32 500 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2011

Nr. 174 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2011

Hierbij bied ik u het jaarverslag 2010 van de Erfgoedinspectie aan1, inclusief mijn beleidsreactie op dit rapport.

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra

Beleidsreactie op het Erfgoedverslag 2010

Het inspectieverslag 2010 en onderhavige beleidsreactie betreffende de vier erfgoedsectoren archeologie, archieven, collecties en monumenten zend ik zowel aan de Eerste als Tweede Kamer, conform de procedure die geldt voor het archiefwettelijke toezicht zoals is vastgelegd in de archiefwet 1995. In deze beleidsreactie zal ik achtereenvolgens ingaan op de aanbevelingen van de erfgoedinspectie in de sectoren archeologie, monumenten, collecties, archieven en internationaal erfgoedbeleid. Ik wil de Erfgoedinspectie bedanken voor haar inzet in 2010.

Archeologie

Uit het inspectieverslag 2010 blijkt dat houders van een opgravingsvergunning over het algemeen werken volgens de in de beroepsgroep geldende normen. Daaruit concludeer ik dat de zelfregulering op dat punt gedragen wordt. De geschetste onduidelijkheid over de eisen voor opleiding en werkervaring van uitvoerenden is inmiddels verminderd doordat in de laatste versie van de normen van de beroepsgroep aangesloten is bij het wettelijke vereiste dat de persoon die daadwerkelijk leiding geeft aan de opgraving voldoet aan bepaalde opleidings- en werkervaringscriteria.

In 2010 is gestart met de evaluatie van de archeologiewetgeving (Malta). Het evaluatierapport zal antwoord geven op de vraag of de huidige zorg voor het archeologisch erfgoed voldoende toekomstbestendig is. Een thema binnen deze evaluatie is de liberalisering van de opgravingsmarkt en bijbehorend kwaliteitsstelsel dat deels gebaseerd is op zelfregulering. Daarnaast zal worden onderzocht of het archeologische belang voldoende verankerd is in de ruimtelijke ordening en leidt tot behoud «in situ». Tevens wordt er aandacht besteed aan het principe van «de verstoorder betaalt» en de bijbehorende kostentoedeling in de wet. Zoals reeds met de Tweede Kamer is afgesproken zal ik u het definitieve rapport vóór 1 oktober toezenden.

Monumenten

De aanbevelingen van de Erfgoedinspectie om restauraties en nieuwbouwontwikkelingen in beschermde gezichten op hoog kwalitatief niveau te kunnen verwezenlijken, ondersteun ik van harte. Er is daar de laatste jaren ook actief op ingezet met onder meer de «Handreiking Gemeentelijke Monumentencommissies2», in samenwerking met de VNG, en het onderzoek «Gemeenten Momo Proof3». Ik ben optimistisch over de verbeteringen die zich op dit vlak bij gemeenten reeds voordoen, maar ik blijf streven naar een hoger niveau waarbij alle gemeenten dezelfde hoogwaardige kwaliteit bieden. Dit omvat ook het stimuleren van beleidsmakers om aansluiting te zoeken bij het programma Restauratiekwaliteit dat bedoeld is om het vakmanschap in de monumentenzorg te verbeteren, waarover ik de Tweede Kamer nader heb geïnformeerd in een brief van 24 november 20104. Tenslotte ondersteunt de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed de monumentensector bij het ontwerpen van een samenhangend systeem van kwaliteitseisen, voldoende aanbod van gekwalificeerde bedrijven en het op niveau brengen van de (vraag naar) kwaliteit.

Collecties

Ten aanzien van de regeling materieel beheer, die in het leven is geroepen om het beheer van de rijkscollectie door departementen te verbeteren, wil ik niet vooruitlopen op de evaluatie die in 2011 wordt uitgevoerd. De constateringen van de Erfgoedinspectie zullen in deze evaluatie worden meegenomen.

Archieven

De Erfgoedinspectie vraagt in de aanbeveling om concrete stappen op weg naar zelfregulering door de informatiehuishouding te borgen in de bestaande systemen van audits en planning en control. In de jaarrapportage bedrijfsvoering die uitgebracht wordt onder de verantwoordelijkheid van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zal jaarlijks verslag worden gedaan van de voortgang van de gemaakte afspraken door de Chief Information Officers van de departementen. Deze afspraken betreffen de modernisering van de informatiehuishouding en de ontwikkeling van zelfregulering en kwaliteitszorg van de rijksoverheid. Daarnaast zal in de archiefvisie die ik samen met mijn collega van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in de zomer van 2011 aan de Kamer zal aanbieden ingegaan worden op de door de Erfgoedinspectie genoemde punten.

Beschermde cultuurgoederen

Ik juich de verdere samenwerking tussen Erfgoedinspectie, KLPD en douane toe evenals de onderkenning van het belang van het bestrijden van illegale handel bij deze ketenpartners. Ten aanzien van de aanbeveling voor een officier van justitie op cultuurgebied kan gezegd worden dat de mogelijkheden daartoe nader onderzocht worden met de betrokken partijen.


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

X Noot
2

«Handreiking Gemeentelijke Monumentencommissies» bijlage bij de brief aan Eerste Kamer van 1 oktober 2009 (Kamerstukken 2009–2010, 31 345, M).

X Noot
3

Gemeenten MoMo-proof, Utrecht, november 2010, Andersson Elffers Felix, bijlage bij de brief aan Tweede Kamer van november 2010 (Kamerstukken 2010–2011, 32 156 nr. 26).

X Noot
4

Kamerstukken 2010–2011, 32 156, nr. 24.

Naar boven