32 824 Integratiebeleid

Nr. 121 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2016

Met deze brief informeer ik u over de ontwikkeling van het aanbod van inburgeringscursussen sinds de wijziging van de Wet inburgering per 1-1-2013.

Daarmee kom ik tegemoet aan de motie Schouw die bij de behandeling van het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet inburgering is aangenomen (Kamerstuk 33 086, nr. 35), geef ik uitvoering aan de toezegging die de voormalige Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel heeft gedaan aan de Eerste Kamer tijdens de behandeling van dit wetsvoorstel (Handelingen I 2011/12, nr. 38, item 7) en voldoe ik tevens aan mijn toezegging hierover tijdens het algemeen overleg inburgering van 22-1-2015 (Kamerstuk 32 824, nr. 89).

Achtereenvolgens ga ik in op de ontwikkeling van het aantal instellingen met het kwaliteitskeurmerk van de stichting Blik op Werk (BoW) en de spreiding van het cursusaanbod, de kwaliteit van de dienstverlening en de prijzen van de cursussen.

Omvang en spreiding van het cursusaanbod

In 2012 is onderzoek verricht naar de mogelijke gevolgen van de wijziging van de Wet inburgering voor de markt van het inburgeringsonderwijs1. Een consultatie van cursusaanbieders en koepelorganisaties leverde geen onverdeeld positief perspectief op. Kort samengevat waren de verwachtingen:

  • Het aantal aanbieders zal afnemen;

  • ROC’s zullen zich terugtrekken van de markt;

  • Een beperkt aantal spelers zal de markt domineren;

  • Een daling van het aantal cursuslocaties;

  • Een concentratie van cursuslocaties in de Randstad;

  • Het cursusaanbod zal vooral gericht zijn op hoogopgeleiden.

De markt heeft zich, mede door de toename van de doelgroep in de afgelopen jaren, anders ontwikkeld dan destijds werd verwacht:

  • Een beperkt aantal aanbieders is inderdaad afgehaakt. Daar staat tegenover dat er sinds begin 2013 zo’n 30 nieuwe aanbieders op de markt zijn gekomen. Het aantal aanbieders met het BoW keurmerk is per saldo dan ook toegenomen van 101 begin 2013 tot 120 begin 2015.

  • Nog steeds 25 ROC’s verzorgen inburgeringscursussen.

  • Onder de nieuwe aanbieders bevindt zich een 11-tal regionale stichtingen van Vluchtelingenwerk Nederland.

  • De markt kenmerkt zich door een groot aantal kleinere aanbieders die actief zijn in 1 provincie en in niet meer dan één of enkele gemeenten. Slechts 6 aanbieders zijn in 5 of meer provincies actief, geen enkele aanbieder opereert in alle provincies van Nederland.

  • De regionale spreiding van het cursusaanbod komt redelijk overeen met de verdeling van de nieuwkomers over Nederland.

Provincie

Aanbieders

Locaties1

Nieuwkomers

Groningen

8

4%

22

4%

4%

Friesland

7

3%

34

7%

3%

Drenthe

4

2%

13

3%

3%

Overijssel

19

9%

31

6%

6%

Flevoland

9

4%

15

3%

3%

Gelderland

23

11%

62

12%

10%

Utrecht

24

11%

28

6%

8%

Noord-Holland

41

19%

71

14%

18%

Zuid-Holland

32

15%

100

20%

23%

Zeeland

9

4%

16

3%

2%

Noord-Brabant

28

13%

72

14%

14%

Limburg

10

5%

35

7%

6%

Nederland

214

100%

499

100%

100%

X Noot
1

Indien een aanbieder meerdere locaties in een gemeente heeft is er 1 locatie meegeteld.

  • Van de aanbieders waarvan bekend is op welke doelgroepen zij zich richten qua opleidingsniveau/leerprofiel bedient 95% middelbaar en hoog opgeleiden, 85% laag opgeleiden en 68% analfabeten.

Kwaliteit van het cursusaanbod

BoW toetst jaarlijks de kwaliteit van de dienstverlening van de (aspirant) keurmerkhouders door middel van een onderzoek naar de klanttevredenheid, een rapportage van de slagingspercentages en een audit waarbij onder meer wordt vastgesteld of de dienstverlener aan alle normen voldoet en of de gerapporteerde gegevens valide en betrouwbaar zijn. Op basis van deze toetsing, waarvoor externe partijen worden ingeschakeld, beoordeelt BoW of het keurmerk wordt toegekend of verlengd.

Klanttevredenheid

Cursisten krijgen na afloop van een inburgeringstraject per mail, post of telefonisch een enquête voorgelegd met vragen over de gevolgde cursus. Door middel van een rapportcijfer wordt inzicht verkregen in welke mate de cursisten tevreden zijn over de geleverde dienstverlening. Een instelling dient daarbij minimaal een 6,5 te halen. Vorig jaar werd door de instellingen gemiddeld een 8,2 gescoord. De scores per instelling worden op de website van BoW gepubliceerd.

In onderstaande tabel is aangegeven hoe de cursisten oordelen over verschillende aspecten van de dienstverlening.

Hoe vindt u dat de docent/leraar de les uitlegt?

Goed 90%

Niet zo goed 9%

Slecht 1%

Neemt de leraar of docent voldoende tijd om uw vragen over de les te beantwoorden?

Ja 96%

Nee 4%

Hoe vaak is de leraar/docent ziek of afwezig?

Nooit 73%

Soms 27%

Neemt de begeleider de tijd om u te helpen als u daarom vraagt?

Ja 97%

Nee 3%

Gebruikt u wat u op school leert/leerde bijvoorbeeld thuis, in de winkel of op het werk?

Elke dag 71%

Elke week 23%

Bijna nooit 6%

Wat vindt u van het lesmateriaal?

Moeilijk 26%

Makkelijk 14%

Precies goed 60%

Oefent u op de cursus om examens te maken?

1 keer 19%

2 tot 5 keer 40%

Meer dan vijf keer 42%

Voelt u zich veilig op school?

Vaak 92%

Soms 4%

Bijna nooit 1%

Weet niet 3%

Is er op de school een plek waar u rustig kunt studeren en oefenen voor uw lessen met behulp van computers?

Ja 72%

Nee 19%

Weet niet 9%

Slagingspercentages

Bij het bepalen van het slagingspercentage wordt gemeten hoeveel cursisten zijn opgegaan voor de verschillende onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 en welk percentage van de deelnemers bij de eerste of tweede poging is geslaagd. Per leerprofiel dient het behaalde percentage tenminste gelijk te zijn aan het landelijk gemiddelde minus 5 procentpunt. Gemiddeld scoren de instellingen bij alle onderscheiden leerprofielen meer dan 70%.

Leerprofiel

Slagingspercentage

Analfabeet

74%

Laag opgeleid

77%

Middelbaar opgeleid

83%

Hoog opgeleid

88%

Net als de klanttevredenheid worden deze slagingspercentages per instelling op de website van BoW gepubliceerd.

Overige kwaliteitsnormen

Naast de klanttevredenheid en de slagingspercentages hanteert BOW indicatoren die zijn gericht op het nakomen van afspraken en een aantal algemene indicatoren die zijn gericht op de kwaliteitsborging binnen de organisatie.

Bij het nakomen van afspraken worden de volgende normen gehanteerd: voor 100% van de cursisten is een cursuscontract opgesteld, tenminste 80% van de cursussen is gestart binnen de overeengekomen termijn en tenminste 80% van de cursussen is uitgevoerd binnen de afgesproken termijn.

Aandachtspunten bij de kwaliteitsborging binnen de organisatie zijn onder meer de continuïteit van de organisatie, het waarborgen van de privacy, de klachtenbehandeling en de kwaliteit van het personeel. Voor wat betreft het waarborgen van de kwaliteit van het personeel geldt als norm dat tenminste 80% van de lessen verzorgd moet worden door docenten die competenties bezitten zoals vastgelegd in de wet Beroepen in het Onderwijs (BIO).

Prijzen van cursussen

De prijs van een inburgeringscursus varieert naar cursusduur, aantal lesuren per week en grootte van de cursusgroep. Inburgeraars kunnen meestal kiezen hoeveel weken en hoeveel uren les men per week wil volgen. In onderstaand schema zijn de cursusprijzen van een 3-tal grotere aanbieders geanonimiseerd genomen. Gemiddeld genomen bestaat een cursusgroep uit zo´n 8 a 15 personen. De prijs per uur loopt uiteen van € 9 tot € 13 per uur. Bij een langere cursusduur neemt de prijs per uur bij alle aanbieders af. Lessen voor het nieuwe examenonderdeel Oriëntatie op de Nederlandse Arbeidsmarkt zijn bij sommige aanbieders opgenomen in het totaalpakket, terwijl andere instellingen dit als een aparte module aanbieden.

Instelling

Duur in weken

Uren p/w

Uren totaal

Prijs1 Totaal

Prijs per uur

Aanbieder A.

22

3

66

€ 875

€ 13

(incl. ONA)

42

3

126

€ 1.500

€ 12

 

62

3

186

€ 2.125

€ 11

 

22

6

132

€ 1.535

€ 12

 

42

6

252

€ 2.800

€ 11

 

62

6

372

€ 4.045

€ 11

 

22

12

264

€ 2.920

€ 11

 

42

12

504

€ 5.410

€ 11

 

62

12

744

€ 7.900

€ 11

Aanbieder B.

13

6

78

€ 999

€ 13

(excl. ONA)

26

6

156

€ 1.599

€ 10

 

39

6

234

€ 2.199

€ 9

 

52

6

312

€ 2.799

€ 9

 

78

6

468

€ 3.999

€ 9

ONA

20

3

60

€ 450

€ 8

Aanbieder C.

32

8

256

€ 3.350

€ 13

(excl. ONA)

48

8

384

€ 4.350

€ 11

 

64

8

512

€ 4.750

€ 9

ONA

7,5

8

60

€ 850

€ 14

X Noot
1

Prijs exclusief examenkosten.

De prijzen per uur van NT2-trajecten en alfabetiseringstrajecten zijn vergelijkbaar met die van een inburgeringtraject.

Op basis van de door DUO geregistreerde leninggegevens bestaat ook inzicht in de bedragen die daadwerkelijk betaald zijn voor het volgen van een inburgeringscursus. Daaruit blijkt een aanzienlijk verschil tussen asielmigranten en gezinsmigranten. Van de inburgeringsplichtigen die in 2013 een lening bij DUO zijn aangegaan hadden asielmigranten eind 2015 gemiddeld € 5.200 opgenomen en gezinsmigranten gemiddeld € 2.400. Aangezien een deel van deze groep eind 2015 nog bezig was met een cursus zullen deze bedragen nog verder oplopen. Hiermee rekening houdend komen de gemiddelde cursuskosten voor asielmigranten dan uit op € 6.000 à € 6.500 en bij gezinsmigranten op ca. € 3.000.

Conclusie

De markt voor het inburgeringsonderwijs heeft zich een stuk positiever ontwikkeld dan destijds bij de wijziging van de Wet inburgering werd voorzien. De overgang van een zogenaamde institutionele markt naar een consumentenmarkt is soepel verlopen. In alle regio’s zijn er voldoende aanbieders die de cursussen tegen een reële prijs aanbieden. Via de stichting Blik op Werk wordt de kwaliteit van het opleidingsaanbod door de branche zelf nauwlettend bewaakt. Op deze punten is er dan ook geen reden voor interventies van overheidswege. Aandachtspunt is wel de beschikbaarheid van voldoende gekwalificeerd personeel. Door de grote instroom van asielmigranten dreigt er een tekort aan NT2-docenten te ontstaan. Samen met mijn collega van OCW en in overleg met het UWV, BoW en de BVNT2 zoek ik hiervoor zo snel mogelijk een adequate oplossing.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

Marktconsultatie Inburgering (Kamerstuk 33 086, nr. 8).

Naar boven