32 545 Wet- en regelgeving financiële markten

Nr. 54 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 juni 2016

Hierbij informeer ik uw Kamer over het onder de Wft-diplomaplicht brengen van het adviseren over een algemeen pensioenfonds en het vrijwillig aansluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds, de toekomstgerichte analyse van het vakbekwaamheidsbouwwerk en het besluit om geen volmachtmodule in het vakbekwaamheidsbouwwerk op te nemen.

Diplomaplicht

Tijdens de plenaire behandeling van de wijziging van de Pensioenwet in verband met de invoering van een algemeen pensioenfonds in de Eerste Kamer heeft senator Rinnooy Kan gevraagd waarom de vakbekwaamheidseisen uit de Wft en het BGfo niet van toepassing zijn op advies over een algemeen pensioenfonds en het vrijwillig aansluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds.1 Een algemeen pensioenfonds is een nieuw type pensioenfonds dat meerdere pensioenregelingen naast elkaar kan uitvoeren. De uitvoering van het pensioen kan ondergebracht worden in verschillende «collectiviteitkringen.» Binnen deze kringen zijn deelnemers solidair met elkaar en delen ze financiële risico’s met elkaar. Maar tussen de collectiviteitkringen bestaat er geen solidariteit en zijn de pensioenbeleggingen van elkaar gescheiden. De pensioenbeleggingen worden alleen gebruikt voor de pensioenuitkeringen van de deelnemers aan de betreffende kring. Kleinere fondsen en werkgevers kunnen zo kosten besparen en toch hun eigen regeling behouden.

Uit gesprekken met onder andere het Verbond van Verzekeraars, Adfiz, de Pensioenfederatie, SZW en de AFM is naar voren gekomen dat zij het van belang vinden dat advies over een algemeen pensioenfonds of het vrijwillig aansluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds onder de reikwijdte van de vakbekwaamheidseisen en daarmee onder de diplomaplicht wordt gebracht. Ik deel deze mening. Een adviseur dient op grond van de Wet op het financieel toezicht te beschikken over de benodigde kennis en vaardigheden om alle verschillende pensioenproducten met elkaar te kunnen vergelijken en te komen tot een passend advies. De kennis en vaardigheden dienen daarom niet alleen te zien op advies over een pensioenverzekering of een premiepensioenvordering, die nu al onder de diplomaplicht vallen, maar ook op advies over een algemeen pensioenfonds of het vrijwillig aansluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds. Met deze uitbreiding van de diplomaplicht wordt gewaarborgd dat de werkgever passend advies krijgt en dat de pensioenadviseur vakbekwaam is en de actuele kennis kan toepassen. De diplomaplicht wordt, in lijn met het standpunt van de genoemde stakeholders, niet uitgebreid tot situaties waarin de werkgever verplicht is zich aan te sluiten bij een (bedrijfstak)pensioenfonds. In deze gevallen is er namelijk geen sprake van advisering.

De uitbreiding van de diplomaplicht zal worden meegenomen in het Wijzigingsbesluit financiële markten 2017 dat deze zomer zal worden geconsulteerd. Het voornemen is om de wijziging op 1 juli 2017 in werking te laten treden.

Toekomstgerichte analyse vakbekwaamheidsbouwwerk

De afgelopen maanden hebben mij en het College Deskundigheid Financiële Dienstverlening (CDFD) een aantal verzoeken bereikt om aanpassingen aan het vakbekwaamheidsbouwwerk door te voeren. Deze verzoeken zijn van diverse aard, zoals het introduceren van nieuwe Wft modules, splitsing van bestaande modules, overheveling van onderwerpen (eindtermen) van de ene naar de andere module en voorstellen om advisering over bepaalde producten vrij te stellen.

Het is mijns inziens niet mogelijk en niet wenselijk om mogelijke aanpassingen aan het bouwwerk door te voeren gedurende de overgangsperiode, die loopt tot 1 januari 2017. Daarnaast is het van belang om deze verzoeken in samenhang te beoordelen vanwege de modulaire structuur van het bouwwerk. Wijziging van bepaalde modules kan bijvoorbeeld leiden tot desintegratie van het bouwwerk als geheel.

Ik heb daarom het CDFD gevraagd om na het aflopen van de overgangstermijn te beginnen met een analyse van het vakbekwaamheidsbouwwerk. In deze analyse zal het CDFD de ontwikkelingen op de financiële markten alsmede de (ontvangen) verzoeken van marktpartijen betrekken en voorstellen doen voor aanpassing van het bouwwerk. De analyse zal antwoord geven op de vraag in hoeverre de modulaire opbouw van het bouwwerk en de beroepskwalificaties voldoende aansluiten op de praktijk.2

Eventuele voorstellen met betrekking tot wijziging van het bouwwerk die uit deze analyse volgen, zullen ter consultatie aan de markt worden aangeboden alvorens het CDFD een definitief advies aan mij zal uitbrengen. Mocht uit deze analyse naar voren komen dat veranderingen aan het bouwwerk gewenst zijn dan kunnen deze per 1 april 2019 (na het einde van de eerste reguliere permanente educatie (PE)-cyclus) worden doorgevoerd.

Volmacht

Bij de introductie van het nieuwe vakbekwaamheidsbouwwerk begin 2014 was beoogd om een volmachtmodule aan het bouwwerk toe te voegen. Hier is destijds naar aanleiding van signalen uit de markt en voorschrijdend inzicht vanaf gezien omdat deze module mogelijk niet goed zou aansluiten bij wat nodig was om de consument te beschermen en goed toezicht te houden. Er is toen besloten om de vakbekwaamheidseisen voor gevolmachtigde of ondergevolmachtigde agenten op te schorten.3

Ik heb het CDFD gevraagd om te onderzoeken of een volmachtmodule alsnog moet worden opgenomen in het vakbekwaamheidsbouwwerk. Het CDFD heeft de noodzaak en de wenselijkheid hiervan onderzocht. Daarbij heeft zij meerdere gesprekken gevoerd met o.a. de Nederlandse Vereniging van Gevolmachtigde Assurantiebedrijven (NVGA) en het Verbond van Verzekeraars. Het CDFD heeft mij geadviseerd geen volmachtmodule op te nemen in het vakbekwaamheidsbouwwerk. Het vakbekwaamheidsbouwwerk is bedoeld als bescherming van de consument. Een gevolmachtigd agent adviseert de consument niet en heeft zelf geen klantcontact. Het klantcontact verloopt via het bemiddelingsbedrijf waar de gevolmachtigd agent mee samenwerkt. Als dat bemiddelingsbedrijf wel adviseert, dan gelden de vakbekwaamheidseisen inclusief de diplomaplicht. Een wettelijk Wft-diploma (volmachtmodule) introduceren past daarom niet bij de doelstelling van het vakbekwaamheidsbouwwerk. Verder zou het maken van volmachtexamens (initieel en PE) relatief duur zijn door het beperkte aantal potentiële kandidaten en is het door de beperkte inhoudelijke expertise bij het CDFD, zeker op de korte termijn, lastig uitvoerbaar. Ik neem het advies van het CDFD over.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem


X Noot
1

Stenogram van de plenaire vergadering van dinsdag 22 december 2015: https://www.eerstekamer.nl/stenogram/20151222/stenogram.

X Noot
2

Voor meer informatie over de analyse verwijs ik u naar de website van het CDFD: http://www.cdfd.nl/ en

http://www.cdfd.nl/vakbekwaamheid/analyse-vakbekwaamheidsbouwwerk.

Naar boven