32 799 Goedkeuring van de op 22 juni 2010 te Ouagadougou tot stand gekomen Overeenkomst tot tweede wijziging van de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000 en voor de eerste maal gewijzigd te Luxemburg op 25 juni 2005 (Trb. 2011, 78)

Nr. 5 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT ¹

Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State d.d. 21 juli 2011 en het nader rapport d.d. 17 oktober 2011, aangeboden aan de Koningin door de minister van Buitenlandse Zaken. Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.

Bij Kabinetsmissive van 14 juni 2011, no. 11.001409, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende goedkeuring van de op 22 juni 2010 te Ouagadougou totstandgekomen Overeenkomst tot tweede wijziging van de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000 en voor de eerste maal gewijzigd te Luxemburg op 25 juni 2005 (Trb. 2011, 78), met memorie van toelichting.

Het voorstel betreft de goedkeuring van een overeenkomst tot wijziging van de Overeenkomst van Cotonou. De Overeenkomst van Cotonou bevat afspraken op het gebied van ontwikkelingssamenwerking, herziening van de handelsbetrekkingen en een kader voor politieke dialoog. Deze wijziging betreft voornamelijk de actualisering van de tekst op het gebied van regionale integratie, de rol van de Afrikaanse Unie, klimaatverandering, de Milleniumdoelstellingen voor Ontwikkeling, effectiviteit van ontwikkelingssamenwerking en handel.

Daarnaast bevat de wijziging een aantal verscherpingen en aanvullingen op het gebied van de bestrijding van georganiseerde misdaad, het tegengaan van mensenhandel, de bestrijding van Hiv/aids en het bevorderen van degelijk fiscaal beleid.

De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking van het wetsvoorstel, maar maakt daarbij een kanttekening over de toelichting.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 14 juni 2011, nr. 11.001409, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde verdrag rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 21 juli 2011, nr. W02.11 0210/II, bied ik U hierbij aan.

1. De totstandkoming van economische partnerschapsovereenkomsten

In de Overeenkomst van Cotonou zijn afspraken gemaakt over de uitfasering van de destijds bestaande eenzijdige preferenties en het in de plaats daarvan overeenkomen van economische partnerschapsovereenkomsten (EPA’s). De eenzijdige preferenties zijn ingevolge deze afspraken per 1 januari 2008 komen te vervallen. De overeenkomst van Cotonou bepaalde daarbij tevens dat de nieuwe EPA’s op diezelfde datum in werking zouden moeten treden.² Deze inwerkingtredingsdatum is evenwel niet gehaald. Inmiddels is wel op 15 oktober 2008 een EPA tot stand gekomen tussen de Cariforum-staten enerzijds en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten anderzijds.³ Voor de landen in Afrika en de Stille Oceaan zijn slechts in enkele gevallen inmiddels tijdelijke EPA’s tot stand gekomen.⁴ In de voorgestelde wijziging van de partnerschapsovereenkomst wordt de einddatum voor onderhandelingen over EPA’s geschrapt en wordt de steunverlening gedurende de voorgaande onderhandelingen geregeld.⁵

Gezien de belangen die gemoeid zijn met het vervallen van de eenzijdige preferenties mist de Afdeling in de toelichting aandacht voor de voortgang van de onderhandelingen over EPA’s met de landen in Afrika en de Stille Oceaan.

De Afdeling adviseert de toelichting in bovengenoemde zin aan te vullen.

1. De totstandkoming van economische partnerschapsovereenkomsten

De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert de toelichting aan te vullen met informatie over de voortgang van de onderhandelingen over economische partnerschapsakkoorden met de landen in Afrika en de Stille Oceaan. Gevolg gevend aan het advies van de Raad is de toelichting onder het kopje «Artikel 36 en artikel 37» aangevuld.

2. Voor een redactionele kanttekening verwijst de Afdeling naar de bij het advies behorende bijlage.

2. Aan de redactionele kanttekening is gehoor gegeven.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.

De vice-president van de Raad van State,

H. D. Tjeenk Willink

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De minister van Buitenlandse Zaken,

U. Rosenthal

Bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no. W02.11.0210/II met een redactionele kanttekening die de Afdeling in overweging geeft.

• In opschrift, considerans en artikel 1 van het voorstel van wet «totstandgekomen» telkens vervangen door: tot stand gekomen.

---

1 De oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de Afdeling advisering van de Raad van State is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

2 Artikel 37, eerste lid, Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000 (Trb. 2001, 57).

3 Economische partnerschapsovereenkomst tussen de CARIFORUM-staten, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds; ondertekend te Bridgetown, 15 oktober 2008 (Trb. 2009, 18).

4 Reeds tot stand gekomen, maar nog niet geratificeerd door het Koninkrijk der Nederlanden zijn de Tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen Ivoorkust, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds; ondertekend te Brussel, 22 januari 2009 (Trb. 2009, 72) en de Tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Centraal-Afrika, anderzijds; ondertekend te Brussel, 22 januari 2009 (Trb. 2009, 73).

5 Voorgesteld artikel 37, eerste lid, Wijzigingsovereenkomst.