32 623 Actuele situatie in Noord-Afrika en het Midden-Oosten

Nr. 176 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 6 juli 2017

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 15 april 2017 inzake reactie op het verzoek van het lid Voordewind, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 11 april 2017, over de ingezette lijn van de Verenigde Staten in Syrië (Kamerstuk 32 623, nr. 170).

De Minister van Buitenlandse Zaken heeft deze vragen beantwoord bij brief van 1 juni 2017. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De fungerend voorzitter van de commissie, Omtzigt

De griffier van de commissie, Van Toor

Vraag 1

Klopt het dat sarin reuk-, kleur- en smaakloos is? Zo ja, hoe verhoudt zich dat tot diverse getuigenverklaringen in Khan Sheikhoun die spraken van stank en gekleurde wolken?

Vraag 20

Hoe beoordeelt u de berichtgeving over een ooggetuige die sprak van een luchtaanval op een gebouw in Khan Sheikhoun, gevolgd door een paddenstoel-achtige wolk (http://www.truth-out.org/news/item/40222-new-revelations-belie-trump-claims-on-syria-chemical-attack), alsmede paddenstoel-achtige wolken die zichtbaar zijn op een video die na de explosie genomen is (https://twitter.com/Agencynewshaq/status/849129791294930944)? Kunt u hierbij ingaan op het feit dat sarin kleurloos is, alsmede de mogelijkheid dat de Syrische luchtmacht inderdaad een niet-chemische aanval heeft uitgevoerd op een munitiedepot van de rebellen?

Vraag 21

Hoe beoordeelt u de stank waarvan ooggetuigen gewag maakten (http://www.smh.com.au/world/father-buries-his-twin-baby-sons-killed-in-syria-gas-attack-20170405-gveot2.html) in relatie tot sarin, dat reukloos is? Is het denkbaar dat er sprake was van andere giftige stoffen?

Antwoord op vraag 1, 20 en 21

Sarin is geur- en kleurloos wanneer het zeer zuiver is. Zodra er onzuiverheden zijn of andere bestanddelen zijn toegevoegd, kunnen verschillende geuren geïdentificeerd worden. Er zijn geen concrete aanwijzingen dat andere chemische strijdmiddelen of giftige stoffen zijn aangetroffen in Khan Sheikhoun dan sarin.

Vraag 2

Hoe beoordeelt u de besluitvorming van president Trump, die binnen 24 uur na het zien van televisiebeelden over de chemische aanval besloot tot bombardementen op het Syrische regeringsleger (https://www.theguardian.com/world/2017/apr/07/how-pictures-of-syrias-dead-babies-made-trump-do-unthinkable)? Hoe waarschijnlijk acht u het dat de Amerikaanse inlichtingendiensten in zo'n kort tijdsbestek voldoende zorgvuldig met een hoge mate van zekerheid konden beoordelen of het Syrische regeringsleger voor de chemische aanval verantwoordelijk was?

Vraag 23

Heeft u kennis genomen van informatie van een Westerse inlichtingendienst (waarover de BBC heeft bericht), waaruit zou blijken dat Syrië nog altijd chemische wapens produceert met medeweten van Rusland en Iran?

Vraag 31

Zijn de Nederlandse inlichtingendiensten net als de Franse zelf in staat tot een beoordeling van het daderschap te komen?

Vraag 32

Beschikken onze diensten over voldoende informatie over deze aanval om tot zo'n oordeel te komen? Is dat in dit geval ook gebeurd?

Vraag 33

Hoe beoordeelt het kabinet het door de Fransen aangeleverde bewijsmateriaal inzake de schuldvraag?

Vraag 34

Volgens de Franse Minister van Buitenlandse Zaken heeft een onderzoek van de Franse geheime dienst uitgewezen dat het gebruikte gifgas in Syrië is gemaakt. Geeft het onderzoek ook de mogelijkheid aan dat dit gifgas in Syrië in handen van rebellen kan zijn gevallen?

Vraag 35

Onderschrijven de Nederlandse inlichtingendiensten het oordeel van de Franse namelijk dat de gifgasaanval is uitgevoerd door troepen die loyaal zijn aan Assad en dat de aanval ook is uitgevoerd in opdracht van Assad of leden uit de kring om hem heen?

Vraag 39

Heeft u Amerikaanse of Franse inlichtingen gezien die onomstotelijk bewijzen dat het Assad regime verantwoordelijk is voor de aanval met gifgas op 4 april?

Vraag 40

Hoe beoordeelt u de onafhankelijkheid en kwaliteit van de Amerikaanse inlichtingendiensten aangezien zij er in 2002 / 2003 gigantisch naast zaten wat betreft massavernietigingswapens en banden met Al Qaida die het regime van Saddam Hoessein zou hebben?

Vraag 41

Kunt u aangeven welke inlichtingen de Nederlandse diensten hebben (gezien) die bewijzen of het aannemelijk maken dat het Assad regime verantwoordelijk is voor de aanval?

Vraag 43

Hebben de Nederlandse inlichtingendiensten ook bewijzen of aanwijzingen (gezien) die kanttekeningen plaatsen bij de aanname dat het Assad regime verantwoordelijk is voor de inzet van gifgas? Zo ja, kunt u aangeven welke?

Vraag 55

In hoeverre is sprake van een risico op tunnelvisie bij het achterhalen van de toedracht en daders van de chemische aanval, als de VS binnen 24 uur na de aanval reeds de Syrische regering verantwoordelijk houden, daarin gesteund door belangrijke bondgenoten?

Antwoord op vraag 2, 23, 31, 32, 33, 34, 35, 39, 40, 41, 43 en 55

Volgens het Franse rapport was in de monsters uit Khan Sheikhoun hexamine aanwezig, een stof die Syrië van oudsher gebruikte voor het stabiliseren van sarin. Deze bevinding is in lijn met de veronderstelling dat het gebruikte sarin is gemaakt volgens een methode die ook Syrië toepaste. Het Franse onderzoek sluit niet uit dat het sarin door rebellen zou kunnen zijn ingezet. Over informatie-uitwisseling met buitenlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten en het actuele kennisniveau van de Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten worden in het openbaar geen uitspraken gedaan.

Vraag 3

Bent u bereid te erkennen dat de jihadisten, waaronder Al Nusra en ISIS, in Syrië belang hadden bij het Amerikaanse bombardement op de Syrische luchtmacht? Waarom wel/niet?

Antwoord op vraag 3

Het kabinet kan niet uitsluiten dat bepaalde groeperingen voordeel hebben gehad bij het Amerikaanse bombardement op de Syrische luchtmacht.

Vraag 10

Klopt het dat de dokter (Shajul Islam) die als eerste de zaak van de gifgasaanval in Khan Sheikhoun openbaar maakte, een Britse Syrië-strijder is, die in oktober 2013 gearresteerd is wegens betrokkenheid bij de ontvoering van de persfotografen John Cantile en Jeroen Oerlemans en deze betrokkenheid zelf in een interview heeft toegegeven? (http://www.ibtimes.co.uk/british-doctor-who-documented-chemical-attack-previously-held-terror-offences-1615849) Hoe geloofwaardig en betrouwbaar is deze dokter, wiens broers vechten in Irak en Syrië, waarvan een voor ISIS?

Vraag 11

Hoe beoordeelt u de tweet van Feras Karam, een reporter van Orient News, een jihadistische propagandazender die werkt vanuit de Verenigde Arabische Emeritaten, die op 3 april om 17 uur wist te melden dat men de volgende dag in de provincie Hama, vlakbij Khan Sheikhoun, een reportage ging maken over het gebruik van chemische wapens daar (https://twitter.com/WithinSyriaBlog/status/849240804556242944?ref_src=twsrc%5Etfw&ref_url=https%3A%2F%2Fpauwnieuws.nl%2Fnews%2F518%2Fpage_author.html)? Hoe verklaart u deze helderziendheid? Is dit een aanwijzing voor een «valse vlag» operatie door jihadisten?

Vraag 15

Hoe beoordeelt u de berichtgeving (http://tass.com/politics/941476) dat de OPCW niet geïnteresseerd zou zijn om een bezoek te brengen aan de luchtmachtbasis Shayrat, die door de VS aangewezen is als de locatie waarvandaan de vliegtuigen met gifgas opgestegen zouden zijn? Is het waar dat de Syrische regering bereid is zo'n bezoek toe te staan?

Vraag 16

Hoe beoordeelt u het onderzoek door de Amerikaanse neurofarmacoloog Dennis O’Brien, die stelt dat er in Khan Sheikhoun geen sprake was van een aanval met sarin (http://logophere.com/Topics2017/17–04/17_017-BLA-Sarin.htm)? Bent u bereid in te gaan op in elk geval de volgende bevindingen:

  • Uit de klinische studie van de beelden van de slachtoffers blijkt dat sommige van de op de video’s te zien patiënten wel ziek zijn maar zeker niet van een aanval met sarin;

  • Degenen die men op die video’s de vermeende slachtoffers ziet behandelden hadden normaal allen zelfs dood moeten zijn;

  • De klassieke symptomen zoals een onmiddellijke spontane grootschalige stoelgang, overvloedig tranende ogen en uitgebreid urineren zijn nergens op de beelden merkbaar; men ziet integendeel bijvoorbeeld mensen met propere onderbroeken en nergens sporen van ontlasting;

  • Andere op die beelden getoonde merkbare symptomen, zoals schuimen of spasmen duiden in de richting van een ander gif; spasmen of met de mond schuim maken toont aan dat de spieren nog werken, wat bij een aanval met sarin na een paar seconden al onmogelijk is;

  • Een aantal getuigen maakte gewag van een grote stank terwijl sarin juist geurloos is.

Vraag 17

Hoe beoordeelt u de snoeiharde kritiek op het intelligencerapport van de regering Trump over de aanval op Khan Sheikoun, door Theodore A. Postol, een emeritus professor in de wetenschap, technologie en nationale veiligheidspolitiek aan het Massachusetts Institute for Technology (MIT) in Boston, die jarenlang werkte als specialist en topadviseur voor zowel het Pentagon als het Amerikaans parlement? (https://www.scribd.com/document/344995943/Report-by-White-House-Alleging-Proof-of-Syria-as-the-Perpetrator-of-the-Nerve-Agent-Attack-in-Khan-Shaykhun-on-April-4–2017#download) Hoe beoordeelt u de analyse dat op basis van het door het Witte Huis gebruikte document niet het regime Assad, maar juist de jihadisten verantwoordelijk zijn voor de chemische aanval? (http://www.washingtonsblog.com/2017/04/addendum-dr-theodore-postols-assessment-white-house-report-syria-chemical-attack.html) Wat is uw reactie en die van de Nederlandse inlichtingendiensten op de bevindingen van Theodore A. Postol van de Amerikaanse universiteit MIT, die kritisch is op de Amerikaanse argumentatie dat het Assad regime verantwoordelijk is voor een aanval met gifgas op 4 april jl.?

Vraag 18

Hoe beoordeelt u de analyse van raketwetenschapper en voormalig adviseur van het Pentagon, Theodore Postel, dat de claims van het Witte Huis over toedracht van de chemische aanval niet waar kunnen zijn en dat het aangeleverde bewijs de eigen conclusies tegenspreekt? (http://www.washingtonsblog.com/2017/04/66712.html) Bent u bereid in te gaan op tenminste de volgende aspecten:

  • Het enige bewijs in de vier pagina's van het Witte Huis betreft een krater met munitie daarin;

  • Er is absoluut geen bewijs dat deze krater veroorzaakt is door munitie die ontworpen is om sarin te verspreiden nadat het vanuit een vliegtuig afgeworpen is;

  • Op basis van de gegevens van het Witte Huis is het veel waarschijnlijker dat deze munitie op de grond geplaatst was, dan vanuit een vliegtuig afgeworpen;

  • Het projectiel in de krater lijkt op een geïmproviseerd «device», samengesteld uit een onderdeel van een 122 mm artillerie raket, slaghoedjes aan beide zijden, gevuld met sarin, voorzien van een explosief bovenop;

  • De amateuristische, foutieve en misleidende bewijsvoering is vergelijkbaar met de politisering van inlichtingendiensten onder de regering Bush bij de inval in Irak.

Vraag 30

Is uit andere bronnen inmiddels meer duidelijk geworden over de achtergronden van de gifgasaanval?

Antwoord op vraag 10, 11, 15, 16, 17, 18 en 30:

Het kabinet baseert zich op eigen informatie en die van zijn bondgenoten, en houdt hier aan vast. Er is een afgewogen oordeel geveld op basis van de beschikbare inlichtingen. De Nederlandse diensten achten het zeer waarschijnlijk dat het Assad-regime een luchtaanval op de betreffende plek heeft uitgevoerd. Daarnaast achten zij het zeer waarschijnlijk dat de slachtoffers zijn blootgesteld aan het zenuwgas sarin.

Vraag 4

Welke oppositiegroepen controleerden het dorp Khan Sheikhoun op 4 april jl.? Klopt het dat Khan Sheikhoun in handen is van het aan Al Qaeda gelieerde Al Nusra? Zo nee, welke rebellengroeperingen zijn hier dan actief?

Antwoord op vraag 4

Na gevechten tussen verschillende strijdgroepen in en rond de stad begin dit jaar, wordt Khan Sheikhun goeddeels gedomineerd door Tahrir al-Sham, een aan al-Qaida gelieerde strijdgroep. In de omgeving bevinden zich ook andere, niet-jihadistische, strijdgroepen.

Vraag 5

Kunt u uw uitspraak tijdens het plenaire debat op 19 april nader toelichten: «Ik wil hier vanmiddag zeggen dat ook onze eigen diensten het zeer waarschijnlijk achten dat de Syrische luchtmacht op 4 april rond half zeven een luchtaanval heeft uitgevoerd op Khan Sheikhoun en dat de slachtoffers zijn blootgesteld aan het zenuwgas. Indachtig het recidivistische karakter van Assad inzake het gebruik van chemische wapens is dat aannemelijk, maar onze inlichtingendiensten achten dit dus nu ook zelf zeer waarschijnlijk.»

Kunt u hierbij uitgebreid ingaan op de volgende aspecten:

  • U leek een scheiding aan te brengen tussen het plaatsvinden van een luchtaanval op 4 april rond half zeven door de Syrische luchtmacht en het feit dat slachtoffers zijn blootgesteld aan zenuwgas. Achten de regering en de inlichtingendiensten het zeer waarschijnlijk dat dat de bewuste luchtaanval met chemische wapens door de Syrische luchtmacht is uitgevoerd?

  • U leek vooral het recidivistische karakter van het regime Assad inzake het gebruik van chemische wapens aan te voeren als reden waarom u het zeer waarschijnlijk acht dat het verantwoordelijk is voor de chemische aanval. Zijn er nog meer redenen waarom het zeer waarschijnlijk wordt geacht?

Vraag 42

Achten de Nederlandse inlichtingendiensten het zeer waarschijnlijk dat de Syrische luchtmacht een luchtaanval met chemische wapens heeft uitgevoerd op Khan Sheikhoun?

Vraag 49

Kunt u uw uitspraak tijdens het plenaire debat op 19 april nader toelichten: «Ik wees al op de historie van Assad inzake het gebruik van chemische wapens en op de informatie van onze eigen inlichtingendiensten». Beschikken onze inlichtingendiensten over eigenstandige informatie inzake de chemische aanval, op basis waarvan het «zeer waarschijnlijk» geacht wordt dat het Assad-regime verantwoordelijk is voor de chemische aanval?

Antwoord op vraag 5, 42 en 49

Zoals op 19 april in uw Kamer gezegd, achten de Nederlandse diensten het zeer waarschijnlijk dat het Assad-regime een luchtaanval op de betreffende plek heeft uitgevoerd Daarnaast achten zij het zeer waarschijnlijk dat de slachtoffers zijn blootgesteld aan het zenuwgas sarin.

Vraag 6

Waarom heeft u op 7 april jl. begrip uitgesproken voor het Amerikaanse bombardement toen voor u op dat moment slechts «aannemelijk» was dat het Syrische regime verantwoordelijk was voor de chemische aanval, terwijl pas later de Nederlandse inlichtingendiensten dit «zeer waarschijnlijk» achtten. Welk precedent schept u hiermee? Gaat u in de toekomst vaker begrip uitspreken voor unilaterale militaire interventies, in strijd met het internationaal recht – terwijl niet eens duidelijk is of er sprake is van hoge mate van waarschijnlijkheid?

Antwoord op vraag 6

De VS heeft daadkrachtig gereageerd op de herhaalde inzet van chemische wapens in Syrië om het gebruik van chemische wapens in Syrië een halt toe te roepen. Deze (herhaalde) inzet van chemische wapens vormt een ernstige schending van een dwingende norm van internationaal recht. Onder de omstandigheden van dit geval heeft het kabinet begrip geuit voor deze proportionele actie. Het kabinet zal ook in de toekomst van geval tot geval beoordelen hoe te reageren op het gebruik van geweld door een andere staat naar aanleiding van de inzet van chemische wapens.

Vraag 7

Hoe beoordeelt u de berichtgeving dat Iran (materialen voor) chlorine bommen zou leveren aan Syrië (http://www.telegraph.co.uk/news/worldnews/middleeast/iran/10809186/West-fears-Iran-is-supplying-chlorine-bombs-to-Syria.html)? Bent u bereid internationaal onderzoek te bepleiten naar leverantie van (materialen voor) chemische wapens door Iran aan Syrië? Zo nee, waarom niet?

Antwoord op vraag 7

Iran is een verdragspartij bij de Chemical Weapons Convention (CWC). Volgens de CWC is de levering van (materialen voor) chlorine bommen niet toegestaan.

De Organisation for the Prohibition of Chemical Weapons (OPCW) draagt bij aan het onderzoek van het Joint Investigate Mechanism (JIM) om de mogelijke herkomst van de chlorine bommen te achterhalen.

Vraag 8

Kunt u uw uitspraak tijdens het plenaire debat op 19 april jl. nader toelichten: «Er is geen enkele aanwijzing dat de oppositie het technisch gezien moeilijk te produceren sarin in haar bezit heeft, laat staan in deze hoeveelheden.» Beschikken onze inlichtingendiensten en hun partners daadwerkelijk over geen enkele aanwijzing, terwijl die aanwijzingen er wel via openbare bronnen zijn? (bijvoorbeeld: http://www.novini.nl/gifgasaanvallen-westerse-media-doorgeefluik-al-qaida/).

Antwoord op vraag 8

Het is niet uitgesloten dat een non-statelijke actor sarin kan produceren, maar dit is niet waarschijnlijk. Er zijn geen concrete aanwijzingen dat de Syrische oppositie ter plaatse het technisch gezien moeilijk te produceren sarin in haar bezit heeft gehad of thans heeft.

Vraag 9

Heeft u kennis genomen van de brief van de Secretaris-Generaal van de VN aan de voorzitter van de VN-Veiligheidsraad, d.d. 16 maart 2016 (http://www.un.org/ga/search/view_doc.asp?symbol=S/2016/285), waarin de SG het volgende stelt: «« The OPCW Technical Secretariat also remains unable to confirm the condition of two other stationary above-ground facilities owing to the security situation.»? Klopt het dat deze faciliteiten voor chemische wapens zich bevinden in rebellengebied? Zo ja, hoe verhoudt zich dit tot uw uitspraak tijdens het plenaire debat op 19 april: ««Er is geen enkele aanwijzing dat de oppositie het technisch gezien moeilijk te produceren sarin in haar bezit heeft, laat staan in deze hoeveelheden.»?

Antwoord op vraag 9

De twee faciliteiten waarnaar verwezen wordt, zijn vliegtuighangars die deel uitmaakten van de Syrische declaratie aan de OPCW en die daarom conform het Verdrag Chemische Wapens vernietigd dienen te worden. Voor zover bekend werd op deze locaties geen sarin geproduceerd, evenmin als voorlopers voor het maken van het gas.

Vraag 12

Klopt het dat de toenmalige SGVN Ban Ki-Moon in 2014 in een officiële brief stelde dat de Joint Mission van de OPCW bevestigde dat er obussen gevonden waren met sarin, in op rebellen veroverd gebied (http://archive.is/XuTec)? Is dit een aanwijzing dat rebellen wel degelijk over sarin en andere chemische wapens beschikken?

Antwoord op vraag 12

In zijn Initial Declaration aan de OPCW stelde Syrië dat twee projectielen waren aangetroffen in een op rebellen veroverde opslagruimte. De herkomst van de projectielen is echter niet onafhankelijk vastgesteld.

Vraag 13

In hoeverre werken de Syrische rebellen mee aan het onderzoek door de OPCW ter plekke, in Khan Sheikoun? Als ze niet of onvoldoende meewerken, wat zijn hiervan de redenen? Bent u in dat geval bereid druk uit te oefenen om deze medewerking wel te verlenen?

Vraag 46

Is onderzoek ter plaatse inmiddels mogelijk? Zo nee, waarom niet? Geeft het Assad regime hiervoor toestemming? Geven oppositiegroepen hiervoor toestemming? Kan de FFM zijn werk doen bij Khan Sheikoun? Indien er sprake is van belemmeringen, welke partijen zijn daarvoor verantwoordelijk?

Antwoord op vraag 13 en 46

Onderzoek ter plaatse kan alleen plaatsvinden als de veiligheid van het onderzoeksteam gegarandeerd is. OPCW is hierover in contact met de Verenigde Naties (VN), de Syrische regime en met oppositiegroeperingen. Tot nu toe werd de situatie ter plekke door het United Nations Department of Safety and Security als te onveilig voor een veldbezoek aangemerkt.

Vraag 14

Klopt het dat geheim blijft hoe, wanneer en waar de stalen voor het onderzoek naar de chemische aanval op Khan Sheikoun genomen zijn? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

Vraag 48

Klopt het dat de monsters die door de FFM genomen zijn, niet ter plekke in Syrië genomen zijn, maar in Turkije en/of aangeleverd door inlichtingendiensten? Hoe betrouwbaar acht u deze wijze van bewijsvergaring?

Antwoord op vraag 14 en 48

De OPCW Fact Finding Mission (FFM) maakt bij zijn onderzoeken gebruik van alle beschikbare informatie en legt in zijn rapporten verantwoording af over de toegepaste methodologie. Ik heb alle vertrouwen in de onafhankelijkheid, onpartijdigheid en deskundigheid van de FFM.

Vraag 19

Klopt het dat de media-beelden na de aanval op Khan Sheikhoun vanuit het getroffen gebied afkomstig waren van aan Al Qaeda gelieerde rebellen? Wat zegt dit volgens u over de betrouwbaarheid?

Antwoord op vraag 19

De vele videobeelden en foto’s van direct na de aanval laten een consistent beeld zien. Over de betrouwbaarheid hiervan kunnen echter geen uitspraken worden gedaan. Zoals in antwoord op vraag 4 is gesteld wordt Khan Sheikhoun thans gedomineerd door Tahrir al-Sham, een aan al-Qaida gelieerde strijdgroep.

Vraag 22

Klopt het dat fosfine gas, dat vrij komt bij de explosie van rookmunitie, giftig kan zijn en tot vergelijkbare neurologische symptomen kan leiden als sarin, en bovendien stank veroorzaakt die lijkt op knoflook en rottend voedsel – precies de stank waarvan ooggetuigen gewag hebben gemaakt (http://www.smh.com.au/world/father-buries-his-twin-baby-sons-killed-in-syria-gas-attack-20170405-gveot2.html)? Is het denkbaar dat er slachtoffers gevallen zijn als gevolg van fosfine gas?

Antwoord op vraag 22

Ooggetuigenverklaringen over geur en kleur lopen uiteen. Fosfine is een relatief toxisch industrieel gas dat ook wel gebruikt wordt als rodenticide (ratten- en muizengif). Door de onzuiverheden kan fosfine inderdaad ruiken naar bedorven vis of knoflook. Het gas is echter vele malen minder toxisch dan sarin. Het is derhalve onwaarschijnlijk dat dit gas op grote schaal dodelijke slachtoffers kan veroorzaken.

Vraag 24

Welke consequenties zou de voortgaande productie en inzet van Sarin en andere chemische wapens volgens de Chemische Wapens Conventie moeten hebben?

Vraag 25

Welke internationaalrechtelijke mogelijkheden zijn er op te treden tegen landen die chemische wapens gebruiken, als een VN Veiligheidsraadresolutie geblokkeerd wordt?

Antwoord op vraag 24 en 25

In geval van blokkade in de VN Veiligheidsraad (VNVR) zijn de mogelijkheden om op te treden beperkt en ligt collectieve actie binnen OPCW of andere VN instanties, zoals de Algemene Vergadering van de VN (AVVN), meer voor de hand. Mogelijkheden die het Chemische Wapensverdrag biedt zijn: het beperken of opschorten van de rechten en privileges van partijen bij het Verdrag; het nemen van collectieve maatregelen in overeenstemming met het internationaal recht; en het onder de aandacht brengen van de Algemene Vergadering of de Veiligheidsraad van de VN van een schending van het verdrag. Ook binnen de OPCW is actie tegen Syrië reeds meermaals geblokkeerd door bondgenoten van Syrië.

Vraag 26

Wordt in internationaal verband overwogen in Syrië een breder onderzoek in te stellen naar de aanwezigheid van chemische wapens?

Antwoord op vraag 26

De OPCW, het Declaration Assessment Team (DAT), dient vast te stellen of de Syrische opgave van zijn CW-programma, de Initial Declaration, volledig en accuraat is. Medio 2016 rapporteerde het DAT dat het niet kan vaststellen dat dit het geval is. De vele onduidelijkheden en ongerijmdheden in de declaratie doen vermoeden dat Syrië geen volledige openheid van zaken heeft gegeven en wellicht chemische wapens heeft achtergehouden. De Directeur Generaal van de OPCW, Ahmet Üzümcü heeft gezegd dat het weinig zinvol is om het onderzoek voort te zetten zolang de Syrische autoriteiten hun medewerking niet verbeteren.

Vraag 27

Hoe ver is het OPCW-onderzoek naar de gifgas-aanval in Syrië gevorderd? Is al bekend wanneer de bevindingen worden gepubliceerd van de Fact Finding Mission van de OPCW?

Vraag 28

Zal het OPCW-onderzoek ook uitsluitsel kunnen geven over de daders van de aanval? Doet het Joint Investigative Mechanism inmiddels onderzoek naar de daders? Zo nee, waarom niet?

Vraag 44

Wat is de laatste stand van zaken van het onderzoek van de OPCW naar het gifgas incident? Wordt ook de door de Amerikanen gebombardeerde Syrische luchtmachtbasis onderzocht? Zo nee, waarom niet?

Antwoord op vraag 27, 28 en 44

De FFM van de OPCW heeft op 12 mei jl. een voortgangsrapport gepubliceerd. In dit rapport bevestigt de OPCW dat in meerdere monsters die op de plaats van het gifgasincident in Khan Sheikhoun zijn genomen sporen van sarin zijn aangetroffen. De FFM van de OPCW spitst zich toe op de vaststelling van de mogelijke inzet van sarin ter plaatse en niet op de vraag hoe de sarin daar terecht is gekomen. Het is nog onduidelijk wanneer het eindrapport zal verschijnen. De Syrische luchtmachtbasis Sharyat wordt niet onderzocht, omdat onderzoek naar mogelijk daderschap buiten het mandaat van de OPCW valt.

Vraag 36

Klopt het dat hulpverleners en artsen slachtoffers in Khan Sheikhoun zonder beschermende kleding behandelden, en dus geen effectieve bescherming hadden die nodig is om niet zelf ook aangetast te worden door sarin, dat bijvoorbeeld via huid op huid contact verspreid kan worden? Zijn deze hulpverleners zelf ook aangetast, of was er geen sprake van sarin?

Antwoord op vraag 36

Verschillende partijen hebben vastgesteld dat er in Khan Sheikhoun sarin is aangetroffen. Het voorkomen van vergiftigingssymptomen bij hulpverleners is afhankelijk van de tijd na de blootstelling van de slachtoffers aan sarin en de mate waarin men is blootgesteld. Sarin verdampt snel. Als slachtoffers alleen door inademing zijn blootgesteld aan sarin, is de secundaire bloostelling aan hulpverleners via de slachtoffers zeer beperkt.

Vraag 37

Klopt het dat de OPCW / VN nooit heeft vastgesteld wie verantwoordelijk is voor de aanval met sarin in Ghouta (Damascus) op 21 augustus 2013? Waarom is dat het geval?

Antwoord op vraag 37

Het onderzoek naar de aanval in Ghouta op 21 augustus 2013 werd in opdracht van de toenmalige Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties Ban Ki Moon uitgevoerd door een daarvoor ingestelde onderzoeksmissie onder leiding van professor Ake Sellstöm. Het mandaat van het onderzoek beperkte zich tot de vraag of chemische wapens waren gebruikt en het onderzoek ging niet in op de vraag wie hiervoor verantwoordelijk was.

Vraag 38

Zijn er aanwijzingen dat naast IS ook andere oppositiegroepen in Syrië (mogelijk) over chemische wapens beschikken? Zo ja, welke?

Antwoord op vraag 38

Er zijn geen aanwijzingen dat andere oppositiegroepen chemische strijdmiddelen hebben ingezet in Syrië of daarover beschikken.

Vraag 45

Kunt u bevestigen dat een voorstel van Rusland en Iran, namelijk dat de OPCW verdergaand onderzoek zou verrichten naar het gifgas incident op 4 april jl., is weggestemd? Wat behelsde het voorstel precies en waarom was er geen steun voor? (http://www.jordantimes.com/news/region/watchdog-rejects-russian-bid-new-syria-attack-probe)

Antwoord op vraag 45

Het Iraans-Russische voorstel behelsde een nieuw «internationaal onafhankelijk en onpartijdig onderzoek» in zowel Khan Sheikhoun als Shayrat, waarbij landen ook invloed zouden moeten hebben op de samenstelling van het onderzoeksteam. Hiermee werd impliciet de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de OPCW FFM en het op dat moment reeds lopende onderzoek ter discussie gesteld. Dit was voor de overgrote meerderheid van landen in de Uitvoerende Raad onaanvaardbaar. Secundair speelde mee dat onderzoek op de luchtmachtbasis Shayrat niet onder het mandaat van de OPCW FFM (ref antwoord op vraag 27, 28 en 44), maar onder het mandaat van de door de VN Veiligheidsraad ingestelde JIM valt. Een dergelijk politieke discussie zoals voorgesteld in het Iraans-Russische voorstel dient in de VNVR gevoerd te worden en niet in de OPCW.

Vraag 47

Is u bekend waarom de alternatieve resolutie van Rusland niet in stemming is gebracht? Welke inhoudelijke bezwaren zijn geuit tegen de Russische resolutie?

Antwoord op vraag 47

Het voornaamste bezwaar dat is geuit tegen de Russische concept-resolutie in de VNVR was dat deze opriep tot oprichting van een nieuw internationaal onderzoeksteam; dit werd gezien als een serieuze ondermijning van het OPCW-mandaat om als onafhankelijke instantie bewijzen te vergaren van het incident in Syrië.

Vraag 50

Hoe beoordeelt u de uitspraak van de Amerikaanse oud-president Obama dat zijn toenmalige Nationale Veiligheidsadviseur James Clapper een briefing onderbrak met de mededeling dat de intelligence over de chemische aanval op Ghouta geen «slam dunk» case was, dus verre van een uitgemaakte zaak? (https://www.theatlantic.com/magazine/archive/2016/04/the-obama-doctrine/471525/) ijft het kabinet het regime Assad verantwoordelijk houden voor de chemische aanval op Ghouta, ondanks de gerezen twijfels die zelfs zo groot waren dat Obama destijds heeft afgezien van het bombarderen van het Syrische leger?

Vraag 51

Hoe beoordeelt u de uitspraak van VN-onderzoeker Sellström dat de raketten die bij de aanval op Ghouta gebruikt zijn slechts een reikwijdte hadden van 1 kilometer? (http://www.cbrneworld.com/_uploads/download_magazines/Sellstrom_Feb_2014_v2.pdf) Deelt u de opvatting dat het Syrische leger deze aanval dus vrijwel onmogelijk uitgevoerd kan hebben, aangezien de rebellen het gebied op 1 tot 2 kilometer afstand van Ghouta controleerden?

Antwoord op vraag 50 en 51

Zoals gemeld aan uw Kamer in de «Kamerbrief stand van zaken Syrië» (Kamerstuk 32 623 nr. 112) op 18 september 2013 is van groot belang dat de VN destijds een onafhankelijk en objectief onderzoek heeft kunnen uitvoeren. Het VN-rapport bevestigde onomstotelijk het gebruik van sarin en bevat, hoewel het geen uitspraak doet over welke partij sarin heeft ingezet, wel aanwijzingen over de toedracht van de gebeurtenissen, die wijzen in de richting van het regime van Assad als verantwoordelijke partij voor de aanval van 21 augustus 2013. Deze aanwijzingen zijn te destilleren uit de gedetailleerde technische informatie over de chemische samenstelling van het aangetroffen sarin, de hoeveelheid en specificatie van aangetroffen munitie en de gevolgde richting van enkele artillerieraketten. Het VN-rapport bevestigt dat op 21 augustus gifgas is ingezet tegen de burgerbevolking en sterkt het kabinet in het oordeel dat het Syrische regime hiervoor met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid verantwoordelijk is.

Vraag 52

Waarom heeft u geen volledige steun voor het Amerikaanse optreden uitgesproken?

Vraag 53

Klopt het dat u de Amerikaanse militaire actie niet politiek steunt? Waarom is dat? Hoe wijkt politieke steun af van begrip?

Antwoord op vraag 52 en 53

In het geval van de Amerikaanse raketaanslag is geen sprake van een volkenrechtelijk mandaat. De drie volkenrechtelijke grondslagen, te weten zelfverdediging, een VN-veiligheidsraadresolutie die geweld legitimeert of toestemming van de desbetreffende staat om geweld te gebruiken, zijn immers niet van toepassing. Mede in het licht van de conclusies van de commissie Davids heeft het Nederlandse kabinet dan ook geen politieke steun, maar wel begrip, uitgesproken voor de Amerikaanse raketaanval.

Vraag 54

Klopt het dat de «scherp veroordelende» resolutie die op 12 april jl. ingebracht werd door de VS, Frankrijk en het VK, het Syrische regime als verantwoordelijke aanwees voor de chemische aanval op Khan Sheikoun, terwijl het onafhankelijke onderzoek naar de toedracht nog amper begonnen was? Zo ja, hoe beoordeelt u deze inzet, in het licht ook om tot consensus te komen binnen de Veiligheidsraad?

Antwoord op vraag 54

De resolutie die op 12 april jl. door de VS, het VK en Frankrijk werd ingebracht bestempelde het Syrische regime niet als dader van de chemische aanval in Khan Sheikoun. De resolutie wees wel op de verantwoordelijkheid van het Syrische regime om de productie en opslag van chemische wapens te ontmantelen, zoals vastgelegd in VNVR-resolutie 2218 (2013).

Vraag 56

Ziet u mogelijkheden om het Syrische regime, Iran, Rusland en Hezbollah verder onder druk te zetten?

Antwoord op vraag 56

Een gezamenlijk internationaal antwoord is het beste antwoord op de wetteloosheid, het geweld en de oorlogsmisdrijven in Syrië. Wat het kabinet betreft moeten de bondgenoten van Assad zoals Iran, Rusland en Hezbollah hierin dan ook hun verantwoordelijkheid nemen. Ook moeten zij beseffen hoe ernstig het gebruik van chemische wapens is, en behoren zij zich in te zetten om het gebruik van chemische wapens in Syrië te voorkomen. Nederland zal de bondgenoten van Assad, ook in internationaal verband, hiertoe blijven oproepen.

Vraag 57

Heeft Turkije overleg gevoerd met de bondgenoten binnen de anti-IS-coalitie alvorens afspraken te maken over «veilige zones»?

Vraag 58

Zal de anti-IS-coalitie de zogenaamde «veilige zones» die in Astana zijn overeengekomen accepteren?

Antwoord op vraag 57 en 58

Rusland, Turkije en Iran zijn in Astana een plan overeengekomen dat moet leiden tot het instellen van de-escalatiezones. Dit plan kent echter nog veel onzekerheden waar de anti-ISIS coalitie vragen bij heeft, zoals de afbakening, monitoring en handhaving. Zodra hier meer duidelijkheid over is zal de anti-ISIS coalitie zich uitspreken over het wel of niet steunen van deze zones. In algemene zin is het zo dat de coalitie voorstellen die mogelijk kunnen leiden tot de-escalatie en bescherming van burgers verwelkomt.

Vraag 59

Wordt de bewijsvoering rond de chemische aanval in Khan Sheikhoun opgenomen in de bewijzenbank?

Antwoord op vraag 59

Bewijsmateriaal van chemische aanval in Khan Sheikoun wordt momenteel verzameld door onder andere de OPCW en NGO’s. De VN-databank is momenteel nog in oprichting, maar moet in de toekomst de spil gaan vormen voor bewijsvergaring van de gruwelijke misdaden die in Syrië zijn gepleegd. Tijdens de internationale bijeenkomst over de oprichting van de VN-databank voor bewijsmateriaal van ernstige misdaden die in Syrië zijn gepleegd op 9 maart jl. riep de Minister van Buitenlandse Zaken meer dan 60 landen op een financiële bijdrage te leveren aan de oprichting databank. Een goed functionerende bewijzenbank is immers cruciaal voor bewijsvergaring en daarmee voor vervolging van oorlogsmisdadigers in Syrië. Zodra de bewijzenbank operationeel is kan het bewijsmateriaal over de gifgasaanval aan de bewijzenbank worden overgedragen.

Vraag 60

Welke schade hebben de White Helmets geleden onder de chemische en daaropvolgende conventionele aanval op Khan Sheikhoun?

Antwoord op vraag 60

De White Helmets waren na de chemische aanval ter plaatse om mensen in veiligheid te brengen. Hierbij zijn dertien White Helmets onwel geworden of gewond geraakt. Inmiddels zijn zij allemaal hersteld. Na de chemische aanval was sprake van een toename in het aantal luchtaanvallen in Kan Sheikoun en omliggend gebied. Hierbij is de uitvalsbasis van de White Helmets in Khan Sheikoun vernietigd en zijn tevens meerdere White Helmets omgekomen.

Vraag 61

Wat kan Nederland doen om de slachtoffers van chemische wapens te steunen?

Antwoord op vraag 61

Nederland steunt meerdere humanitaire organisaties die medische zorg verlenen aan slachtoffers van onder meer gifgasaanvallen in Syrië. In 2017 heeft Nederland het United Nations Humanitarian Pooled Fund in Gaziantep gesteund met vijf miljoen euro. Met dit geld zijn in korte tijd, via de Wereldgezondheidsorganisatie, extra medicijnen beschikbaar gesteld aan slachtoffers van de gifgasaanval. Ook levert Nederland in 2017 een bijdrage aan de Dutch Relief Alliance van achtenhalf miljoen euro, hiermee worden activiteiten van het International Rescue Committee in Syrië gefinancierd, waaronder medische faciliteiten en inzet van artsen in Idlib.

Naar boven