Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 februari 2012
Zoals toegezegd aan uw Kamer in het Wetgevingsoverleg Ontwikkelingssamenwerking op
21 november 2011 (Kamerstukken II 2011/12, 33 000 V, nr. 130) en herhaald tijdens het Algemeen Overleg Uitfasering bilaterale ontwikkelingssamenwerking
op 2 februari, informeer ik u hierbij over de Child Labour Free Zones en de projecten
die vanuit het Mensenrechtenfonds gesteund zullen worden.
Vanuit het Mensenrechtenfonds wordt een 2-jarig project (2011–2012) van de Campagne
Stop Kinderarbeid (SKA) gefinancierd. «Stop Kinderarbeid – School is de beste werkplaats»
is een internationale campagne die wordt gecoördineerd door Hivos. De campagne wordt
in Nederland uitgevoerd met de Algemene Onderwijsbond (AOb), FNV Mondiaal, ICCO &
Kerk in Actie, de Landelijke India Werkgroep (LIW) en Stichting Kinderpostzegels Nederland,
in samenwerking met Alliance 2015 partners in Europa en lokale organisaties in ontwikkelingslanden.
Het project richt zich op het delen van goede ervaringen van de Indiase M.V. Foundation
in het creëren van child labour free zones op lokaal niveau als voorbeeld voor zuidelijke
NGO’s in Oeganda, Ethiopië, Kenia, Zimbabwe, Marokko en Ghana. Een «child labour free
zone» is een (geografisch) gebied waar alle kinderen systematisch uit het werk zijn
gehaald en (terug) naar school zijn gebracht. Er is geen onderscheid gemaakt tussen
verschillende vormen van kinderarbeid in dit proces, want ieder kind heeft recht op
onderwijs. Alle stakeholders worden bij het proces betrokken: leraren, ouders, kinderen,
vakbonden, gemeenschappen, lokale autoriteiten en werkgevers.
Van 24 tot 30 september 2011 vond een succesvolle lobby-workshop plaats in Oeganda
voor de Afrikaanse partners om hun capaciteit op het gebied van lobby en advocacy
te versterken. De workshop werd gefaciliteerd door Bureau Beleidsbeïnvloeding Ontwikkelingssamenwerking
(BBO). Dag 1–2 van de workshop was gericht op het uitwerken van nationale lobby en advocacy plannen. Onder begeleiding van BBO werden de actieplannen met elkaar
besproken en verder aangescherpt. De actieplannen zijn er op gericht om beleid te
beïnvloeden dat de ontwikkeling van de child labour free zones in de weg staat. Dag
3 was gericht op internationale lobby en advocacy plannen, met vooral aandacht voor de internationale conferentie
in Ethiopië dit jaar, waar de zuidelijke ngo’s hun actieplannen zullen presenteren.
Het uiteindelijk doel is dat alle betrokken actoren (overheden, internationale organisaties,
EU, AU, ngo’s, vakbonden) aan het eind van de conferentie de opgestelde resolutie,
met SKA definitie van kinderarbeid, uitgangspunten, uitwerking van het concept van
child labour free zones en concrete aanbevelingen/actiepunten voor de verschillende
actoren, kunnen onderschrijven, of toezeggen in lijn met de resolutie te werken en
hun steun voor child labour free zones verlenen. Dag 4–5 van de workshop werden veldbezoeken
aan child labour free zones georganiseerd voor alle partners, om te leren van de ervaring
in het veld.
De workshop in Oeganda heeft de Afrikaanse organisaties handvatten gegeven voor het
uitbreiden en versterken van child labour free zones in hun eigen omgeving. Partners
zijn met uitgewerkte en concrete plannen naar huis gegaan. Hivos, als coördinator
van Stop Kinderarbeid, zal de plannen voor de komende periode per land met de partners
bekijken om zeker te stellen dat de geleerde lessen en inzichten uit de workshop goed
geïntegreerd zijn en succesvol geïmplementeerd kunnen worden.
Een andere belangrijke uitkomst van de workshop is de overeenstemming wat betreft
de doelstelling en de organisatie van de internationale conferentie in Ethiopië eind
dit jaar. Alle partners in de campagne delen dezelfde uitgangspunten en dragen dezelfde
boodschap uit.
De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
H. P. M. Knapen