Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 juli 2018
In mijn laatste voortgangsbrief over de vorming van de Nationale Politie1 heb ik toegezegd tweemaal per jaar uw Kamer te informeren over ontwikkelingen binnen
de politie. Op 15 juni 2018 heb ik u een tweetal brieven toegezonden met daarin een
aantal recente en omvangrijke ontwikkelingen binnen de politie.2
3
De vorming van de nationale politie is afgerond. Er staat nu één politie die vanuit
een stevige lokale verankering als één organisatie werkt aan de veiligheid van ons
land. Het is nu zaak het politiebestel verder te ontwikkelen en te verbeteren zoals
de commissie Kuijken stelt in haar evaluatierapport4. Met de investeringen die dit kabinet doet gaat de politie een nieuwe fase in, waarin
wordt ingezet op vernieuwing, verbetering en modernisering van de politie. De vraag
naar politie-inzet verandert. Dit vraagt een flexibele en wendbare politie die in
staat is in te spelen op deze verandering. De investeringen die ik heb aangekondigd
zien zowel op de kwaliteit van de politieorganisatie als op uitbreiding van de capaciteit,
om te komen tot een politie die sneller en effectiever inzetbaar is. Hierdoor worden
onze agenten maximaal waakzaam in de wijk, op het web en in de wereld.
Bovenstaande ontwikkelingen staan niet op zichzelf. De politie werkt dagelijks aan
de veiligheid in Nederland. Die taak verandert niet. De wijze waarop deze taak wordt
uitgevoerd wel. De politie is zichtbaarder geworden, meer benaderbaar en is steeds
meer gaan samenwerken met burgers en partners. In de snel veranderende samenleving
moet de politie meegaan met de ontwikkelingen om aansluiting bij de samenleving te
behouden. Dit vraagt ook om aanpassingen binnen de politieorganisatie, waaronder in
de gebiedsgebonden politiezorg en de opsporing. De GGP dient recht te doen aan de
lokale context van de basisteams. In bijlage I5 ga ik hier nader op in. In het najaar zal ik uw Kamer ook nader informeren over de
ontwikkelagenda opsporing. Hierbij zal ik op verzoek van het lid Bisschop (SGP) ook
nader ingaan op de aansluiting tussen de basisteams en de recherche.
Om deze ontwikkelingen in de politieorganisatie goed vorm te kunnen geven is het noodzakelijk
dat ook het politieonderwijs een modernisering doormaakt. Via een separate brief informeer
ik u meer uitgebreid over het politieonderwijs. Naast het politieonderwijs zijn er
ook ontwikkelingen te melden in het personeelsbeleid van de politie, waaronder de
aanpak van integriteitskwesties bij de politie. Hierover bericht ik u nader in bijlage
II6 van deze brief.
Tot slot wordt u geïnformeerd over de stand van zaken met betrekking tot de door mij
gedane toezeggingen, aangenomen moties en overige mededelingen in bijlage III7.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus