32 824 Integratiebeleid

Nr. 258 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Ter Griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 8 maart 2019.

De wens om over de voorgenomen voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig leden van de Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 7 april 2019.

De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden gedaan dan op 8 april 2019 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 maart 2019

Hierbij bied ik u de aangepaste subsidieregeling ten behoeve van de participatie en emancipatie van de Sinti en Roma in Nederland aan1.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 4.10, zesde lid, van de Comptabiliteitswet 2016) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over de beoogde wijziging, voordat ik deze zal ondertekenen en ter publicatie aan de Staatscourant zend. Hierbij is de 30-dagen termijn van toepassing.

Een conceptversie van de aangepaste subsidieregeling is als bijlage toegevoegd (bijlage 1)2. Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van de beoogde regeling met ingang van 1 mei 2019.

Aanleiding

Sinds 2015 is subsidie beschikbaar voor projecten en activiteiten van Sinti en Roma die zorgen voor een betere participatie en emancipatie van Sinti en Roma in Nederland (hierna: de subsidieregeling). Op 21 maart 20002 heeft het kabinet, naar aanleiding van het verschijnen van een aantal onderzoeksrapporten, besloten gelden ter beschikking te stellen aan bepaalde groepen vervolgingsslachtoffers, waaronder de Sinti en Roma. Dit als erkenning van geconstateerde tekortkomingen in het naoorlogs rechtsherstel. Het naoorlogs rechtsherstel is een instrument geweest om het materiële onrecht zoveel mogelijk te herstellen.

De beleidsregels voor de subsidiëring van deze projecten en activiteiten is een instrument om de resterende rechtsherstelgelden beschikbaar te stellen aan de doelgroep. Bij de beoordeling van subsidieaanvragen wordt VWS geadviseerd door een adviescommissie bestaande uit Sinti en Roma.

In 2018 heb ik de subsidieregeling geëvalueerd. Uit deze evaluatie blijkt dat Sinti en Roma de afgelopen jaren de weg naar de subsidieregeling goed hebben weten te vinden. Er is onder Sinti en Roma nog steeds grote steun voor de zeven inhoudelijke thema’s van de Subsidieregeling: respect voor cultuur en identiteit, tegengaan van discriminatie en vooroordelen, versteviging belangenbehartiging en vertegenwoordiging, stimulering van onderwijs, advies en begeleiding intermediairs, herinnering Tweede Wereldoorlog en het creëren van werkgelegenheid. Deze inhoudelijke thema’s zijn bij het opstellen van de Subsidieregeling samen met Sinti en Roma vormgegeven. Uit de evaluatie blijkt dat geen grote veranderingen doorgevoerd hoeven te worden. Daarom laat ik de regeling zoveel mogelijk intact en pas ik deze op een aantal noodzakelijke punten aan (zie bijlage 2 voor een samenvatting van de uitkomsten van de evaluatie).

Aanpassingen in de subsidieregeling

  • De tegemoetkoming in studiekosten wordt verruimd van mbo-4 naar mbo-2 niveau. In de bestaande Subsidieregeling kan vanaf mbo-4 niveau een studiebeurs worden aangevraagd. Uit de evaluatie kwam naar voren dat dit zou kunnen worden verruimd naar mbo-1 niveau. Ik heb ervoor gekozen om het verlenen van een studiebeurs, behorend bij het thema «stimulering van onderwijs», te verruimen door een studiebeurs vanaf niveau mbo-2 uit te keren. Deze verbreding naar MBO-2 vindt plaats omdat dit het niveau is waarbij een startkwalificatie is gehaald. Roma- en Sinti jongeren worden zo gestimuleerd om (minimaal) een startkwalificatie te behalen.

  • De uiterlijke aanvraagdatum wordt (vanaf 2020) verplaatst van 1 mei naar 1 februari. Met de huidige aanvraagdatum van 1 mei zijn projecten die betrekking hebben op herdenkingen in de maand mei en de internationale Roma dag van 8 april lastig in hetzelfde jaar te realiseren. Daarom verplaats ik de uiterlijke aanvraagdatum voor de komende jaren naar 1 februari.

Punten waarop de regeling wordt verduidelijkt

  • Conform de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS kan een tussentijdse rapportage worden opgevraagd bij subsidies hoger dan € 25.000,– en een projectperiode van langer dan 1 jaar. Uit de evaluatie komt naar voren dat de verantwoordingssystematiek voor de aanvragers duidelijk is. Echter, uit de praktijk blijkt dat een aantal aanvragers hier wel degelijk moeite mee heeft. Doel van het opvragen van een tussentijdse rapportage is het inbouwen van extra zekerheid om te voorkomen dat aanvragers achteraf bij de vaststelling in de knel raken. De adviescommissie Sinti en Roma hecht hier ook belang aan. Het opvragen van deze tussentijdse rapportages wordt vanaf heden de (uitvoerings)praktijk. De bevoorschotting van de subsidie wordt opgeschort indien geen of een onvolledige tussentijdse rapportage wordt ontvangen.

  • Subsidieaanvragen worden toegewezen indien de projecten en activiteiten een aantoonbaar resultaat opleveren voor de participatie en emancipatie van Sinti en Roma. Bij het beoordelen van aanvragen wordt de ervaring van instellingen daarom meegewogen. Het is al vaststaande praktijk om onervaren instellingen met een klein project te laten starten zodat de aanvrager kan aantonen dat hij een project kan uitvoeren en verantwoorden. Bij een volgende aanvraag kan dan (als voldaan is aan de verdere voorwaarden) een groter project worden toegekend. Om het beoordelingsproces voor aanvragers te verduidelijken wordt deze toetsingspraktijk in de Subsidieregeling opgenomen.

Aanbevelingen uit de evaluatie zonder gevolgen voor de subsidieregels

  • In het kader van heldere communicatie en transparantie is behoefte aan een laagdrempelige website. Momenteel wordt samen met de adviescommissie onderzocht hoe deze website het beste kan worden gerealiseerd. Hierop komt in ieder geval informatie over gesubsidieerde projecten te staan. Het delen van goede voorbeelden en ervaringen kan de bekendheid met de subsidieregeling vergroten en andere (potentiële) aanvragers inspireren.

  • Er is over het algemeen tevredenheid over de dienstverlening van Stichting Arq als steunpunt voor Sinti en Roma. De adviescommissie wordt in haar werkzaamheden ondersteund door Stichting Arq. Daarnaast verzorgt Stichting Arq het steunpunt voor Sinti en Roma. Daar kunnen aanvragers met al hun vragen over de subsidieregeling terecht. Tevens kan Stichting Arq aanvragers begeleiden bij het indienen van een aanvraag. Aanvragers ervaren het contact met Stichting Arq als laagdrempelig en behulpzaam.

  • Het beoordelingsproces van de subsidieaanvragen is voldoende duidelijk. Na het indienen van de aanvraag kijken verschillende betrokkenen naar deze aanvraag. De adviescommissie adviseert VWS over de aanvragen en VWS neemt uiteindelijk de beslissing. Een grote meerderheid van de respondenten heeft aangegeven dat deze rolverdeling voor hen duidelijk is.

  • Intensiveer het wervingsbeleid voor nieuwe leden van de adviescommissie. De adviescommissie is cruciaal voor een goede uitvoering van de regeling. Daarom zal ik zoveel mogelijk stimuleren dat er nieuwe adviescommissieleden komen, door betrokkenen actief uit te nodigen om te solliciteren.

  • Geef de adviescommissie de gelegenheid om te werken aan verdere professionalisering. De adviescommissie ondersteun ik door ze in de gelegenheid te stellen om op werkbezoek te gaan bij projecten of verwante organisaties voor verdieping. Ook kunnen de adviescommissieleden op verzoek getraind worden.

Tot slot

Bij het opstellen van de regeling in 2015 is gekozen voor een looptermijn van maximaal tien jaar, om tot uiterlijk 2025 of totdat het beschikbare budget is uitgeput positieve initiatieven van Sinti en Roma mogelijk te maken. Naar verwachting zal, op basis van het huidige tempo van uitputting van de gelden, de aangepaste regeling in ieder geval nog de komende vier subsidierondes van kracht zijn.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstuk 25 839, nr. 13.

Naar boven