Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 april 2021
Hierbij bied ik u het IBO financiering energietransitie «beleidsmatige keuzes in kosten,
prikkels en verdeling» aan1. Inclusief de separate bijlage: Kalavasta en Berenschot, «De financiering van de
energietransitie tussen 2020 en 2050», 20212.
In dit IBO is de systematiek van (beleidsmatige) financiering en bekostiging van de
investeringen in de verduurzaming van het energiesysteem tegen het licht gehouden,
waarbij de kosten grotendeels via de energierekening worden omgeslagen. Er is gekeken
naar (het verlagen van) de totale kosten van de energietransitie en naar de verdeling
van de kosten tussen huishoudens en bedrijven en tussen huishoudens en bedrijven onderling.
Vanwege de demissionaire status van dit kabinet wordt er geen appreciatie van het
IBO meegestuurd. Het is aan een volgend kabinet om de inhoud van het IBO tot zich
te nemen en te overwegen of deze relevant is voor het toekomstige beleid.
Leeswijzer: samenhangende trajecten
Het IBO financiering energietransitie dient in samenhang te worden bezien met de evaluatie
van de Energiebelasting (EB), die door de Staatssecretaris van Financiën aan uw Kamer
is aangeboden, en de evaluatie en de toekomstverkenning van de ODE, dat recent is
aangeboden aan uw Kamer. De evaluatie EB beoordeelt de doelmatigheid en doeltreffendheid
van de EB in het algemeen, en de fiscale regelingen meer specifiek, op de oorspronkelijke
doelstellingen. Daarnaast wordt de interactie met de energietransitie onderzocht.
In de evaluatie van de ODE is specifiek de doeltreffendheid en doelmatigheid van de
ODE onderzocht. Daarbij is in kaart gebracht in hoeverre de ODE heeft bijgedragen
aan transparantie over de bijdrage van huishoudens en bedrijven aan de stimulering
van hernieuwbare energie. De toekomstverkenning ODE betreft een ambtelijke verkenning
van knelpunten voor het geven van effectieve prikkels voor verduurzaming. Het IBO
kent een ander doel dan de evaluatie van de EB en de evaluatie en toekomstverkenning
van de ODE. In het IBO wordt gekeken naar de totale kosten van de energietransitie,
de prikkels om die kosten te verlagen en de lastenverdeling. Daarbij wordt ook naar
bredere opties van financiering gekeken, dan de EB en ODE. Het IBO geeft een mix van
concrete opties, denkrichtingen, en aanbevelingen voor nadere verkenning. Samen bieden
de trajecten een basis voor toekomstige beleidskeuzes.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
B. van ’t Wout