32 637 Bedrijfslevenbeleid

Nr. 150 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 oktober 2014

In antwoord op uw vragen over mijn uitspraken over kredietverlening kan ik verwijzen naar het interview in het blad van de NVB. Daarin heb ik aangegeven dat «banken – en dat gebeurt al volop – vaker «nee» moeten zeggen. Huishoudens en bedrijven waren gewend geraakt aan makkelijk krediet. Banken faciliteerden dat door grote risico’s te accepteren. De overkreditering van vóór de crisis heeft enorme kosten met zich meegebracht, die nog steeds de bestedingen en dus het economisch herstel remmen. Banken, maar ook huishoudens en bedrijven moeten kritisch zijn op de risico’s. Dan stel je de aanschaf van die nieuwe keuken maar even uit.»

In antwoord op een vraag inzake de problemen rond de financiering van het MKB heb ik aangegeven dat «door de crisis veel bedrijven moesten interen op hun toch al beperkte eigen vermogen, terwijl tegelijkertijd de waarde van het vastgoed onderuitging. De kwaliteit van de vraag naar krediet schiet bij veel bedrijven tekort omdat de basis eenvoudig te smal is. Maar het kansrijke, gezonde mkb moet wel ruimte krijgen om te ondernemen. Het kabinet heeft daarom maatregelen genomen om de kredietverlening aan zulke bedrijven te stimuleren.»

Aan deze antwoorden uit het interview heb ik niets toe te voegen of af te doen.

Voor een nadere analyse van de financieringsproblematiek in het MKB en een overzicht van de kabinetsmaatregelen verwijs ik naar de Kabinetsbrief «Aanvullend actieplan mkb-financiering» van 8 juli 2014 (Kamerstuk 32 637, nr. 147).1

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem

Naar boven