Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 januari 2018
In mijn brief van 27 november jongstleden (Kamerstuk 29 247, nr. 249) heb ik uw Kamer antwoord gegeven op een toezegging die mijn ambtsvoorganger had
gedaan in het plenaire debat van 13 september 2017 over «spoedzorg die in gevaar komt
door overvolle eerstehulpposten» (Handelingen II 2017/18, nr. 102, item 3). Ik heb uw Kamer in dat kader laten weten dat er momenteel onderzoek wordt gedaan
door een onderzoeksgroep onder leiding van een internist ouderengeneeskunde en SEH-arts
in Leiden, met als doel om ouderen die op de SEH komen de juiste aandacht en zorg
te geven. De betreffende SEH-arts heeft mij laten weten dat de aanwezigheid van geriatrische
kennis op de SEH de aandacht heeft op meerdere afdelingen voor spoedeisende hulp en
de betrokken beroepsgroepen in Nederland. Hij laat eveneens weten dat het betreffende
onderzoek, waarin wetenschappelijk wordt onderzocht hoe de zorg voor ouderen op de
SEH het beste kan worden vormgegeven, nog loopt, en dat nog geen eensluidend antwoord
kon worden gegeven op de vraag hoe deze zorg het beste kan worden vormgegeven.
In aanvulling hierop heb ik tijdens het Algemeen Overleg Ambulancezorg / Acute zorg
op 29 november jongstleden (Kamerstuk 29 247, nr. 250) toegezegd u te informeren wanneer het betreffende onderzoek naar geriatrische kennis
op SEH’s gereed zal zijn. Het is een studie die (sinds een aantal jaren) loopt; er
is nog geen einddatum aan dit onderzoek gekoppeld. De APOP studie (Acuut Presenterende
Oudere Patiënt) heeft tot doel om op een wetenschappelijk onderbouwde manier de kwaliteit
van zorg voor ouderen op de SEH/Acute Opname Afdeling (AOA) te verbeteren. De betrokken
SEH arts/onderzoeker heeft mij laten weten dat in 2018 binnen het Leids Universitair
Medisch Centrum (LUMC) bepaalde interventies worden onderzocht op effectiviteit. Eén
van die interventies is een screeningsinstrument dat de afgelopen tijd binnen de studie
is ontwikkeld. Daarmee kunnen op de SEH oudere patiënten die een hoog risico op functionele
achteruitgang, sterfte en/of een verminderde cognitie hebben worden geïdentificeerd.
Deze screener wordt op 1 maart aanstaande geïmplementeerd op de SEH van het LUMC.
Eén van de andere maatregelen die wordt genomen is het scholen van artsen en verpleegkundigen
op de SEH van het LUMC.
De onderzoekers verwachten eind 2018 over de eerste resultaten van de effectiviteit
van deze interventies te beschikken; zodra zij alle resultaten hebben verzameld zullen
zij deze naar verwachting publiceren in een wetenschappelijk tijdschrift.
Hiermee beschouw ik de toezeggingen met betrekking tot dit onderwerp d.d. 13 september
en 29 november jl. als afgedaan.
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins