25 424 Geestelijke gezondheidszorg

Nr. 571 MOTIE VAN HET LID REGTERSCHOT C.S.

Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 19 november 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er minimaal 40.000 dak- en thuislozen in Nederland zijn en deze groep in omvang de afgelopen jaren niet is afgenomen;

constaterende dat niet inzichtelijk is uit welke subgroepen en personen de groep dak- en thuislozen bestaat en dat de aanpak kan verschillen per subgroep;

constaterende dat voor bepaalde subgroepen vooral belangrijk is dat er een dak boven het hoofd geregeld wordt, als uitgangspunt om een zelfstandig leven (verder) op te kunnen pakken;

constaterende dat de Staatssecretaris in nauw overleg zou treden met zijn collega, de Minister van BZK, om tot woonruimte te komen voor de groep dak- en thuislozen;

verzoekt de regering, bij de volgende rapportage over de maatschappelijke opvang, na consultatie bij gemeenten, de Kamer inzicht te verschaffen in:

  • de samenstelling van de totale groep van daklozen, met een onderscheid naar gemeenten en naar verschillende te onderkennen subgroepen;

  • de concrete afspraken die binnen de regering gemaakt zijn over het beschikbaar stellen van woningen aan daklozen, en in te gaan op de uitrol van die afspraken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Regterschot

Diertens

Renkema

Kerstens

Naar boven