32 734 Modernisering Nederlandse diplomatie

Nr. 23 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 april 2014

De Kamerbrief «Voor Nederland, wereldwijd: samenwerken aan toonaangevende diplomatie» beschrijft de kabinetsvisie op het buitenlandnetwerk van de Rijksoverheid, gegeven de belangen van het Koninkrijk. Deze Kamerbrief luidde een proces in van hervorming en verdere modernisering van de diplomatie. Hierover is op 25 november 2013 gedebatteerd met uw Kamer (Kamerstuk 32 734, nr. 21). Tijdens dit debat is de motie Sjoerdsma c.s. (Kamerstuk 32 734, nr. 20) aangenomen. Tevens is de toezegging gedaan uw Kamer te informeren over visumverlening ten behoeve van het bedrijfsleven in Erbil. Deze brief beantwoordt hieraan.

Invulling motie Sjoerdsma c.s.

Zelfs met de structurele halvering van de HGIS taakstelling moet op het postennet nog steeds fors worden bezuinigd. Immers, een groot deel van de taakstelling van het Ministerie van Buitenlandse Zaken van € 60 miljoen zal ook ten laste moeten komen van het postennet. Om deze bezuinigingsopdracht te realiseren, die samen met de taakstelling van het vorige kabinet een kwart van de organisatie behelst, zijn forse hervormingen nodig. Hierbij staat het Nederlands belang centraal. Inzet is het postennet in stand te houden door het postennet flexibeler op- en af te schalen naar mate de belangen van het Koninkrijk veranderen en door het kerndepartement te verkleinen. De eerder genoemde Kamerbrief is daarbij leidend.

Vanwege de motie hoeft € 20 miljoen minder te worden bezuinigd op het postennet. Nadere (budgettaire) uitwerking hiervan komt tot uitdrukking in de begroting en Memorie van Toelichting 2015 en verder. De volgende uitgangspunten staan daarbij centraal:

  • 1. De vertegenwoordigingen in Antwerpen, München, Chicago en Milaan blijven in afgeslankte vorm bestaan. Dit geldt ook voor het consulaat-generaal in Osaka (zie ook antwoord op Kamervragen van het lid Ten Broeke; Aanhangsel Handelingen II 2013/14, nr. 1824).

  • 2. Middelen van grote Westerse (vooral Europese) posten worden geheralloceerd.

  • 3. Inzet op instabiele regio’s nabij Europa, waar Nederland een actieve bijdrage levert aan veiligheid, stabiliteit, rechtstatelijkheid en mensenrechten wordt gehandhaafd, dan wel versterkt.

  • 4. Inzet op economische diplomatie op posten in opkomende markten, inclusief OS-transitielanden wordt gehandhaafd, dan wel versterkt. Transitiecapaciteit en deskundigheid zullen beter worden ingebed.

  • 5. Kleine posten worden versterkt voor zover dit wezenlijk ten goede komt aan de kwaliteit van hun kerntaken.

Bijdrage bedrijfsleven

Samen met VNO-NCW en MKB Nederland zoekt het Ministerie van Buitenlandse Zaken naar mogelijkheden om betaalde dienstverlening te laten bijdragen aan het in stand houden van een kwalitatief zo goed mogelijke dienstverlening op economisch terrein, waarbij publiek-private samenwerking een plek krijgt. Hiertoe worden op dit moment vier sporen uitgewerkt: 1) beprijzing van (meer) producten, 2) detacheringen, 3) huisvesting en 4) publiek-private samenwerking op posten en/of handelskantoren.

Voor het eerste en vierde spoor zal een pilot worden uitgewerkt, met als doel de haalbaarheid en consequenties van de wereldwijde uitrol te onderzoeken. Deze pilot start in de tweede helft van 2014 en heeft een looptijd van 2 jaar. De uitwerking van de overige sporen moet leiden tot een besparing en/of een uitbreiding van de dienstverlening. Hierbij worden ervaringen van andere landen, zoals het VK, Denemarken, Duitsland, België, Finland en Frankrijk meegenomen. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking informeert uw Kamer, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, voor de zomer over de voortgang op het gebied van betaalde dienstverlening, de internationalisering van het MKB en de standaardisering van het economische werk in het postennet. Deze onderwerpen worden in samenhang behandeld.

Consulaire dienstverlening

De consulaire functie van de CG’s München, Chicago, Antwerpen en Milaan, evenals die van CG Düsseldorf, wordt beperkt tot het verlenen van hulp aan Nederlanders in noodgevallen, waar mogelijk vanuit een gecentraliseerde locatie. Bij de herinrichting van de consulaire dienstverlening wordt voldoende tijd genomen om burgers voor te bereiden op veranderingen hierin. Streven is om begin 2016 de veranderingen te hebben doorgevoerd. Voor wat betreft de paspoortverstrekking zijn verschillende alternatieven opgezet. Grensgemeenten zijn bevoegd en goed geëquipeerd om paspoortaanvragen van niet ingezetenen in behandeling te nemen. Nederlandse burgers kunnen in geval van een bezoek aan Nederland, ook bij de gemeente Haarlemmermeer terecht, die over een loket op Schiphol beschikt. Met dit palet aan alternatieve mogelijkheden blijft deze dienstverlening op adequaat niveau en met de onlangs verlengde geldigheidsduur van het paspoort tot 10 jaar wordt de gelegenheid om een paspoort in Nederland aan te vragen aanzienlijk verruimd.

Erbil

Na een integrale afweging tussen bevordering van de internationale rechtsorde, veiligheidsbelangen en economische potentie, wordt de positief verlopen pilot met het kantoor in Erbil bestendigd. Het kantoor wordt opgewaardeerd naar een consulaat-generaal. Om het visumproces de economische activiteiten te laten ondersteunen zal in de loop van 2014 in Erbil een externe dienstverlener zorgdragen voor de inname van visumaanvragen (beperkt tot het Orange Carpet beleid).

Het kabinet zal uw Kamer binnenkort separaat het slotrapport toesturen van de Adviescommissie Modernisering Diplomatie onder leiding van de heer Docters van Leeuwen en de beleidsreactie hierop.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Naar boven