32 769 Herziening van de regels over toegelaten instellingen en instelling van een Financiële Autoriteit woningcorporaties (Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting)

C BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 maart 2013

Op 2 oktober 2012 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat/Algemene Zaken en Huis der Koningin haar voorlopig verslag vastgesteld bij het voorstel voor de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting (32 769, B). De commissie gaf daarbij aan uit te zien naar de memorie van antwoord binnen een termijn van vier weken na de vaststelling van dat verslag.

Ik heb zowel in de voorstellen in het Regeerakkoord van dit kabinet met betrekking tot de woningcorporaties, als in het onlangs uitgebrachte rapport van de commissie Hoekstra over het toezicht op de woningcorporaties aanleiding gezien het betreffende wetsvoorstel op enkele belangrijke onderdelen te wijzigen. Ik acht het gewenst in de memorie van antwoord verbanden met de beoogde wijzigingen te leggen. Ik ben voornemens die wijzigingen rond de zomer in een novelle bij het wetsvoorstel aan de Tweede Kamer aan te bieden. Zo spoedig mogelijk daarna zal ik uw Kamer de memorie van antwoord toesturen.

De minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok

Naar boven