Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | 22112 nr. 1720 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | 22112 nr. 1720 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 oktober 2013
Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij vijf fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).
Fiche 1: Verordening statistiek spoorvervoer (Kamerstuk 22 112, nr. 1717)
Fiche 2: Verordening geldmarktfondsen (Kamerstuk 22 112, nr. 1718)
Fiche 3: Verordening preventie en beheer van de introductie en verspreiding van invasieve uitheemse soorten (IUS) (Kamerstuk 22 112, nr. 1719)
Fiche 4: Verordening, mededeling en aanbeveling Europese interne markt voor elektronische communicatie
Fiche 5: Mededeling EU innovatie-indicator (Kamerstuk 22 112, nr. 1721)
De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans
Titel voorstel
Verordening van het Europees Parlement en de Raad ter vaststelling van maatregelen inzake de Europese interne markt voor elektronische communicatie en om een connectief continent tot stand te brengen alsmede tot wijziging van de Richtlijnen 2002/20/EG, 2002/21/EG en 2002/22/EG en Verordeningen (EG) Nr. 1211/2009 en (EU) Nr. 531/2012
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, Het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s over de eengemaakte telecommunicatiemarkt.
Aanbeveling van de Commissie over consistente verplichtingen tot non-discriminatie en kostenmethodologieën om de concurrentie te bevorderen en investeringen in breedband aantrekkelijker te maken
Datum ontvangst Commissiedocument
11-09-2013
Nr. Commissiedocument
COM (2013) 627
COM (2013) 634
COM (2013) 5761
Prelex
http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=1041202
http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2013:0634:FIN:NL:PDF
Nr. Impact Assessment Commissie en Opinie Impact Assessment Board
SWD(2013) 331, SWD(2013) 332, SEC(2013)468
Behandelingstraject Raad
Raad Vervoer, Telecommunicatie en Energie (telecommunicatie) 6-12-2013
Eerstverantwoordelijk Ministerie
Ministerie van Economische Zaken
Rechtsbasis, besluitvormingsprocedure Raad, rol Europees Parlement, gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen
a) Rechtsbasis: Artikel 114 Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU)
b) Besluitvormingsprocedure Raad: gewone wetgevingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid in de Raad, medebeslissing Europees Parlement.
c) Uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen
Uitvoeringshandelingen:
Spectrum
– Maatregelen ter synchronisatie van het vergunningenbeleid en de -voorwaarden voor draadloos breedband;
– Het opleggen van een verplichting een nationale ontwerpmaatregel op het gebied van het vergunningenbeleid in te trekken, indien de Commissie van mening is dat die ontwerpmaatregel de interne markt belemmert of in strijd is met de EU-regels (Veto bevoegdheid).
– Het specificeren van de technische kenmerken van draadloze toegangspunten met een klein bereik (Wi-Fi en microcellen).
– Maatregelen met betrekking tot de resultaten van grenscoördinatie tussen de betrokken lidstaten.
Marktregulering
– Het vaststellen van uniforme technische en methodologische voorwaarden voor de implementatie van een Europees toegangsproduct;
Bescherming eindgebruikers
– Het vaststellen van uniforme voorwaarden voor de implementatie van verplichtingen voor nationale bevoegde autoriteiten om toe te zien op kwaliteit van internettoegangsdiensten en de uitwerking van informatievereisten m.b.t. internettoegangsdiensten.
– Het vaststellen van een methode voor het meten van internetsnelheden, de kwaliteit van de diensten en methodes om deze te meten en de inhoud, vorm en manier van de te publiceren informatie m.b.t. internettoegangsdiensten.
Gedelegeerde handelingen
Marktregulering
– Aanpassing van bijlage I (Europese virtuele breedbandtoegangsproducten) en II (Connectiviteitsproduct met gegarandeerde kwaliteit van dienst) van de verordening in het licht van de markt- en technologische ontwikkelingen.
De Europese Commissie stelt in een mededeling en een verordening voor om regelgevingbeginselen en nadere regels vast te stellen die noodzakelijk zijn voor de voltooiing van een Europese interne markt voor elektronische communicatie. De rechtsgrondslag voor het voorstel is artikel 114 VWEU. De Europese Commissie stelt de volgende maatregelen voor: een EU-machtiging voor Europese elektronische communicatieaanbieders, harmonisatie van spectrumbeleid en marktregulering, verlagen van de roamingkosten, versterking van de rechten van eindgebruikers en het realiseren van netneutraliteit.
Nederland is van mening dat de voorstellen een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de versterking van de interne markt voor elektronische communicatie, Het streven naar meer harmonisatie op spectrumbeleid en marktregulering wordt door Nederland gesteund, maar het uitbreiden van de vetobevoegdheden van de Europese Commissie is een te vergaand middel om dat doel te bereiken. Verder steunt Nederland de voorstellen voor versterking van de positie van gebruikers, inclusief het voorstel met betrekking tot netneutraliteit, op hoofdlijnen. Nederland is voorstander van het verder verlagen van de tarieven voor roaming en internationaal bellen en stelt voor om een concrete einddatum voor de volledige afschaffing van roamingopslagen vast te leggen.
Het oordeel over subsidiariteit is positief omdat Nederland onderschrijft dat Europese regels nodig zijn om de totstandkoming van een interne Europese markt voor elektronische communicatie te bevorderen. Het oordeel over proportionaliteit is op belangrijke onderdelen negatief, omdat de middelen die worden voorgesteld om de doelen te bereiken te ver gaan dan wel onvoldoende effectief zijn. Op het gebied van bescherming van eindgebruikers en netneutraliteit beoordeelt Nederland de proportionaliteit als positief met enkele kanttekeningen.
In de mededeling staat beschreven dat de Europese Commissie wil komen tot een concurrerende interne markt voor telecommunicatie. De bij de mededeling tegelijkertijd gepresenteerde ontwerpverordening bevat een aantal maatregelen die dit mogelijk moeten maken:
– EU machtiging op basis van één registratie (in de lidstaat waar een Europese elektronische communicatieaanbieder haar hoofdzetel heeft) in plaats van registratie in alle lidstaten. De toezichthouder in het land van registratie is als enige bevoegd de machtiging in te trekken;
– Harmonisatie van het spectrumbeleid door het vastleggen van gemeenschappelijke regelgevingbeginselen, het invoeren van een raadplegingmechanisme dat de Commissie in staat stelt om nationale ontwerpmaatregelen met betrekking tot de toewijzing en het gebruik van spectrum voor draadloos breedband te herzien. Tevens wordt voorgesteld om de voorwaarden voor de toepassing en het aanbieden van draadloze breedbandtoegang met laag vermogen (Wi-Fi, kleine cellen) te vereenvoudigen;
– Harmonisatie van marktregulering door gestandaardiseerde hoogwaardige toegangsverplichtingen tot vaste netwerken vast te leggen om de markttoegang en het aanbieden van grensoverschrijdende diensten te vergemakkelijken voor zowel eindgebruikers als ondernemingen en investeringen in netwerken te bevorderen. Tevens heeft de Commissie een aanbeveling vastgesteld die beoogt om meer consistentie te realiseren bij het opleggen van verplichtingen op het gebied van non-discriminatie en meer terughoudendheid te betrachten bij de regulering van tarieven voor de toegang voor snelle breedbandnetwerken. Tevens krijgt de Commissie meer bevoegdheden om ontwerpmaatregelen van nationale regelgevende instanties met betrekking tot toegangsregulering te blokkeren;
– Rechten van eindgebruikers. De regels waarin de rechten van de eindgebruikers zijn vastgelegd worden geharmoniseerd. Dit geldt onder meer voor de transparantie van contractvoorwaarden, beheersing van de kosten, opzegrecht van contracten, certificering van vergelijkingswebsites, en het overstappen naar een andere aanbieder;
– Netneutraliteit. In de ontwerpverordening wordt het principe van een open en vrij internet vastgelegd, met enkele uitzonderingen onder meer om netwerken adequaat te kunnen beveiligen.
– Roaming1. Het voorstel bevat stimuleringsmaatregelen voor aanbieders om de kosten van roaming te verlagen. Tevens wordt voorgesteld om de tarieven voor bellen naar het buitenland gelijk te trekken met de nationale beltarieven en om gebeld worden in het buitenland kosteloos te maken.
Impact assessment Commissie
In het Impact assessment van de Europese Commissie wordt aangegeven dat aanpassing van het bestaande regelgevend kader noodzakelijk wordt geacht om meer consistentie in de (toepassing van de) regelgeving door nationale toezichthouders tot stand te brengen en zo voordelen voor gebruikers te realiseren. In zijn opinie maakt de Impact Assessment Board kritische kanttekeningen bij het voorstel met name ten aanzien van de analyse van de te verwachten effecten van de nieuwe voorstellen.
a) Bevoegdheid
Artikel 114 VWEU geeft de EU bevoegdheid om maatregelen te nemen inzake de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten die de instelling en de werking van de interne markt voor elektronische communicatie en het functioneren daarvan betreffen. Nederland acht dit de juiste rechtsgrondslag.
b) Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel
Subsidiariteit
Het subsidiariteitsoordeel is positief. De bestaande Europese richtlijnen voor de elektronische communicatiesector hebben er weliswaar voor gezorgd dat de nationale regels qua inhoud grotendeels identiek zijn, maar qua toepassing zijn er nog aanzienlijke verschillen. Hierdoor kan de Europese interne markt voor elektronische communicatie niet worden gerealiseerd. Er zijn maatregelen op EU-niveau nodig om deze fragmentatie te verminderen. Daarnaast wordt het gemakkelijker om in heel Europa diensten aan te bieden en voor consumenten wordt het gemakkelijker diensten af te nemen. Verder wordt een belangrijke stap gezet in de richting van het wegnemen van tariefverschillen tussen binnenlandse elektronische communicatie en elektronische communicatie binnen de Europese Unie.
Proportionaliteit
Het proportionaliteitsoordeel is op belangrijke onderdelen negatief, omdat de middelen die worden voorgesteld om de doelen te bereiken te ver gaan dan wel onvoldoende effectief zijn. Nederland is positief over de bescherming van eindgebruikers en netneutraliteit met enkele kanttekeningen.
Nederland acht het vastleggen en uitwerken van gemeenschappelijke uitgangspunten voor het spectrumgebruik positief en meent dat het zal bijdragen aan een meer geharmoniseerde toepassing van vergunningsvoorwaarden en -procedures. In het voorstel krijgt de Europese Commissie volgens Nederland echter te vergaande bevoegdheden ten aanzien gebruik van spectrum voor draadloze breedbandcommunicatie in de lidstaten. De Europese Commissie heeft daarbij veel discretionaire ruimte en kan daardoor grote invloed uitoefenen op het nationale vergunningenbeleid. Nederland acht het van belang dat hierbij voldoende ruimte wordt gelaten voor lidstaten om rekening te houden met specifieke nationale omstandigheden. Volledige uniformering van vergunningvoorwaarden is volgens Nederland niet noodzakelijk om een goed werkende interne markt voor elektronische communicatiediensten te realiseren.
Ook op het gebied van marktregulering krijgt de Europese Commissie te vergaande bevoegdheden. Het regelgevend kader heeft tot doel er voor te zorgen dat in vergelijkbare omstandigheden vergelijkbare maatregelen genomen worden, maar voorziet daarbij in een toepassing op nationaal niveau zodat rekening kan worden gehouden met nationale omstandigheden. Door de grote discretionaire ruimte kan de Commissie met de blokkeringbevoegdheid grote invloed uitoefenen op marktregulering door nationale toezichthouders.
Nederland steunt het doel om de roaming tarieven verder te verlagen en uiteindelijk af te schaffen. In de ontwerpverordening wordt echter voorgesteld om uitzonderingen toe te staan op de verplichting om roaming uit het abonnement te halen als de gebruiker dat wil. Deze maatregelen leiden tot hoge uitvoeringskosten terwijl het twijfelachtig is of ze wel effectief zullen zijn. Nederland is voorstander van het langs geleidelijke weg verlagen van de retail- en wholesaletarieven en het uiteindelijk volledig afschaffen van de verschillen met de nationale tarieven op een vastgestelde datum, bijvoorbeeld 1 juli 2018. Dat einddoel zou verankerd moeten worden in de verordening.
Over de voorgestelde maatregelen op het gebied van bescherming van eindgebruikers en netneutraliteit is het proportionaliteitsoordeel positief met kanttekeningen. De maatregelen ten behoeve van eindgebruikers leiden tot een meer uniform en hoog beschermingsniveau voor gebruikers binnen Europa voor een aantal belangrijke onderwerpen. Op enkele onderdelen is echter sprake van overregulering of wordt het belang van gebruikers niet gediend. Voor netneutraliteit geldt dat een open en vrij internet van groot belang is voor onbelemmerde communicatie en innovatie van diensten. Kanttekeningen hierbij zijn dat het verbod op tariefdiscriminatie van diensten meer geëxpliciteerd zou moeten worden en dat een van de uitzonderingen op netneutraliteit te ruim geformuleerd is.
c) Nederlands oordeel over de voorstellen op het gebied van gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen
De uitvoeringsmaatregelen op het terrein van spectrumcoördinatie tussen lidstaten aan de landsgrenzen moeten beter worden afgebakend. Zoals hierboven al aangegeven, is Nederland van mening dat de Commissie geen bevoegdheden moet krijgen om nationale maatregelen of spectrumgebruik te kunnen blokkeren. Nederland kan zich vinden in de overige voorstellen op het gebied van gedelegeerde en uitvoeringshandelingen.
a) Consequenties EU-begroting
Geen
b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden
Het voorstel leidt tot extra werkzaamheden voor Autoriteit Consument en Markt (ACM) onder meer op het gebied van de bescherming van eindgebruikers. De omvang van de extra werkzaamheden kan op dit moment nog niet goed ingeschat worden. Budgettaire gevolgen worden ingepast op de begroting van het beleidsverantwoordelijke departement, conform de regels van de budgetdiscipline.
c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger
De voorstellen op het gebied van roaming zullen leiden tot minder inkomsten van mobiele aanbieders en tot lagere prijzen voor burgers voor grensoverschrijdende communicatie. De vermindering van de inkomsten zal naar verwachting deels gecompenseerd worden door een toename van het gebruik van communicatiediensten in het buitenland en/of een verhoging van de nationale tarieven. Ook zullen aanbieders van internetdiensten waarschijnlijk meer inkomsten genereren bij een verlaging van de roamingtarieven.
Verder zijn in de voorstellen regels opgenomen ten aanzien van de doorberekening van de toezichtkosten aan op Europees niveau opererende bedrijven. Toepassing van deze regels in Nederland (voor alle aanbieders) zou tot gevolg hebben dat alleen de 12 grootste aanbieders in Nederland worden aangeslagen en dat zij aanzienlijk meer moeten betalen dan nu het geval is. Bij de huidige drempels worden de toezichtkosten gedragen door ongeveer 130 bedrijven.
d) Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger
Met name de maatregelen op het gebied van eindgebruikerbescherming leiden tot extra regeldruk en lasten voor het bedrijfsleven. Het gaat om maatregelen om de verplichting voor aanbieders om gebruikers actief te informeren over aankomende stilzwijgende verlenging, extra transparantie-eisen (bijvoorbeeld over internetsnelheden), dat een contract na 6 maanden mag worden opgezegd, de eis dat de eindgebruiker een schriftelijke kopie ontvangt van het contract, dat een aanbieder een gebruiker moet melden als 80% van de financiële limiet is bereikt, dat e-mails doorgestuurd moeten worden bij het overstappen naar een andere aanbieder en dat ongebruikt prepaid-tegoed moeten worden vergoed bij een overstap naar een andere aanbieder. De lasten voor burgers nemen daarentegen af onder meer doordat ze meer inzicht krijgen in de kwaliteit van de dienstverlening, gemakkelijker over kunnen stappen en de kosten beter in de hand kunnen houden.
a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo)
Lidstaten zijn gehouden om zowel verordeningen als richtlijnen toe te passen. In de ontwerpverordening wordt een aantal nieuwe regels en bevoegdheden voorgesteld die betrekking hebben op dezelfde of aanverwante onderwerpen die ook in de bestaande richtlijnen voor elektronische communicatie worden geregeld. Dat kan leiden tot verschillen in interpretatie tussen wat er in de verordening staat en wat er in de richtlijnen staat.
Het introduceren van de mogelijkheid voor de Europese Commissie om een toezichthouder te dwingen om voorgenomen toegangsverplichtingen te wijzigen of in te trekken kan ertoe leiden dat de Commissie het EU-recht op een verschillende manier uitlegt dan een nationale rechter. Dit kan leiden tot rechtsonzekerheid voor de toezichthouder en de betreffende markt.
Een aantal bepalingen uit de ontwerpverordening overlappen met de bestaande (Europese) consumentenregels. Nederland hecht eraan dat het bestaande niveau van consumentenbescherming behouden blijft.
In Nederland is een wetswijziging nodig om goede uitvoering te kunnen geven aan de verordening.
b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid
De verordening wordt op 1 juli 2014 van toepassing. De artikelen met betrekking tot bescherming van eindgebruikers worden per 1 juli 2016 van toepassing. Vanwege de benodigde wetswijziging zal Nederland voorstellen om de verordening 18 maanden na publicatie van toepassing te laten zijn.
c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling
De verordening voorziet in voldoende mate in evaluatiemomenten. Om de 4 jaar moet een evaluatie plaatsvinden. Het eerste rapport moet voor 1 juli 2018 gereed zijn.
a) Uitvoerbaarheid
Nederland is van mening dat de verordening niet van toepassing zou moeten zijn op verdelingsprocedures van spectrumvergunningen die al zijn gestart. Anders kan de verdeling niet meer tijdig plaats vinden en zal er onvoldoende tijd resteren voor een transitie van de oude naar de nieuwe vergunningen.
b) Handhaafbaarheid
De bepaling dat de nationale bevoegde autoriteiten de minst belastende machtigingsprocedure toe moeten passen voor het toestaan van het gebruik van het radiospectrum, legt een te zware bewijslast op en zal leiden tot onnodige juridificering.
Het handhaven van registratiebepalingen kan tot gevolg hebben dat een (gedeelte) van een registratie van een Europese aanbieder ingetrokken moet worden. Indien dit niet het land van de toezichthouder betreft zal dit in samenspel met de toezichthouder(s) in andere landen moeten gebeuren. Dergelijke handhaving is complexer, tijdsintensiever en brengt meer juridische risico’s met zich mee dan handhaving door een toezichthouder in het eigen land.
Geen
Nederland is van mening dat de ontwerpverordening een belangrijke bijdrage kan leveren aan de versterking van de interne markt voor elektronische communicatie, maar mist een visie op belangrijke marktontwikkelingen zoals de verdringing van telecommunicatiediensten door diensten die via internet worden aangeboden (zogenaamde over-the-top diensten). Verder is Nederland van mening dat veel meer maatregelen nodig zullen zijn om de digitale interne markt daadwerkelijk te realiseren. Bijvoorbeeld op het gebied van auteursrechten, e-commerce, en het stimuleren van innovatieve bedrijven.
Nederland vindt het jammer dat er geen uitgebreide consultatie over de ontwerpverordening heeft plaatsgevonden.
EU-machtiging
Het voorstel om te werken met één EU-machtiging heeft beperkte toegevoegde waarde. Het toetreden tot markten is nu al zeer laagdrempelig. Een simpele registratie volstaat nu reeds. Het voorschrift met betrekking tot de toedeling van de toezichtkosten aan Europese aanbieders wijkt af van de Nederlandse systematiek en leidt ertoe dat slechts een beperkt aantal grote bedrijven zal moeten bijdragen. Nederland is van mening dat het huidige Nederlandse systeem tot een meer evenwichtige toedeling van de toezichtkosten leidt.
Voor een goede werking van de Europese markt wordt het steeds belangrijker dat toezichthouders effectief kunnen optreden tegen bedrijven die overtredingen begaan in lidstaat A en gevestigd zijn in lidstaat B. Nederland zal daarom voorstellen om in de verordening een voorziening op te nemen om grensoverschrijdende executie van handhavingsmaatregelen bij een overtreding van Europese en daarop gebaseerde nationale regels op het gebied van elektronische communicatie te vergemakkelijken.
Spectrumgebruik
Het vastleggen en uitwerken van gemeenschappelijke uitgangspunten voor het spectrumgebruik is positief en zal bijdragen aan een meer geharmoniseerde toepassing van vergunningsvoorwaarden en -procedures. Nederland ziet niet meteen een noodzaak om de start- en einddata van vergunningen te synchroniseren. Ook is Nederland van mening dat bij een wijziging van de gebruiksmogelijkheden van een frequentieband zorgvuldig omgegaan moet worden met de belangen van zittende vergunninghouders. Verder is Nederland van mening dat er binnen harmonisatie een zekere mate van flexibiliteit moet blijven bestaan voor zover daarmee geen afbreuk wordt gedaan aan het functioneren van de interne markt.
In het voorstel krijgt de Europese Commissie de bevoegdheid om nationale ontwerpmaatregelen met betrekking tot vergunningenbeleid te blokkeren indien deze volgens de Commissie de interne markt belemmeren of in strijd zijn met EU-regels. Een dergelijke bevoegdheid gaat volgens Nederland te ver zoals is aangegeven onder het proportionaliteitsoordeel. Nederland zal als alternatief voorstellen om de Radio Spectrum Policy Group (RSPG), een samenwerkingsverband van lidstaten, een belangrijke rol te geven bij de harmonisatie van het spectrumgebruik.
Marktregulering
De voorstellen om meer uniforme toegangsverplichtingen toe te passen worden door Nederland gesteund. Dit is een noodzakelijk voorwaarde voor bedrijven die willen investeren in netwerken en diensten en voor een gelijk speelveld voor bedrijven binnen de Europese Unie.
Ook steunt Nederland het voorstel om meer te gaan werken met gestandaardiseerde toegangsverplichtingen, maar zal wel voorstellen om ook een standaardproduct te ontwikkelen voor meer directe toegang. Het voorstel voor een gestandaardiseerd connectiviteitsproduct voor gespecialiseerde diensten wordt gesteund, omdat daarmee de interoperabiliteit van diensten tussen verschillende netwerken wordt bevorderd.2 Dat product kan hierdoor een belangrijke bijdrage leveren aan de ontwikkeling van diensten binnen de Europese Unie.
Het voorstel om de Europese Commissie meer bevoegdheden te geven om ontwerpbesluiten van nationale toezichthouders te blokkeren wordt door Nederland niet gesteund zoals hierboven onder proportionaliteit is aangegeven. Nederland is van mening dat de harmonisatie van marktregulering op een andere manier gerealiseerd zou moet worden, namelijk door het versterken van de positie van de Body of European Regulators for Electronic Communications (BEREC), een samenwerkingsverband van nationale toezichthouders. BEREC zou ook moeten zorgen voor meer harmonisatie op andere terreinen, zoals bescherming van eindgebruikers. Nederland is van mening dat BEREC een meer onafhankelijke positie moet hebben. Alleen dan kan voldoende reguleringszekerheid gerealiseerd worden.
De Europese Commissie stelt voor om terughoudender om te gaan met de toepassing van toegangsregulering van vaste netwerken om zo een gunstiger klimaat voor investeringen te creëren. In het voorstel komt onvoldoende naar voren dat marktregulering ook nodig kan zijn in een markt met slechts twee partijen. Voor meer robuuste concurrentie zijn vaak meer dan twee spelers nodig. Toegangsregulering kan daarom nodig zijn om alternatieve aanbieders ook de mogelijkheid te geven om de concurrentie daadwerkelijk aan te kunnen gaan. Indien toegangsregulering nodig is, moet deze ook effectief zijn.
Bescherming van eindgebruikers
Nederland hecht aan een goede balans tussen een hoog niveau van gebruikersbescherming en het voorkomen van onnodige nalevingslasten voor ondernemers. Nederland steunt het streven naar harmonisatie van consumentenrechten op Europees niveau en het hoge beschermingsniveau dat wordt voorgesteld. Meer transparantie over tarieven en voorwaarden, gelijke bescherming voor alle onderdelen van de bundel, het voorkomen van onverwacht hoge rekeningen, het gemakkelijker kunnen overstappen en een verbreding van de reikwijdte van de bescherming naar alle eindgebruikers, dus ook (klein)zakelijke gebruikers, zijn punten die Nederland belangrijk vindt. Het voorstel om een verplichting in te voeren om prijsvergelijkingssites te gaan certificeren steunt Nederland echter niet. De markt voorziet in voldoende betrouwbare vergelijkingssites. Ook het voorstel om consumenten het recht te geven om alle contracten na 6 maanden op te zeggen steunt Nederland niet. Dat voorstel heeft waarschijnlijk tot gevolg dat aanbieders geen duurcontracten meer zullen aanbieden, terwijl sommige consumenten daar wel een voorkeur voor hebben.
Roaming
Nederland steunt het doel om de roaming tarieven verder te verlagen en uiteindelijk af te schaffen, maar heeft moeite met de maatregelen die worden voorgesteld om dat doel te bereiken. In de ontwerpverordening wordt voorgesteld om uitzonderingen toe te staan op de verplichting om roaming uit het abonnement te halen als de gebruiker dat wil. Nederland zal voorstellen om deze maatregelen zo spoedig mogelijk te beëindigen en te kiezen voor een duidelijke lijn die bedrijven reguleringszekerheid biedt, de uitvoeringslasten zoveel mogelijk beperkt en bedrijven voldoende tijd geeft om zich langzaam maar zeker aan te passen aan de situatie dat roamingopslagen volledig verdwijnen in 2018. Vanuit ditzelfde perspectief worden de voorstellen gesteund om in het buitenland ontvangen gesprekken kosteloos te maken en om de tariefopslagen voor internationaal bellen binnen de EU af te schaffen.
Netneutraliteit
Een open en vrij internet is van groot belang voor onbelemmerde communicatie en innovatie van diensten. Een open en vrij internet kan alleen goed functioneren zonder discriminatie van diensten. Daarom is het van groot belang om dat principe vast te leggen in Europese regelgeving.
Voor gespecialiseerde diensten worden vaak andere eisen gesteld aan de kwaliteit van de verbinding met eindgebruikers dan het open internet kan bieden. De ontwikkeling van deze diensten is ook belangrijk, met dien verstande dat er voldoende capaciteit voor het open internet over moet blijven. Dat kan zo nodig worden gewaarborgd door minimumkwaliteitseisen vast te stellen voor het open internet.
Nederland is van mening dat een van de uitzonderingen op netneutraliteit te ruim geformuleerd is. Een aanbieder van een internettoegangdienst moet specifieke inhoud of diensten alleen kunnen blokkeren op basis van een wettelijk voorschrift of een rechterlijk bevel.
Roaming is mobiel bellen of gebeld worden in een ander land binnen de EU dan waar je woont. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het netwerk van een andere aanbieder dan de aanbieder waarmee een contract is, afgesloten. In het voorstel worden ook maatregelen voorgesteld met betrekking tot internationaal bellen binnen de EU vanuit het thuisland, die strikt genomen niet onder roaming vallen.
Indien bijvoorbeeld academische ziekenhuizen binnen de EU elkaar bij willen staan bij het uitvoeren van moeilijke operaties hebben zij hoogwaardige beeldverbindingen nodig op meerdere netwerken. Om de communicatie tussen de netwerken mogelijk te maken moet worden gewerkt met dezelfde standaard.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-22112-1720.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.