30 977 AIVD

Nr. 104 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 juni 2014

Tijdens het debat over afluisteren door de NSA en de rol van Nederland daarin van 9 april jl. (Handelingen II 2013/14, nr. 73, item 8) en het AO over de evaluatie Wet op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten 2002 (Wiv2002) van 16 april jl. (Kamerstuk 33 820, nr. 3) zijn er diverse moties ingediend en toezeggingen gedaan die de AIVD regarderen. Tevens is door de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken van uw Kamer bij brief van 12 juni 2014 verzocht om een stand-van-zakenbrief over het «no spy akkoord». Graag informeer ik u met deze brief over het bovenstaande. Daarnaast informeer ik uw Kamer hierbij over het besluit tot versterking van de operationele capaciteit van de AIVD. Daar de onderwerpen ook de MIVD betreffen, informeer ik u met deze brief mede namens de Minister van Defensie.

Taakstelling en operationele capaciteit AIVD en co-locatie MIVD

In mijn begeleidende brief bij de nota's van wijziging bij de begroting van BZK voor het jaar 2014 van 22 november 2013 (Kamerstuk 33 750 VII, nr. 15), heb ik toegezegd uw Kamer op een later moment te informeren over de maatregelen om te komen tot de nog resterende taakstelling van € 11 miljoen (de zogenaamde tweede tranche vanaf 2017).

Zoals bij uw Kamer bekend is, is met het Herfstakkoord de taakstelling op de AIVD bijgesteld naar € 34 miljoen structureel per jaar vanaf 2018. Van deze € 34 miljoen is € 23 miljoen reeds ingevuld met een combinatie van efficiencymaatregelen, vergaande versobering en een beperkte taakbijstelling op het primaire proces. Dit houdt in dat er voor de dienst nog een opgave van € 9 miljoen in 2017 en € 11 miljoen structureel vanaf 2018 resteert.

Zowel de Minister van Defensie als ik hebben de intentie uitgesproken co-locatie van AIVD en MIVD te gaan realiseren. Hiervoor is het Rijksvastgoedbedrijf i.o. opdracht gegeven tot het uitbrengen van een offerte. Dit najaar moet dit leiden tot een samenwerkingsovereenkomst tussen de beide verantwoordelijke secretarissen-generaal en de DG van het Rijksvastgoedbedrijf. Vanaf dat moment kan het projectplan verder worden uitgewerkt. Het gezamenlijk huisvesten van beide diensten levert voor de AIVD een structurele besparing op die een substantiële bijdrage levert aan het invullen van de resterende taakstelling.

Het dreigingsbeeld (jihadgang Syrië, ontwikkelingen in Irak, instabiliteit in het Midden-Oosten en buitengrenzen van Europa) is sinds de start van dit kabinet in 2012 steeds negatiever geworden. De potentiële gevolgen van deze ontwikkelingen voor de nationale veiligheid zijn in beeld gebracht in de meest recente nota van de AIVD, Transformatie van het jihadisme in Nederland, en in het meest recente Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland. Het kabinet heeft besloten vanaf 2015 het budget van de AIVD met € 25 miljoen structureel te verhogen. De intensivering wordt ingepast in de begroting 2015. De eerder genoemde bezuinigingsmaatregelen ten aanzien van efficiencymaatregelen en colocatie blijven van kracht.

Samenwerking buitenlandse diensten

Met de motie Schouw en Segers (Kamerstuk 30 977, nr. 89) is de regering verzocht om te komen tot een nadere invulling van de criteria voor samenwerking van de Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsheidsdiensten met buitenlandse diensten. Zoals bij uw Kamer bekend is (Kamerstuk 33 820, nr. 2), heeft het Kabinet de aanbeveling van de Commissie Evaluatie Wiv2002 (Commissie-Dessens) om de thans bestaande criteria voor samenwerking met buitenlandse diensten in de gewijzigde Wiv2002 op te nemen, overgenomen. In de toelichting bij deze wetswijziging zullen de criteria nader worden ingevuld. Ik heb het verzoek uit de motie aan de CTIVD, om in de jaarlijkse rapportage in te gaan op de uitvoering van deze motie, doorgeleid aan de voorzitter van de CTIVD.

Een van de uitgangspunten van samenwerking met buitenlandse diensten is dat de fundamentele mensenrechten worden gerespecteerd. Conform de aanbeveling van de CTIVD, zullen de internationale samenwerkingsrelaties beoordeeld worden op transparantie en de afwegingen die daaraan ten grondslag liggen nader worden geconcretiseerd. Concreet betekent dit dat de AIVD en de MIVD zich nader informeren over de wettelijke bevoegdheden en (technische) mogelijkheden van buitenlandse diensten. De motie Van Raak en Recourt (Kamerstuk 30 977, nr. 95) wordt hiermee uitgevoerd.

De motie Segers c.s. (Kamerstuk 30 977, nr. 97) verzoekt de regering in overleg te treden met de overheden en diensten van bondgenoten waarmee wordt samengewerkt, om te komen tot nieuwe en expliciete afspraken over de eerbiediging van de mensenrechten. Zoals uw Kamer eerder is gemeld, spannen de AIVD en de MIVD zich in multi- en bilateraal verband in om te komen tot dergelijke afspraken. Zo nemen de diensten deel aan het uitwerken van een voorstel om te komen tot de ontwikkeling van normen voor samenwerking tussen de Europese inlichtingendiensten. Het betreft één van de acht punten die Bondskanselier Merkel in juli 2013 heeft voorgesteld om te komen tot betere waarborgen voor de bescherming van de privacy. Daarnaast is Nederland ook in gesprek met de VS om de afspraken over de samenwerking waar nodig te herzien. Voor beide processen geldt dat de eerbiediging van mensenrechten kaderstellend is.

Zoals ik heb aangekondigd tijdens het debat van 9 april jl., is voor het delen van (meta)data in bulk met buitenlandse diensten voortaan toestemming van de Minister noodzakelijk. Hiertoe zijn de interne procedures van de AIVD en de MIVD aangepast. Ik heb tevens het verzoek van uw Kamer om de CTIVD in haar jaarlijkse rapportage in te laten gaan op te uitvoering van deze motie, doorgeleid aan de voorzitter van de CTIVD. Hiermee is aan de motie Schouw (Kamerstuk 30 977, nr. 96) uitvoering gegeven.

Reactie CTIVD op Kabinetsstandpunt inzake strafbare feiten agenten

Tijdens het AO over de evaluatie Wiv2002 van 16 april jl., is onder andere gesproken over de constatering van de Commissie-Dessens dat er nog geen AMvB is vastgesteld met nadere regels over de voorwaarden waaronder en de gevallen waarin een agent strafbare feiten mag (mede)plegen. Het lid Recourt (PvdA) constateerde dat het standpunt van het Kabinet, namelijk dat het niet noodzakelijk is alsnog een regeling tot stand te brengen, niet overeenkomt met het advies van de Commissie-Dessens en de CTIVD. In het overleg werd voorgesteld de CTIVD te verzoeken hierop te reageren. Ik heb dit verzoek doorgeleid naar de CTIVD.

De CTIVD heeft uw Kamer in haar toezichtsrapport nr. 37 over langlopende agentenoperaties geïnformeerd over haar standpunt in dezen (Kamerstuk 29 924, nr. 108 (bijlage)). Zij heeft gesteld dat met het Openbaar Ministerie goede en toetsbare afspraken moeten worden gemaakt over de toestemming voor het plegen van strafbare feiten door agenten van de AIVD. Deze moeten worden vastgelegd in intern beleid. Tevens moet schriftelijk worden vastgelegd wat er in het kader van het plegen van strafbare feiten door agenten besproken wordt met de Landelijke Officier van Justitie (LovJ). Zoals ik uw Kamer heb medegedeeld in reactie op het rapport, neem ik deze aanbevelingen van de CTIVD over (Kamerstuk 29 924, nr. 108).

Overbrenging dossiers naar het Nationaal Archief

Tijdens het AO over de evaluatie Wiv2002 van 16 april jl. heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de overbrenging van dossiers van de AIVD naar het Nationaal Archief. Ik kan u melden dat met het Nationaal Archief is afgesproken dat de overdracht van de dossiers uit het archief van de Centrale Veiligheidsdienst over de periode van 1946 tot 1952 aan het Nationaal Archief in het najaar van 2014 zal plaatsvinden.

De overbrenging van de overige dossiers zal moeten plaatsvinden op grond van een openbare selectielijst. Hierin wordt aangegeven welke gegevens voor vernietiging en welke voor overbrenging in aanmerking komen. Er zijn inmiddels geen principiële discussiepunten meer om te komen tot vaststelling van de lijst. Conform de Kabinetsreactie op het rapport van de Commissie-Dessens vergt vernietiging van de agenten- en informantendossiers eerst aanpassing van de Wiv2002. Deze dossiers maken derhalve nog geen deel uit van de procedure.

Thans wordt ingezet om, in samenwerking met het Nationaal Archief, het omvangrijke administratief proces nog dit jaar af te ronden en de selectielijst begin 2015 aan uw Kamer te doen toekomen.

Wetswijziging Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002

Zoals toegezegd in het AO van 16 april jl. wordt ernaar gestreefd om dit jaar het wetsvoorstel tot herziening van de Wiv2002 aan internetconsultatie te onderwerpen. Met de voorbereiding van het desbetreffende wetsvoorstel is inmiddels in interdepartementaal verband een aanvang gemaakt.

Uw Kamer zal na de zomer het beleidsstandpunt over kabelgebonden ongerichte interceptie ontvangen.

Mede namens de Minister van Defensie,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven