Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 augustus 2019
Bij brief van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 juni
jl. heeft uw Kamer verzocht om een reactie op een brief van C.O. d.d. 17 mei 2019
inzake een zorgverzekering voor asielzoekers. Bij deze treft u mijn reactie aan. Los
van het feit dat ik niet op individuele zaken in ga, is uit de beperkte informatie
in de brief van C.O. moeilijk op te maken wat er exact speelt. In zijn algemeenheid
kan ik wel aangeven hoe de medische zorg voor asielzoekers in Nederland is geregeld.
Iedereen in Nederland heeft recht op medisch noodzakelijke zorg. Uitgangspunt is dat
iemand die zorg gebruikt hier ook zelf voor betaalt. Voor Nederlandse burgers verloopt
dit via het zorgverzekeringsstelsel. Voor vreemdelingen die in Nederland verblijven,
maar geen verzekering alhier kunnen of mogen afsluiten geldt dat zij zich hiervoor
in beginsel in het land van herkomst dienen te verzekeren of dat zij de afgenomen
zorg zelf dienen te betalen.
Voor vreemdelingen die in Nederland asiel aanvragen geldt dat zij, in ieder geval
gedurende de asielprocedure recht hebben op voorzieningen conform de Regeling verstrekkingen
asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (Rva 2005). Hierin is ook geregeld
dat het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) voor deze groep een ziektekostenregeling
treft (artikel 16). In de Regeling Medische zorg Asielzoekers (RMA) is vastgelegd
voor welke zorg deze asielzoekers in aanmerking komen en wie er recht op heeft. Het
zorgpakket van de RMA is – met uitzondering van bepaalde zorg – vergelijkbaar met
het basispakket uit de Zorgverzekeringswet (Zvw). Ook tandartszorg is hierin opgenomen.
Om aanspraak te maken op medische zorg op grond van de RMA is het niet strikt noodzakelijk
dat de asielzoeker in een asielzoekerscentrum verblijft. De RMA geldt ook voor vreemdelingen
die bij of namens het COA opvang genieten. Hiervan is ook sprake bij de zogeheten
administratieve plaatsing. Asielzoekers verblijven dan bijvoorbeeld formeel bij hun
partner en dienen zich wekelijks te melden bij het COA. Een administratieve plaatsing
kan gevolgen hebben voor de omvang van de verstrekkingen op basis van de Rva 2005,
maar de aanspraak op medische zorg op basis van de RMA is hiervan uitgezonderd.
In artikel 122a van de Zorgverzekeringswet is voor onverzekerbare vreemdelingen geregeld
dat in geval van medisch noodzakelijke zorg, de zorginstellingen/behandelaren een
tegemoetkoming kunnen krijgen in de gemaakte zorgkosten. Het is aan de zorginstellingen/behandelaren
om vast te stellen of er sprake is van medisch noodzakelijke zorg. Deze regeling is
zowel bedoeld voor de (meeste) aanspraken ingevolge de Zvw als voor de aanspraken
ingevolge de Wet langdurige zorg (Wlz).
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol