32 576 Wijziging van de Advocatenwet, de Wet op de rechterlijke organisatie en enige andere wetten ter versterking van de cassatierechtspraak (versterking cassatierechtspraak)

D NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VEILIGHEID EN JUSTITIE1

Vastgesteld 20 februari 2012

De memorie van antwoord heeft de commissie aanleiding gegeven de volgende vragen en opmerkingen aan de regering voor te leggen.

De leden van de CDA-fractie danken de regering voor haar antwoord op de door hen gestelde vragen. Zij constateren met tevredenheid dat in dit antwoord wordt bevestigd dat er in geval van toepasselijkheid van artikel 80a Wet op de rechterlijke organisatie (nieuw), geen sprake zal zijn van een minder vergaande inhoudelijke toetsing. Bovendien zijn zij erkentelijk voor de nadere toelichting met betrekking tot de criteria die zullen gelden voor de invulling van de begrippen «klaarblijkelijk onvoldoende belang» en «klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden». Deze leden willen evenwel nog een enkele vraag stellen.

Aangezien de Verordening2 van de NOvA inhoudt, dat de wijziging van de Advocatenwet, waarin de kwaliteitseisen voor de (cassatie)advocatuur zijn gesteld, uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van artikel I van dit wetsvoorstel (wijziging van de Advocatenwet) zal worden geëvalueerd3, vragen de leden van de CDA-fractie zich af of deze evaluatietermijn ook kan worden aangehouden met betrekking tot de overige artikelen van het voorliggende wetsvoorstel.

De leden van de vaste commissie voor Veiligheid & Justitie zien de reactie van de regering – bij voorkeur binnen vier weken – met belangstelling tegemoet.

De voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid & Justitie, Broekers-Knol

De griffier van de vaste commissie voor Veiligheid & Justitie, Van Dooren


X Noot
1

Samenstelling:

Holdijk (SGP), Broekers-Knol (VVD) (voorzitter), Kneppers-Heynert (VVD), Kox (SP), Engels (D66), Franken (CDA), Thissen (GL), Nagel (50PLUS), Ruers (SP), Van Bijsterveld (CDA) (vice-voorzitter), Duthler (VVD), Koffeman (PvdD), Quik-Schuijt (SP), Strik (GL), K.G. de Vries (PvdA), Knip (VVD), Hoekstra (CDA), Lokin-Sassen (CDA), Scholten (D66), De Boer (GL), De Lange (OSF), Ter Horst (PvdA), Beuving (PvdA), Koole (PvdA), Schrijver (PvdA), Reynaers (PVV), Popken (PVV), Frijters-Klijnen (PVV), Ester (CU) en Swagerman (VVD).

X Noot
2

Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur, gepubliceerd in Staatscourant 2011, nr. 20846. Zie ook Kamerstukken I 2011/12, 32 576, C, p. 2.

X Noot
3

Artikel 14, derde lid van de Verordening.

Naar boven