Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 juni 2024
U heeft op 6 maart 2024 een brief ontvangen van acht Regionale Energiefondsen over
duurzaamheidsleningen (Kenmerk REF2402). Met de voorliggende brief ontvangt u, zoals
verzocht, van mij, mede namens de Minister voor Klimaat en Energie, een toelichting
op de aanvraag bij het Klimaatfonds en een appreciatie van de brief van de Regionale
Energiefondsen (REF). Ik ga in deze brief in op de ondersteuning van het mkb waaraan
wordt gewerkt bij de financiering van energiebesparende maatregelen en naar aanleiding
van de oproep van de Energiefondsen, de mogelijke rol die zij daarin kunnen hebben.
Ter ondersteuning van het mkb om te voldoen aan de aangescherpte energiebesparingsplicht
is € 150 miljoen gereserveerd in het Klimaatfonds. De € 150 miljoen is gekoppeld aan
de voorwaarde van voldoende voortgang ten aanzien van de aanscherping van de energiebesparingsplicht
in 2027. Hoewel het hier gaat om rendabele maatregelen die zichzelf terugverdienen,
ervaren verschillende mkb-ondernemers problemen bij het verkrijgen van financiering.
Voor de ondersteuning wordt aan drie instrumenten gewerkt: 1) een energiebesparingsloket
(€ 100 miljoen) dat voorziet in de behoefte van toegankelijke financiering én advies
en begeleiding voor het mkb bij het nemen van energiebesparende maatregelen, 2) duurzaamheidsleningen
voor klein mkb met lage rente door een landelijke microfinancier en 3) uitbreiding
van het ontzorgingsprogramma mkb dat via de provincies loopt.
Energiebesparingsloket
InvestNL voert in opdracht van de Minister voor Klimaat en Energie een onderzoek uit
naar de financiële drempels die het mkb ervaart bij het financieren van energiebesparende
maatregelen en met wat voor instrument het mkb het beste wordt ondersteund. Uit de
eerste conceptanalyses van InvestNL blijkt dat een energiebesparingsloket, dat zowel
financiering, advies als begeleiding biedt aan het mkb een mogelijke oplossing kan
zijn. Regionale vertegenwoordiging van het energiebesparingsloket wordt daarbij wenselijk
geacht. Mogelijk kunnen de regionale energiefondsen daarbij een rol vervullen als
verstrekker van de financiering. Begin 2e helft van dit jaar wordt u geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek. Op
basis van het InvestNL rapport wordt een besluit genomen over het energiebesparingsloket.
Waarna ook een besluit volgt over welke partijen een rol vervullen in de uitvoering.
Duurzaamheidsleningen via Qredits
Het Kabinet heeft besloten om van de € 150 miljoen reservering voor energiebesparende
maatregelen in het Klimaatfonds € 10 miljoen ter beschikking te stellen aan Qredits,
voor het verstrekken van microkredieten (tot € 50.000) met een lage rente voor duurzaamheidsinvestering.
Er is bij het verstrekken van deze microkredieten geen rol voor de REFs weggelegd.
Duurzaamheidsleningen via Qredits voorziet in een landsdekkende aanpak, dit komt ten
goede van het mkb. Qredits zal hiervoor € 55–60 miljoen eigen funding uit de markt
ophalen en deze € 10 miljoen inzetten om de rente te verlagen (rentesubsidie). Qredits
zal met deze middelen naar verwachting aan ongeveer 1600–1750 ondernemers een lening
kunnen verstrekken van maximaal € 50.000.
Ontzorgingsprogramma
Bij het ontzorgingsprogramma worden ondernemers ondersteund bij het opstellen van
een verduurzamingsplan en geadviseerd hoe hier uitvoering aan te geven. Daarbij kan,
indien van toepassing, de ondernemer ook gewezen worden op, en ondersteund worden
bij, het aanvragen van middelen bij Regionale Energiefondsen om (delen van) de verduurzaming
van het bedrijf te financieren.
In reactie op het verzoek van REFs voorzie ik in de uitvoering van het beoogde instrumentarium
alleen een mogelijke rol voor de REFs bij het energiebesparingsloket. De Regionale
Energiefondsen blijven, nu en in de toekomst, een belangrijke rol om het mkb te stimuleren
om verduurzamingsmaatregelen te nemen in hun bedrijf en blijf ik graag met hen hierover
in gesprek. Ik zal uw Kamer informeren na nadere invulling van de ondersteunende maatregelen.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
M.A.M. Adriaansens