32 733 Beleidsbrief Defensie

Nr. 126 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 april 2013

Op 3 april jl. heeft de vaste commissie voor Defensie mij per brief verzocht om het overzicht van periodieke rapportages, rapporten en verslagen (Kamerstuk 32 733, nr. 117) te actualiseren en daarbij enkele opmerkingen van de commissie te betrekken. Met deze brief geef ik gehoor aan dit verzoek.

Ik hoop dat met de planningsgesprekken en het aangepaste overzicht de gewenste helderheid is ontstaan over de afspraken met de Kamer omtrent rapportages.

De minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

Overzicht van periodieke rapportages en verslagen Defensie

Algemeen

Als uitgangspunt geldt dat Defensie rapportages en verslagen zoveel mogelijk verstuurt op twee momenten: Prinsjesdag in september en Verantwoordingsdag in mei. Verder informeert de minister de Kamer op de afgesproken rapportagemomenten, tenzij er ontwikkelingen zijn die aanleiding geven om de Kamer tussentijds te informeren. Informatie wordt openbaar verstrekt, tenzij er belangrijke redenen zijn om dit niet te doen, onder meer als operationele veiligheid of commerciële belangen in het geding zijn.

Begroting en jaarverslag Defensie

In de afgelopen jaren zijn toezeggingen gedaan om in de begroting en het jaarverslag op een aantal onderwerpen specifiek in te gaan. In de begroting en het jaarverslag wordt gerapporteerd over de mate waarin Defensie kan voldoen respectievelijk heeft voldaan aan de inzetbaarheidsdoelstellingen. In beide wordt ingegaan op de nationale inzet, het beheer en de Defensie Industrie Strategie. In de begroting wordt een grafiek opgenomen over het verloop van de investeringsquote. In de begroting en het jaarverslag wordt door middel van concrete personeelscijfers gerapporteerd over het voorgenomen beleid, de concrete kwantitatieve doelstellingen en de hierbij ingezette middelen. In het jaarverslag wordt ook gerapporteerd over de onderuitputting bij personeel, indien hiervan sprake is geweest, en wordt stilgestaan bij het onderwerp integriteit.

Verslagen en nota’s bij Verantwoordingsdag

In mei ontvangt de Kamer naast het jaarverslag Defensie diverse verslagen en nota’s:

  • Het jaarverslag van de Inspecteur-generaal der Krijgsmacht;

  • Het jaarverslag van de Inspecteur Militaire Gezondheidszorg;

  • Het jaarverslag van de Kustwacht Caribisch gebied;

  • De tussentijdse evaluatie van kleine missies, waarin vanaf 2013 ook gerapporteerd wordt over de VPD-inzet;

  • De Veteranennota over het veteranenbeleid, waarin onder andere aandacht wordt gegeven aan nazorg en veteranen uit Afghanistan.

Jaarverslag MIVD

Het jaarverslag van de MIVD moet wettelijk uiterlijk 1 mei aan de Kamer zijn aangeboden. Het bevat ook een beoordeling van de samenwerking met de AIVD in het afgelopen jaar.

Rapportage voortgang maatregelen beleidsbrief 2011

Ieder half jaar wordt bij de begroting en het jaarverslag per brief gerapporteerd over de voortgang van de reorganisaties ten gevolge van de beleidsbrief 2011 en over de uitvoering van het Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie, inclusief de besparingen die daarmee zijn behaald.

Defensie Materieel Proces

Als bijlage bij de begroting wordt het Materieel Projecten Overzicht (MPO) naar de Kamer gestuurd. Hierin worden strategische en politiek gevoelige materieel-projecten boven de € 25 miljoen beschreven. Het MPO bevat ook informatie over de afstoting van overtollige wapens en wapensystemen. Middelen voor ICT, reguliere bedrijfsvoering en infrastructuur worden niet tot strategisch materieel gerekend; daarover wordt de Kamer geïnformeerd met de begroting.

De Kamer ontvangt voor materieelprojecten brieven over de behoeftestelling (A-fase), de voorstudie (B-fase), de studie (C-fase), en de verwervingsvoorbereiding (D-fase) van projecten. Voor DMP-projecten met een financiële omvang van € 250 miljoen of meer volgt een evaluatiebrief (E-fase). Als er belangrijke tussentijdse ontwikkelingen zijn, zoals wijzigingen van de behoeftestelling of overschrijdingen boven de € 25 miljoen, informeert Defensie de Kamer hierover. DMP-projecten met een omvang tot € 100 miljoen kunnen na de A-fase gemandateerd worden uitgevoerd. Bij ICT- en vastgoedprojecten ontvangt de Kamer de A-brief met de behoeftestelling.

Grote materieelprojecten

Over materieelprojecten die door Kamer als grote projecten zijn aangemerkt, wordt periodiek apart gerapporteerd:

  • NH-90: elk najaar ontvangt de Kamer de voortgangsrapportage NH-90;

  • Pantservoertuigen: jaarlijks ontvangt de Kamer omstreeks 1 april een rapportage over de CV-90 en de Boxer;

  • Vervanging F-16: jaarlijks ontvangt de Kamer in de eerste week van juni een rapportage over het project Vervanging F-16. Deze datum is gekozen zodat de rapporten van het US Government Accountability Office (GAO) en het Selected Acquisition Report (SAR-rapport) bij de opstelling van het jaarverslag kunnen worden betrokken. De jaarrapportage bevat een overzicht van en een inhoudelijke reactie op de in het voorgaande jaar verschenen rapporten over de F-35, waaronder die van het US Congressional Budget Office (CBO) en van denktanks zoals het US Center for Strategic and Budgettary Assesments (CSBA).

Programma SPEER

Halfjaarlijks ontvangt de Kamer een voortgangsrapportage SPEER. In 2013 zal de Kamer een voortgangsrapportage ontvangen evenals een eindrapportage omdat het programma SPEER tot een einde komt en de werkzaamheden in de lijnorganisatie worden voortgezet. In 2014 ontvangt de Kamer een evaluatie van de eindresultaten.

Sourcing

In oktober wordt de jaarlijkse voortgangsrapportage over de sourcingprojecten verzonden.

Personeel

In het voor- en najaar ontvangt de Kamer de Personeelsrapportage, waarin onder andere een passage wordt opgenomen over het reservistenbeleid. In deze rapportage wordt opgenomen hoeveel mensen bij de verschillende defensieonderdelen werken. Ook wordt ingegaan op werving en behoud, in- en uitstroom, vulling, numerus fixus, topfunctionarissen en de voortgang van reorganisaties.

Afghanistan

Ieder kwartaal wordt een voortgangsrapportage van de geïntegreerde politietrainingsmissie naar de Kamer gestuurd. Over elk kalenderjaar wordt op Verantwoordingsdag een tussentijdse evaluatie naar de Kamer gestuurd.

Eindevaluaties inzet

Na beëindiging van de Nederlandse inzet bij «artikel 100»-missies wordt conform het Toetsingskader binnen een half jaar een eindevaluatie naar de Kamer gestuurd. In bepaalde gevallen wordt bij de eindevaluatie afgesproken om de Nederlandse bijdrage na vijf jaar nogmaals te beoordelen (post-missie beoordeling).

Ministeriële bijeenkomsten

Voor zowel de Navo als de EU zijn er jaarlijks vier ministeriële bijeenkomsten (twee informele en twee formele). Een week voorafgaand aan het overleg met de Kamer wordt de geannoteerde agenda gestuurd. Na de ministeriële bijeenkomst ontvangt de Kamer een verslag.

Naar boven