29 452 Tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel

Nr. 185 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2014

Tijdens het AO TBS van 10 september 2014 (Kamerstuk 29 452, nr. 181) heb ik toegezegd Uw Kamer te informeren over verlofdoelen en -modaliteiten. In deze brief informeer ik U over dit onderwerp. Ik zal eerst ingaan op de wijze waarop verlof wordt aangevraagd, waarna ik de verlofdoelen en de verlofmodaliteiten toelicht.

Verlofaanvraag

De gang van een verlofaanvraag ziet er in het kort als volgt uit. Indien de kliniek (het behandelteam) van mening is dat een tbs-gestelde (weer) in aanmerking komt voor verlof, stelt zij een verlofaanvraag op. Het opstellen van een verlofaanvraag gebeurt volgens een vastgesteld format en in nauw overleg tussen de leden van het behandelteam van de betreffende tbs-gestelde. De positie van het slachtoffer wordt zwaar meegewogen en wordt standaard compleet in kaart gebracht in de verlofaanvraag en meegenomen in de beslissing daarover. Sinds 1 januari 2014 geldt een nieuw format voor de aanvraag van verlofmogelijkheden. Omdat het slachtofferonderzoek verplicht is gesteld in elke verlofaanvraag, is aan het format een zogeheten slachtofferbox toegevoegd.

De verlofaanvraag wordt binnen de kliniek besproken in een interne verloftoetsingscommissie die het gevraagde verlof toetst. Als deze interne verloftoetsingscommissie akkoord is met de aanvraag wordt deze verstuurd naar de Verlofunit van DJI. De verlofmachtiging wordt door het hoofd van de inrichting aangevraagd.

De Verlofunit TBS toetst of de aanvraag voldoet aan alle procedurele vereisten uit de Verlofregeling TBS. Als de stukken in orde en compleet zijn, wordt de aanvraag doorgestuurd naar het Adviescollege Verloftoetsing TBS, dat een onafhankelijk advies aan mij uitbrengt. Een commissie van het Adviescollege beoordeelt iedere aanvraag in zijn volle omvang aan de hand van de criteria neergelegd in de Verlofregeling TBS. De adviescommissie van het Adviescollege beoordeelt of de in een verlofplan omschreven verlofdoelen ten dienste staan aan de behandeling van de tbs-gestelde dan wel gericht zijn op zijn resocialisatie. De belangrijkste vraag die het Adviescollege telkens dient te beantwoorden, is of het toekennen van het desbetreffende verlof vanuit het oogpunt van veiligheid verantwoord is. Alle mogelijke risico’s bij het verlofbesluit worden door het Adviescollege zorgvuldig gewogen en in de beoordeling meegenomen.

Namens mij beslist het hoofd van de Verlofunit TBS vervolgens of een machtiging voor het gevraagde verlof kan worden verleend. Bij deze beslissing voert hij een marginale toets uit. Een negatief advies van het Adviescollege moet op grond van artikel 7 lid 1 van het Besluit altijd worden overgenomen. Er kan van een positief advies op beperkte gronden worden afgeweken. Daarvoor moet wel een motivering worden gegeven. Ingeval het hoofd van de Verlofunit TBS negatief beslist na een positief advies van het college is sprake van een zogeheten contraire beslissing. Het hoofd van de Verlofunit TBS kan een contraire beslissing nemen op bestuurlijke, juridische of maatschappelijke gronden.

Verlofdoelen

Een verlofmachtiging wordt afgegeven in het kader van de resocialisatie van een tbs-gestelde, met als einddoel de veilige terugkeer in de maatschappij.

Er bestaat geen limitatieve lijst van toegestane verlofbestemmingen. Er zijn verschillende mogelijke verlofbestemmingen, zoals een supermarkt, restaurant of een sportwedstrijd. Activiteiten en bestemmingen tijdens het verlof worden in het verlofplan opgenomen.

Tijdens het AO TBS op 10 september dit jaar werd gevraagd naar de passage uit het jaarverslag 2013 van de Adviescommissie Verloftoetsing TBS waarin staat dat het hoofd van de Verlofunit in een tweetal zaken een bepaald verlofdoel (feitelijk een verlofbestemming) had uitgesloten in de machtiging, waarbij het eenmaal prostitutiebezoek betrof.

Prostitutiebezoek tijdens verlof is uiteraard geen doel op zichzelf. Wellicht ten overvloede wijs ik erop dat prostitutiebezoek in Nederland een legale activiteit is. Afhankelijk van de vrijheden die een tbs-gestelde op grond van diens verlofmachtiging heeft, kan het dus – indien er vanuit het oogpunt van behandeling, resocialisatie of de veiligheid geen contra-indicaties voor bestaan – wel voorkomen dat een patiënt tijdens verlof een prostituee bezoekt. Het gebruikmaken van dergelijke diensten is overigens steeds voor rekening van de betreffende persoon zelf en gebeurt met medeweten en toestemming van het behandelteam, zodat het bezoek niet conflicteert met het resocialisatietraject van de individuele tbs-gestelde en eventuele contra-indicaties kunnen worden afgewogen. Het is om die reden dat, als een tbs-gestelde aangeeft tijdens het verlof een prostituee te willen bezoeken, dit – zoals ook geldt voor andere bestemmingen tijdens het verlof – in de verlofaanvraag wordt opgenomen. Vervolgens is er uiteraard de toets van het Adviescollege en de Verlofunit TBS voordat de verlofmachtiging daadwerkelijk wordt verleend. In het geval waarvan sprake is in het jaarverslag 2013 van de Adviescommissie Verloftoetsing is er dus reden geweest om prostitutiebezoek uit te sluiten in de verlofmachtiging

Patiënten die aan het eind van hun behandeling en in een vergevorderd stadium van resocialisatie zijn hebben een grotere mate van vrijheid in de invulling van hun verlof. Dit past in de geleidelijke toename van verantwoordelijkheden en vrijheden waar de tbs-behandeling uit bestaat. Bezoek aan bijvoorbeeld een uitgaansgelegenheid of prostituee komt met name voor als betrokkene al in een vergevorderd stadium van zijn resocialisatie is, zoals bij transmuraal verlof of proefverlof. Dit is de fase van de tbs-maatregel waarin de patiënt vaak al in de vrije samenleving woont, met begeleiding van de kliniek en met reclasseringstoezicht. Voor sommige patiënten kunnen ook in dit stadium van de behandeling contra-indicaties bestaan waardoor het bezoek van bijvoorbeeld uitgaansgelegenheden of een prostituee kan worden uitgesloten.

Aan iedere verlofmachtiging worden voorwaarden gekoppeld, bijvoorbeeld een gebieds- of contactverbod of een verbod op het gebruik van alcohol en drugs.

Verlofmodaliteiten

Om kort te illustreren op welke wijze de vrijheden tijdens het verlof oplopen geef ik U een beknopt overzicht van de verlofmodaliteiten die gehanteerd worden. In principe doorloopt iedere tbs-gestelde alle verlofmodaliteiten. Dit betreft opeenvolgend begeleid verlof, onbegeleid verlof, transmuraal verlof en proefverlof. Uiteindelijk wordt de verpleging van overheidswege voorwaardelijk beëindigd. Het verlof bouwt stapsgewijs op:

  • Beveiligd begeleid verlof, waarbij de tbs-gestelde via een bij de aanvraag gevoegd stappenplan toe werkt naar enkele begeleiding door een kliniekmedewerker. De eerste fase van het begeleid verlof bestaat uit vijf door een beveiliger begeleide verloven.

  • In de tweede fase van het begeleid verlof volgen enkele verloven onder dubbele begeleiding van kliniekmedewerkers. Elke stap wordt geëvalueerd, alvorens de begeleiding wordt afgebouwd tot 1 persoon. Begeleid verlof duurt nooit langer dan 1 dag (24 uur).

  • Onbegeleid verlof, de begeleiding wordt via een stappenplan afgebouwd en de tbs-gestelde richt zijn verloven toenemend zelfstandig in, waarbij hij actief werkt aan zijn terug keer in de samenleving. Er wordt dagbesteding georganiseerd, voor zover dit er nog niet is, om de resocialisatiekans te vergroten. Bovendien wordt georiënteerd op een goede uitstroom voorziening met passend risicomanagement. Overnachtingen kunnen deel uit maken van onbegeleid verlof.

  • Transmuraal verlof, waarbij de tbs-gestelde structureel buiten de beveiligde ring van het Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) overnacht. Dit kan zijn op de transmurale afdeling van het FPC, op de Forensische Psychiatrische Afdeling van een GGZ-instelling, bij een instelling voor Begeleid Wonen of in een zelfstandige woning. Getracht wordt inbedding in de samenleving te bewerkstelligen, waarbij het FPC verantwoordelijk blijft voor de dagelijkse begeleiding en het toezicht. De tbs-gestelde verblijft zeven nachten extramuraal.

  • Bij Proefverlof voegt het FPC uit en neemt de reclassering het toezicht over. Er is sprake van een geleidelijke en warme overdracht, zodat toegewerkt kan worden naar beëindiging van de dwangverpleging. De patiënt is in voorgaande stappen al ingebed geraakt in de samenleving.

Tot slot

Het doel van toenemende vrijheden (verlof) is het stapsgewijs vormgeven van een resocialisatietraject. Er wordt gekeken of de tbs-gestelde klaar is om, met steeds meer vrijheden, deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer.

Een verlofmachtiging of de uitbreiding daarvan is alleen mogelijk als de tbs-gestelde voldoende vooruitgang in zijn behandeling heeft geboekt. De verlofaanvraag moet passen in het behandelplan en omvat tenminste risicotaxatie, een vroegsignaleringsplan of een terugvalpreventieplan, een risicomanagementplan en de evaluaties van eerder verlof.

Activiteiten tijdens het verlof die een onaanvaardbaar risico opleveren voor de samenleving of een contra-indicatie vormen ten aanzien van de behandeling worden van het verlof uitgesloten. Ten aanzien van alle andere activiteiten geldt dat er geen reden is ze uit te sluiten.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

Naar boven