32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

nr. 915 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 november 2021

In kader van het Klimaatakkoord is afgesproken om een Nationaal Waterstof Programma (NWP) te starten. Dit programma is ook benoemd in de kabinetsvisie waterstof van vorig jaar. Het werkplan voor het NWP is geschreven door de sector. Ik heb deze op 7 juli jl. mogen ontvangen en stuur u dit plan hierbij toe1. Ik zal in deze brief een toelichting geven op dit werkplan en de aanbevelingen voor het NWP. Tevens deel ik de vervolgstappen die gezet worden om tot het NWP te komen. Deze brief geeft een update over het NWP en gaat daarmee in op het verzoek om een rapportage uit de motie van het lid Sienot c.s. (Kamerstuk 35 570 XIII, nr. 39 van 12 november 2020). In de Eerste Kamer is tijdens het plenaire debat op 29 juni 2021 in de Eerste Kamer over de behandeling van het Verbod op kolen bij elektriciteitsproductie in verband met beperking van CO2-emissie een toezegging gedaan (naar aanleiding van een vraag van het lid Pijlman (D66)) om een update te sturen over het NWP (Kamerstuk 35 668; Handelingen II 2020/21, nr. 43, item 9).

Het introduceren van duurzame waterstof als een energiedrager in ons energiesysteem en in onze economie vergt een stapsgewijze benadering. In de kabinetsvisie waterstof van vorig jaar is uiteengezet hoe de overheid deze aanpak omzet in beleid en regelgeving, en in nationaal en internationaal verband werkt aan de randvoorwaarden. Dit beleid is voortdurend in ontwikkeling; afgelopen maanden heeft u ook brieven ontvangen over waterstofinfrastructuur in het onderzoek HyWay27 (30 juni jl., Kamerstuk 32 813, nr. 756) en het stimuleren van hernieuwbare waterstof in de jaarverplichting energie vervoer (8 oktober jl., Kamerstuk 32 813, nr. 868).

Zoals toegezegd in het Fit for 55 debat op 27 oktober jl. (Handelingen II 2021/22, nr. 14, «Fit for 55»-klimaatpakket van de Europese Commissie) zal ik uw kamer begin december nog informeren over verdere ontwikkelingen met betrekking tot waterstof. Hierbij zal ik o.a. ingaan op het thema marktontwikkeling in relatie tot een gelijk speelveld en het publieke belang (mede in het licht van Motie van de leden Leijten en Van Raan), de marktordening van de waterstofketen en de verwachtte impact van de aangekondigde maatregelen uit het Fit for 55 pakket op de industrie.

Werkplan Nationaal Waterstof Programma

Inzet van het voorstel voor het NWP was om de lopende activiteiten tot en met 2021 als voorbereidingen te beschouwen. De eerstvolgende fase wordt dan 2022–2025, waarin opschaling van groene waterstofproductie zal plaatsvinden. Het is de ambitie om in 2025 500 MW aan elektrolyse-capaciteit te realiseren. De gehele waardeketen van waterstof, van productie en/of import via transport en opslag naar de gebruikers van waterstof is onderdeel van het NWP.

De cross-sectorale werkgroep waterstof is in januari gestart met het in kaart brengen van de lopende initiatieven. De deelnemers van de werkgroep zijn gekozen uit de ondertekenaars van het Klimaatakkoord en aangevuld met specifieke partijen uit de waterstofsector daar waar nodig. Er zijn ruim 130 initiatieven geïnventariseerd2. Vervolgens is via een gap-analyse in kaart gebracht op welke thema’s additionele inspanningen nodig zijn3. Per thema zijn de ambities, de benodigde acties, de betrokken stakeholders en timing in beeld gebracht. Dit heeft geleid tot een helder overzicht van waar we in Nederland nu staan met het ontwikkelen van de duurzame waterstofketen.

Aanbevelingen werkplan

Er worden in het werkplan twee aanbevelingen gedaan voor het NWP:

  • 1. De cross-sectorale werkgroep waterstof heeft de kabinetsvisie en de beleidsagenda van de rijksoverheid in een bredere context geplaatst. Er is reeds veel in beweging rondom waterstof. De werkgroep doet de aanbeveling namens en richting de gehele sector om uitkomsten van dit werkplan om te zetten in een routekaart onder het NWP. Met dit werkplan kan gericht uitvoering worden gegeven aan realisatie van de grote ambities én benutting van kansen die Nederland heeft op het terrein van waterstof.

  • 2. De werkgroep adviseert om de uitvoering van het werkplan te concentreren op drie sporen:

    • a. Waterstof in industrieclusters en havens

      Het eerste spoor betreft de snelle opschaling van de offshore-productie van duurzame elektriciteit uit wind en in de toekomst mogelijk zon. Deze opschaling is gekoppeld aan de opschaling van elektrolyse voor groene waterstof, die ingezet kan worden in de vijf industrieclusters, in het zware transport en in havens voor de verduurzaming van grondstoffen en brandstoffen.

    • b. Waterstof in de regio’s

      Het tweede spoor betreft de demonstratie en uitbouw van waterstofproductie op decentraal niveau. Deze is vaak gekoppeld aan lokale elektriciteitsopwekking uit zon en wind (eventueel gekoppeld aan congestiemanagement), aan de toepassing van waterstof in zwaar transport, logistiek en mobiliteit, aan het zogenaamde zesde industriecluster en op termijn aan de gebouwde omgeving.

    • c. Randvoorwaarden

      Om deze beide sporen mogelijk te maken moeten de juiste randvoorwaarden worden gecreëerd die het fundament leggen onder de ontwikkeling van waterstof. Dit betreft thema’s zoals beleid, wet- en regelgeving, marktordening, veiligheid, maatschappelijke inbedding, waterstofmarkt en certificering, ontwikkeling en organisatie van de maakindustrie, innovatie en human capital.

Vervolgstappen NWP

Insteek is dat het programma de verbinding vormt tussen alle trajecten die van belang zijn voor de ontwikkeling van de waterstofketen in Nederland. Het gaat hier bijvoorbeeld om de samenhang tussen trajecten als het Nationaal Groeifonds, Programma Infrastructuur Duurzame Industrie (PIDI), de rol van waterstof bij de aanlanding van meer wind-op-zee en de Green Deal H2-wijken. Het NWP gaat formeel 1 januari 2022 van start. De uitvoeringsoverleggen van het Klimaatakkoord worden geïnformeerd over de voortgang. Betrokken ministeries werken vanuit hun beleidsterreinen mee aan het opstellen van het programmaplan en stemmen hun inzet binnen het programma onderling af. Ik zal u op de hoogte houden van de voortgang van het NWP.

Het werkplan is het resultaat van een gezamenlijke inspanning van de vele stakeholders die in Nederland werken aan waterstof. Ik wil via deze weg mijn waardering uitspreken voor de inzet van iedereen die in de cross-sectorale werkgroep waterstof of de onderliggende subgroepen heeft bijgedragen aan de totstandkoming van het werkplan. Het is indrukwekkend om te zien op hoeveel plekken in Nederland er wordt gewerkt aan grootschalige en decentrale toepassingen van waterstof. Het is ook waardevol dat we gezamenlijk inzicht hebben gekregen in welke stappen er nog te zetten zijn. Ik heb er vertrouwen in dat we nu in de komende jaren ook gezamenlijk de ontwikkeling van de duurzame waterstofketen kunnen vormgeven en dat we hiermee de gewenste opschaling en kostenreductie gaan realiseren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, D. Yeşilgöz-Zegerius

Naar boven