29 628
Politie

nr. 192
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 februari 2010

In de procedurevergadering van 4 februari jl. van de Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken is mij verzocht de Tweede Kamer op korte termijn te informeren over een aantal zaken, waaronder de nadere invulling van de voorgenomen bezuinigingen op de politie en de gevolgen voor het «blauw op straat» en de operationele sterkte. Tevens is in de regeling van werkzaamheden van 9 februari jl. gevraagd om een spoeddebat naar aanleiding van de berichtgeving rond de voorlopige sterktecijfers. Op donderdag 18 februari is dit spoeddebat met uw Kamer.

In deze brief ga ik in op de nadere invulling van de bezuinigingen. Daarnaast hecht ik er aan om u vooraf aan het spoeddebat nader te informeren over de voorlopige sterktecijfers. Alhoewel ik niet genoeg kan benadrukken dat het om voorlopige cijfers gaat, en zeker op korpsniveau door nadere validatie veranderingen in de definitieve cijfers op kunnen treden, stuur ik u bijgevoegd de regionale verdeling van de voorlopige sterktecijfers 2009.

Over uw verzoek om informatie over de stand van zaken over de nadere invulling van de voorgenomen bezuinigingen op de politie bericht ik u het volgende.

Op 1 februari 2010 hebben alle korpsen hun definitieve begroting ingediend bij mijn ministerie. Op dit moment wordt hard gewerkt om deze begrotingen te beoordelen, waarbij de invulling van de door mij en de korpsbeheerders afgesproken kostenbesparende maatregelen uiteraard mee genomen worden.

Tevens is in het, door de korpsbeheerders en mij, gesloten onderhandelingsakkoord afgesproken om jaarlijks te bezien of het pakket aan afspraken en maatregelen nog passend is of dat bijstelling nodig is. Ons eerste gesprek hierover zal in maart plaatsvinden. Afronding van deze gesprekken zal met het oog op de a.s. juni-circulaire (dit is de basis waarop de korpsen hun begrotingen over 2011 baseren) tijdig in de maanden daarna plaatsvinden. Recent is het rapport over de herijking van de verdeling op grond van het budgetverdeelsysteem afgerond. Ook dit rapport vormt onderwerp van overleg.

De gevraagde informatie is, op de door u aangegeven korte termijn, daarom niet beschikbaar.

In de begrotingsbehandeling van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 24 en 26 november 2009 heb ik, met instemming van de Tweede Kamer, toegezegd u halfjaarlijks te informeren over de sterkteontwikkeling. Dit ook om te voorkomen dat de korpsen voortdurend worden bevraagd om extra informatie te leveren. In juni 2010 zal ik u in mijn jaarlijkse sterktebrief aan de Tweede Kamer informeren over mijn beleidsvisie hierop.

Wat betreft de voorlopige sterktecijfers het volgende.

Het voorlopige beeld van de cijfers op basis van de gegevens van de korpsen laat zien dat het afgelopen jaar de politiesterkte is gegroeid met 1000 voltijdbanen.

Begin dit jaar waren er ongeveer 53 3221 politiemensen in heel Nederland werkzaam. Dit cijfer is exclusief de bijna 6200 leerling-politiemensen die op dit moment in opleiding zijn.

Het aantal van 53 322 is 1100 méér dan er aan het einde van 2010 moeten zijn (52 200) volgens de met uw Kamer gemaakte afspraak.

Deze groei is er bijna geheel in «operationele sterkte», ook wel «blauw op straat» en de recherche bijgekomen.

De korpsen sturen in 2010 naar verwachting ongeveer 1500 aspiranten naar school. Dit heeft het Korpsbeheerdersberaad mij laten weten. Daarmee komen de korpsen voor het eerste jaar de gemaakte afspraak na om drie jaar lang gemiddeld 1600 aspiranten per jaar aan te nemen. Op die manier kunnen de met uw Kamer gemaakte afspraken gehaald worden en blijft de politiesterkte op peil.

De definitieve cijfers over de groei van de politiesterkte in 2009 komen in het voorjaar in het jaarverslag Nederlandse Politie waarin tevens de kerngegevens, waaronder de sterktecijfers, van de Nederlandse politie staan. Dit jaarverslag wordt u ieder jaar in mei aangeboden.

Bezien naar onderscheid operationele sterkte, zie ook mijn brief van 24 november 2009 «Nadere indeling en aantallen operationele sterkte» (29 628, nr. 164), zijn de voorlopige cijfers 2009 als volgt opgebouwd.

kst-29628-192-1.png

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

kst-29628-192-2.png

XNoot
1

Dit cijfer is niet in de tabel opgenomen, maar is de realisatie van de sterkte bij de Politie conform de «oude» sterkteafspraak. De 53 322 fte moet gezien worden in verhouding tot de «oude» sterkteafspraak 52 200 fte. Dit zijn voltijders.

Naar boven