch een resultaat worden bereikt waarmee de topinkomens in deze sector zo veel mogelijk worden genormeerd in overeenstemming met de WNT.

Ik vertrouw er op, dat ik met deze brief tevens gevolg heb gegeven aan het verzoek van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken in haar procedurevergadering van 15 december 2011 om de Kamer te informeren over de wijze waarop de moties, die in het kader van de behandeling van de WNT zijn aanvaard, zijn uitgevoerd.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. E. Spies

Bijlage: Koepelorganisaties

Koepels van onderwijsinstellingen:

  • PO-raad (primair onderwijs)

  • VO-raad (voortgezet onderwijs)

  • MBO-raad (middelbaar beroepsonderwijs)

  • HBO-raad (hoger beroepsonderwijs)

  • VSNU (Vereniging van samenwerkende Nederlandse universiteiten)

  • SBB (Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven, voorheen COLO)

Koepels van decentrale overheden:

  • Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG)

  • Interprovinciaal overleg (IPO)

  • Unie van Waterschappen (UvW)

Koepels bij de algemeen nut beogende instellingen:

  • Instituut Fondsenwerving (IF)

  • Contactorgaan In Overheidszaken – Kerken (CIO-K)

  • Vereniging van Fondsen in Nederland (FIN)

  • Vereniging Fondsenwervende Instellingen (VFI)

  • Samenwerkende Brancheorganisaties Filantropie (SBF)

Koepels in de zorgsector:

  • NVZ Vereniging van Ziekenhuizen

  • Actiz Organisatie van Zorgondernemers

  • Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU)

  • Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) Nederland

  • Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN)

  • Landelijke Huisartsenvereniging (LHV)

  • Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (NMT)

  • Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP)

  • Jeugdzorg Nederland

  • Zorgverzekeraars Nederland (ZN)

  • Landelijke Vereniging Gezondheidscentra (LVG)

Koepels van de woningbouwcorporaties:

  • Aedes

  • Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties(VTW)


X Noot
1

Kamerstukken II 2011/12, 32 600, nr. 38.

X Noot
2

Kamerstukken II 2011/12, 32 600, nr. 37.

X Noot
3

Kamervragen II 2008/09, 2877.

Naar boven