32 733 Beleidsbrief Defensie

Nr. 132 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2013

Hierbij reageer ik op uw brief van 30 mei 2013 (Kamerstuk 32 733, nr. 119) waarin u mijn reactie vraagt op de planning van een volgend algemeen overleg Vastgoed.

Tijdens het algemeen overleg staat onder meer de brief over het Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie (HVD) fase 2b (Kamerstuk 32 733, nr. 128 van 14 mei 2013) op de agenda. In deze brief worden maatregelen voorgesteld waarmee Defensie jaarlijks € 5,1 miljoen kan besparen. Een algemeen overleg na het zomerreces is van belang om die opbrengsten tijdig te kunnen behalen. Tot aan het overleg zal ik geen onomkeerbare stappen zetten.

Defensie legt de laatste hand aan de brief over het HVD fase 3. Deze ontvangt u na het zomerreces. De toegezegde brief over de marinierskazerne Zeeland betreft de uitkomsten van het Public Private Comparator (PPC) onderzoek. Dit onderzoek wordt op dit moment uitgevoerd door de Rijksgebouwendienst en zal pas dit najaar worden voltooid. In de halfjaarrapportage HVD (Kamerstuk 32 733, nr. 129 van 15 mei 2013) en tijdens het algemeen overleg Vastgoed van 6 februari jl. heb ik toegezegd dat ik u voor het eind van dit jaar zal informeren over de resultaten van het PPC-onderzoek. Op dit moment zijn er geen bijzonderheden over de marinierskazerne Zeeland te melden.

De minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

Naar boven