32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Nr. 1059 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 juni 2022

In mijn eerdere brief aan uw Kamer (bijlage bij Kamerstuk 32 813, nr. 1049) over de uitwerking van het beleidsprogramma Klimaat en Energie heb ik aangekondigd dat het kabinet ook extra aandacht zou besteden aan de gedragskundige aspecten van de aangekondigde maatregelen en de beoogde doelen. Veel van de in het beleidsprogramma opgenomen maatregelen zijn er direct of indirect op gericht om consumenten, bedrijven en andere doelgroepen te ondersteunen bij het maken van duurzame keuzes via subsidiëring, beprijzing of normering. Bij de inzet van nieuw klimaatbeleid is het dus van belang vroegtijdig inzicht te krijgen in de bepalende factoren bij het maken van duurzame, broeikasgasarme keuzes en deze zoveel mogelijk mee te nemen bij het uitwerken van de beoogde maatregelen. Daarom zijn de afgelopen maanden twee trajecten in gang gezet om het gedragsaspect in beeld te brengen. Met deze brief informeer ik uw Kamer over de voortgang op beide trajecten.

Gedragsscan en syntheseverslag van experts

Ten eerste heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat een aantal gerenommeerde gedragswetenschappers gevraagd1 om in een viertal sessies te reflecteren op maatregelen uit het beleidsprogramma Klimaat en Energie die zich geheel of gedeeltelijk richten op (meer) duurzaam keuzegedrag van consumenten, bedrijven en andere doelgroepen. De thema’s van deze sessies zijn door betrokken departementen aangedragen. Het gaat om: i) verduurzaming mkb, ii) verduurzaming gebouwde omgeving en iii) duurzame mobiliteit. Per thema is ook aantal praktijkdeskundigen uitgenodigd om de wetenschappelijke kennis aan te vullen met ervaringen vanuit het veld.

Allereerst hebben de experts op de desbetreffende thema’s naar de informatiepositie ten aanzien van gedragskennis gekeken. Op basis hier van zijn algemene aanbevelingen geformuleerd over hoe de overheid gedragskennis beter kan benutten bij de ontwikkeling van het klimaatbeleid. Daarnaast is gereflecteerd op de per thema geselecteerde maatregelen. Op basis van de discussie tijdens de sessies zijn de experts met ideeën gekomen hoe het klimaatbeleid op dat specifieke thema kan worden versterkt of aangevuld met de inzet van gedragskennis.

In het bijgevoegde syntheseverslag zijn de belangrijkste inzichten en aanbevelingen weergegeven. Na de zomer zal het kabinet komen met een uitgebreide reactie op deze aanbevelingen. Daarbij zal ik uw Kamer ook informeren over het oordeel van de experts over het effect van het al dan niet verbieden van fossiele reclame, zoals ik op 20 april jl. in het commissiedebat Klimaat en Energie heb toegezegd.

Publieksonderzoek naar zorgen en aandachtspunten bij klimaatbeleid

Ten tweede is aan TNO gevraagd om onderzoek te doen naar de actuele zorgen en aandachtspunten van de Nederlandse bevolking bij het klimaatbeleid. TNO heeft daarop een voorstel gemaakt om dit onderwerp in twee fasen te onderzoeken. In de eerste fase, die inmiddels is afgerond, vonden gesprekken plaats met 24 burgers uit verschillende lagen van de bevolking. De uitkomsten van deze gesprekken worden als onderdeel van de tweede fase op dit moment gekwantificeerd. Naar verwachting kan het eindrapport begin oktober met uw Kamer worden gedeeld.

De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten


X Noot
1

Zie bijgevoegd samenvattend verslag voor een overzicht v.d. betrokken experts.

Naar boven